AchtergrondBeeldende kunst
Overgeschilderde spijkertje is weer thuis
Het Frans Hals Museum in Haarlem heeft een geschonken kunstwerk van Bas van Wieringen na lang beraad geaccepteerd. Het per ongeluk overgeschilderde werk is vooralsnog niet op zaal te zien.
Het per abuis overgeschilderde schilderij Portrait of the nail behind the canvas, is terug waar het werd overgeschilderd. Kunstenaar Bas van Wieringen heeft het geschonken aan het Frans Hals Museum, en het Haarlemse museum heeft het geschenk, na lang beraad, geaccepteerd.
Wanneer het werk, een schildering van een betonspijkertje op een doekje van tien bij tien centimeter, daadwerkelijk te zien zal zijn, daarover hult het museum zich in raadselen. Pas na de pensionering van de museummedewerker die het per ongeluk bekladde, wil het museum het kunstwerk tentoonstellen. Museumdirecteur Ann Demeester deinst er echter voor terug om de precieze leeftijd van deze collega prijs te geven. Voor deze man geldt de gebeurtenis nog steeds als ‘pijnlijk’, aldus Demeester.
Tot die tijd blijft het werk in depot. Van Wieringen bracht zijn gift middels ‘een lange plechtige brief’ onder de aandacht van het museum. Vervolgens kwamen directie, conservatoren en hoofd collecties tot een eensluidend welkom voor het doekje, met dus die ene voorwaarde.
Demeester meent dat ‘het gebaar van het schenken door de kunstenaar belangrijker is dan het tonen van het werk zelf. Zo krijgt het ook weer een nieuwe betekenis, en benadrukt het de artistieke waarde’, zegt ze. ‘Als we het nu zouden ophangen, gaat het te veel om de sensatie en is er geen aandacht voor het gelaagde verhaal en de levensgeschiedenis van het werk.’
Drie jaar geleden werd Van Wieringens artistieke impressie van een betonspijker overgewit. Dit gebeurde voorafgaand aan de opening van de tentoonstelling Humor – 101 jaar lachen om kunst in het museum. De ervaren medewerker dacht dat het om een vlekje op de muur ging en kwastte het over. Als gevolg van zijn daad, vastgelegd door twee beveiligingscamera’s, kreeg hij de sanctie opgelegd dat hij niet meer dicht bij de kunstwerken mag komen.
Hoewel er veel geïnteresseerde kunstkenners waren voor het beschadigde werk, besloot Van Wieringen vorig jaar ‘een nieuw verhaal te vertellen’ en het niet te verkopen. Hij liet in Spanje het betonspijkertje met een Japanse techniek omtoveren tot een gouden stip, ‘om het nog meer te accentueren’.
Dat het kunstwerk nu in Haarlem terugkeert, maakt voor zowel Van Wieringen als Demeester ‘de cirkel rond’. ‘Het is geboren in het museum’, zegt Van Wieringen. ‘En nu is het weer daar.’ Doordat het van goud is, heeft het voor de artiest ‘een positief einde gekregen’. ‘Dat het nog niet wordt geëxposeerd is ondraaglijk, maar tegelijkertijd ook heel komisch. Zo wordt er wederom iets toegevoegd, en wordt het nog absurder.’