Opera Zuid brengt licht anarchistische Hänsel und Gretel

Hänsel und Gretel, opera van Humperdinck, door Opera Zuid o.l.v. Ed Spanjaard en Aidan Lang. Maastricht, Theater aan het Vrijthof (22 februari)....

ROLAND DE BEER

De trots van de heks is haar bezem. En waratje, in Hänsel und Gretel, de bekendste opera van de Wagneriaan Engelbert Humperdinck, is de vader van Hans en Grietje een bezembinder. De heks in Hänsel und Gretel is een mezzosopraan. En warempel, ook de moeder in deze aandoenlijke Marchenoper heeft dit stemtype.

Opera Zuid zet voor beide rollen één zangeres in, Linda McLeod. En we raden het al. Nog voor Ed Spanjaard de hoorns laat inzetten, dient het concept zichzelf op een presenteerblad aan: de heks, dat is de moeder. En het bos, dat zijn vaders bezems.

In de regie van Sigmund Freud - pardon, Aidan Lang, de artistiek leider van Opera Zuid, sluit de psychoanalyse een huwelijk met de logica van de budgetbewaking. Eén heks-moeder. Eén inklapdecor. Twintig bezems.

Het knibbelknabbelhuisje als de gedroomde transformatie van een armlastig ouderlijk huis. De oven van de heks als een uitschuifbare versie van de kachel waarop in het gewone leven geen pappot warm wil worden: Opera Zuid brengt Hans en Grietje voor volwassenen.

Is het Wagner voor minderjarigen, of een muzikale Grimm voor ouderen? De bekende Hänsel und Gretel-vraag wordt door Opera Zuid op een budgettair verantwoorde, maar tamelijk zwaarmoedige manier beantwoord - lijkt het, naarmate je er dieper over nadenkt tijdens de tussenspelen, waarin het LSO Maastricht Die Walküre en Siegfried in plakkaatverf en op miniformaat overdoet.

Maar zo heel diep hoeft er ook niet steeds te worden doorgeredeneerd, als je afgaat op de komische details. Het knappe van Aidan Langs regie is dat ze beide noties intact laat. De Welshman (jammer dat hij weggaat) is een gewiekste spelletjesmaker. Zijn gags harmoniëren met Humperdincks Volkstümlichkeit. Voor de bespiegelende kracht van Humperdincks kinderkoor en woudevocaties zorgt Ed Spanjaard.

Het aardige van Langs theaterkunst zit in een licht anarchistisch, quasi-klunzig soort humor. Een hoogtepunt van zijn Opera Zuid-carrière zat een jaar of wat geleden in Richard Strauss' Ariadne auf Naxos, waarin de tenor Hein Meens (Scaramuccio) verkleed als stoomboot het toneel opstrompelde om de verlaten sopraan en eilandbewoonster te troosten.

Dat enigszins lompe van Langs theaterhandschrift past uitstekend bij de motoriek van het 'gaan de handjes van klap klap klap' en de 'voetjes van hop hop hop' van Humperdincks Hans en Grietje. Die worden toch onvermijdelijk belichaamd door een volwassen mezzo en een dito sopraan. Bij Opera Zuid zijn dat de beweeglijke Ann Taylor en de niet minder kwieke en ontwapenende Marisca Mulder. Een gelukkige casting, ook vocaal: in de duetten gaan hun stemmen inderdaad handje in handje.

In Charles van Tassel, vocaal goed op dreef, valt een aandoenlijk onhandige opvoeder te vermoeden. De Britse McLeod is als moeder een geloofwaarige helleveeg en als heks de ster van de avond - met haar nauwelijks bedwongen kannibalistische bijtreflexen, in een lichtelijk dubieus kader gezet door een erotische zelfhulpdemonstratie tijdens een rit op een stokpaard.

Knap theater zit in de omslag van de grauwe bezembinderswoning naar het pseudo-kinderparadijs van na de pauze: dezelfde vormen, maar een totaal ander, felgekleurd beeld. Een omslag waarin de belichter een groot aandeel heeft. De letters op de speelgoedblokken geven de rebus ID/EGO. Verder valt er weinig te gissen en veel te genieten. Ed Spanjaard verricht wonderen met een hoornkwintet plus LSO in lichte bezetting.

Roland de Beer

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden