Oermoeder feministische performancekunst veroverde de kunstwereld met haar lichaam
De kunst van Gouden Leeuw-winnaar Carolee Schneemann (77), feminist van het eerste uur, is in Frankfurt uitgebreider dan ooit te zien. Daar valt voor hedendaagse feministen nog best wat te leren.
Het was niet de allergrootste verrassing op de Biënnale van Venetië, die olympiade van de kunsten die dit jaar nadrukkelijk veel vrouwelijke kunstenaars laat zien: de toekenning van de prestigieuze Gouden Leeuw aan de Amerikaanse Carolee Schneemann (77) voor haar hele oeuvre. Het werd ook weleens tijd voor de oermoeder van de feministische performancekunst. Haar evenknie, maar dan op het vlak van de beeldhouwkunst, Louise Bourgeois, kreeg de prijs in 1999. De toch iets mindere grootheid Yoko Ono ontving 'm in 2009.
En hoewel je weet dat het altijd een tombola is, vraag je je bij de belangrijkste oeuvreprijs in de kunstwereld toch af: waarom nu? Carolee Schneemann, dat was toch de kunstenaar van de urenlange performances met veel naakt, bloed en dode kippen? Van dat in-your-face-feminisme met een hoofdrol voor de vagina, zo treffend gestalte gegeven door de actrice Julianne Moore in de film The Big Lebowski? Nu het feminisme zich opnieuw aan het uitvinden is - van genderneutrale toiletten tot de kwestie met de GeenStijl-adverteerders - vraag ik me af: is deze kunst nu relevant? Dus op naar Frankfurt, waar het grootste retrospectief van Schneemanns oeuvre ooit op doorreis is. Eerder in Salzburg geïnitieerd, straks te zien in New York. Een uitgelezen kans.
Frankfurt, een maand geleden. Carolee Schneemann zit aan een tafeltje in de bar van het Museum für Moderne Kunst. 77 jaar is ze, met een kwieke oogopslag. 'Come on', vuurt ze de geïmponeerde Duitse journalisten aan. 'Vraag maar raak. Simpele vragen, geen theoretische vertogen alsjeblieft.' Iedereen moet even schakelen om in deze opgewekte bejaarde dame de radicale performer van weleer te herkennen. Haar bekendste werk is Interior Scroll (1975) waarbij ze een tekst voordraagt van een strook papier die ze langzaam, op leessnelheid tevoorschijn trekt uit haar kruis. En ook de voorstelling Meat Joy (1964), waarvan vooral de foto's iconisch werden. Daarin gaan vier stellen in ondergoed elkaar een uur lang te lijf met verf, dode kippen en vissen, lachend en wel.
Kinetic Painting
Beeldende kunst
****
Door Carolee Schneemann.
Nog t/m 24/9. Museum für Moderne Kunst, Frankfurt.
Als dit het beeld is, wordt het ook snel weggewoven: o ja, bloed en modder, ongetemd schaamhaar, urenlange sessies - dat was tóén. Maar Carolee Schneemann heeft slechts een paar zinnen nodig om te schetsen hoe het toen écht was in de hippe New Yorkse kunstwereld waarin ze verkeerde, met Andy Warhol, Jackson Pollock en Mark Rothko op de top van de apenrots. 'Wij vrouwelijke kunstenaars zaten op bijeenkomsten met onze knieën bij elkaar in te korte jurken. De mannen praatten over zichzelf, over hun werk of hun galerie. Wij rookten sigaretten of dope en hielden onze mond. Journalisten schreven niet over vrouwen, dat zou hun reputatie schaden.'
Dat was het op het oog razend interessante, maar voor een vrouw beklemmende artistieke milieu waarin ze belandde. En dat na een studietijd die ook al niet meeviel. Schneemann was de vrijgevochten oudste dochter van een veearts die naar haar zin te veel voor de jongere kinderen moest zorgen. Tijdens haar studie wilde ze de Franse filosoof en feminist Simone de Beauvoir bestuderen, maar haar docent raadde haar aan een échte meester te kiezen - filosoof Jean-Paul Sartre bijvoorbeeld, tevens De Beauvoirs partner. Ze werd geschorst van de kunstopleiding Bard College vanwege een naakt zelfportret, terwijl ze wél mocht poseren voor mannelijke collega's. Zo waren de manieren. En daarin zou zij verandering brengen.
Grote verrassing in Frankfurt: Schneemanns tactiek. Haar aanvliegroute, lang voor ze als naakte trapezeartiest al slingerend probeerde te schilderen. Want het is een vergissing te denken dat zich hier een vrouw de kleren van het lijf rukte om een succès de scandale te veroorzaken. Curator Sabine Breitweiser heeft de moeite genomen om vroeg werk en aantekeningen uit Schneemanns kasten, soms zelfs onder haar bed vandaan te plukken en zo voor het eerst in veertig jaar een compleet beeld van haar neer te zetten. En verrassend genoeg begint dat met schilderkunst.
Geïnspireerd door de abstracte schilders - de invloed van de vroege Russische expressionist Wassily Kandinsky en van de Nederlander Willem de Kooning is duidelijk zichtbaar - zet Carolee Schneemann als jonge schilder haar oeuvre neer. Het zijn lyrische, felgekleurde en bijna abstracte landschappen en naakten. Af en toe bijna sculpturaal; prachtig is een figuurstudie naar Pontormo uit 1957, waarbij een naakt op de rug gezien uit de schaduw tevoorschijn wordt geboetseerd. De aangespannen kuiten en billen, overdekt met spetters - zie er vooral een vooruitwijzing in naar latere performances, als Schneemann ingesmeerd met behangplaksel door de papiersnippers rolt.
Maar eerst moet ze nog veel ontdekken en experimenteren. Bijvoorbeeld met kisten en kastjes waarin Schneemann van glasscherven, verf en kleine objecten reliëfs opbouwt, een soort abstracte maquettes, die ze vervolgens in de fik steekt en dichtklapt: de Controlled Burning Series. Het zijn schilderijen die tot leven komen. Schilderijen die, doordat Schneemann ze laat bewegen, ronddraaien, branden of kapotslaan, zich in tijd en ruimte voortzetten. Het is niet allemaal even briljant, maar wel nieuwsgierig, bijna hongerig naar nieuwe inzichten. Van bewegende diorama's tot handbeschilderde filmstroken.
En overal duiken - atypisch, want veel te huiselijk voor de kunstwereld van de jaren zestig en zeventig - haar katten op. Als motief, als toeschouwer, zelfs als rekwisiet. Hier is een schilder bezig die de grenzen van een discipline oprekt, haar gereedschapskist uitbreidt en daar op een gegeven moment één cruciaal element aan toevoegt: het menselijk lichaam. Aanvankelijk dat van anderen, van dansers en performers. En gaandeweg haar grootste troef, haar eigen lichaam.
Archetype
Actrice Julianne Moore zette in The Big Lebowski (Joel & Ethan Coen, 1998) de gedenkwaardige Maude Lebowski neer, een kunstenaar gemodelleerd naar Carolee Schneemann. Ze zeilt naakt aan een kabelbaan door haar atelier en spettert verf op een doek. Na afloop legt ze een mannelijke bezoeker uit: 'Mijn kunst is omschreven als sterk vaginaal, wat mannen stoort. Het woord maakt de meeste mannen ongemakkelijk (stilte). Vagina.' Schneemann hing naakt in een boomklimtuig in Up to and Including Her Limits (1973), toonde een collectie vagina's in Vulva's Morphia (1995) en werkte met menstruatiebloed: Maude Lebowski is Schneemann-light.
En wat een lichaam, laten we wel wezen. Klein maar zeker niet frêle, welgevormd maar niet overdreven gespierd, smalle taille, ronde heupen, een wigvormig gezicht met Egyptisch aandoende ogen, lange expressieve armen. En wat haar bovenal aantrekkelijk maakt: ze is volkomen op haar gemak, een geboren naaktloper. Ze wil als kunstenaar haar plaats opeisen in de mannelijke, gerust seksistisch te noemen (kunst)wereld waarin ze leeft, en ze ziet het goed: haar eigen lichaam is excellent materiaal.
Kijk nog eens naar de (gerestaureerde) experimentele film Fuses (1964-1967), waarin alles zich samenbalt. Schneemann filmde drie jaar lang haar partner, componist James Tenney, en haarzelf tijdens het bedrijven van de liefde. Ze wond haar Bolex 16 mm-filmcamera op en zette die ergens in de slaapkamer neer. Nu eens komt er een voet of hand in beeld, dan volgt een shot vol in het kruis, dan weer de loom opbollende gordijnen voor het raam.
'We worden bekeken vanuit het perspectief van de kat', schrijft Schneemann daar zelf over. Neutraal, geen mannelijke of vrouwelijke blik, geen oordeel en geen voyeurisme. Gewoon, wat er gebeurt als twee mensen die van elkaar houden van elkaars lichaam genieten. De gemonteerde film werd nog danig bewerkt: beschilderd, in zuur gedoopt, gebakken, in collage op elkaar geplakt; het resultaat is een avontuur van kleur, materie en lichaamsdelen, soms opgaand in een orgie van stippen en vlekken. Je kijkt niet naar seks, het ís seks in zijn meest gelijkwaardige, ongecompliceerde vorm. En esthetisch bevredigend bovendien - hoe vaak gaat dat samen?
Het schilderkundige aspect is de eerste verrassing in Frankfurt. De andere is de positie die ze kiest - interessant voor de hedendaagse feministen die achter hun toetsenborden kruipen om petities te tekenen.
Haar positie is die van de startblokken: naar voren. Carolee Schneemann maakt zich misschien kwaad en is ook zeker ergens tegen, maar 'anti' is niet het vertrekpunt. Zij protesteert door juist wel iets te doen. Haar lichaam laten zien waar men vindt dat dat niet hoort, haar seksualiteit als de normaalste zaak van de wereld presenteren. De grootste kritiek op Fuses betrof de cunnilingus-scène: James bevredigt Carolee met de mond en zij komt extatisch klaar. On-ge-hoord. (Dat Tenney hetzelfde overkwam in de film verbaasde niemand.)
Ze plaatst beelden van haar lichaam uit eerder werk, foto's en filmstills, naast foto's van eeuwenoude vruchtbaarheidsbeelden en Indiase godinnen en schrijft daarbij over de 'treffende precedenten' - waarom zou ze daar bescheiden over doen?
Humor is ook nooit ver weg. Haar statistieken uit begin jaren zeventig van seksuele ervaringen van haarzelf en andere vrouwen met mannen zijn een sliepuit naar serieuze seksuologische onderzoeken uit die tijd - waarom zou je die overlaten aan een onderzoeker? Goedbedoelde relatie-adviezen verzamelt ze in een vrolijk gekleurd kaartspel, om lekker mee te kwartetten. In de fotoseries Exercise for Couples en Aggression for Couples worden worstelposities voor stellen als tableaux vivants uitgebeeld in de huiskamer, alsof Monty Python in haar gevaren is. Hier gaat iemand volkomen haar eigen gang, bedenkt in welke positie zij wil verkeren en neemt die dan eenvoudigweg in. En fungeert zo als breekijzer waaraan je ook nu nog wat kunt hebben.
Hoe kijkt Carolee Schneemann, die verschillende golven feminisme zag voorbijkomen, naar de hedendaagse variant? In Frankfurt denkt ze er even over na. 'Ik vind het chaotisch', zegt ze dan, 'en het gaat vaak over selfies.' Ze licht toe: het hedendaagse feminisme is reactief, het reageert op incidenten, bevindt zich vaak veilig online en is erg bezig met zelfbeeld.
Een houding als de hare, besef je gaandeweg de expositie, is nu nog even zeldzaam als toen. Misschien vindt ze een echo in Nadja Tolokonnikova van de Russische punkband Pussy Riot, die rechters uitlacht, in de gevangenis de moed erin hield met zelfverzonnen feestdagen en na haar vrijlating onmiddellijk verderging met het regime belachelijk maken in absurdistische videoclips met een hoofdrol voor militante vrouwen. Een van de nummers heette ook nog eens Straight Outta Vagina. Activisme, zei Tolokonnikova begin dit jaar tegen de Volkskrant, wordt nu als iets saais gezien - waarom de humor niet terugbrengen?
Ja, de boodschap spreekt zelfs uit de billenfoto van Katja Schuurman op Twitter, als antwoord op sneue GeenStijl-types: 'Seksisme kan mijn kont kussen.' Geen reactie, maar actie. Niet alleen petities tekenen of verontwaardiging rondpompen in je Facebook-bubbel, maar voordoen hoe je het wél graag wil. Niet piepen over manspreading, maar doodgemoedereerd zélf wijdbeens in de tram gaan zitten. 'Rechtvaardig jezelf NOOIT, doe wat je voelt, carry it strongly yourself', luidde het slot van de tekst die Carolee Schneemann 42 jaar geleden uit zichzelf tevoorschijn trok. Wie doet zoiets vandaag?