Film

Nucleaire dreiging: een rijke bron van inspiratie voor de film

Al sinds de Tweede Wereldoorlog worden er films gemaakt over nucleaire oorlog, met hausses in de jaren zestig en tachtig. Daarna leek het genre langzaam uit te doven.

Bor Beekman
‘South Park’, Back to the Cold War (2022). Beeld
‘South Park’, Back to the Cold War (2022).

‘The Russians are nuking us!’, klinkt het uit de luidsprekers van de school in de nieuwste South Park-aflevering. Kinderen rennen in paniek naar de gymzaal, verstoppen zich onder de tribune. Het is een oefening: schoolpsychiater Mr. Mackey is bevangen door Koude Oorlog-nostalgie. Net als Vladimir Poetin, die met ontblote torso door het Kremlin danst op Two Tribes van Frankie Goes to Hollywood.

Niemand sprong zo vlug in op de actualiteit als de makers van South Park: de aflevering ‘Back to the Cold War’ (seizoen 25, aflevering 4) was woensdag 2 maart te zien in de Verenigde Staten en werd afgelopen zaterdag in Nederland uitgezonden op Comedy Central.

‘Kinderen moeten weten waartoe Rusland in staat is’, gilt Mackey in South Park tegen het schoolhoofd. De schoolpsychiater eist de aanleg van een bomkelder en bestelt twintig videobanden (‘VHS is toch het beste’) van Red Dawn, John Milius’ patriottische oorlogsfilm uit 1984, waarin Amerikaanse scholieren te maken krijgen met Russische en Cubaanse parachutisten die op het gazon voor de school landen en hun ouders in heropvoedingskampen plaatsen.

 Vladimir Poetin danst door het Kremlin in ‘South Park’. Beeld
Vladimir Poetin danst door het Kremlin in ‘South Park’.

Ook andere jarentachtigklassiekers komen voorbij: Mackey infiltreert het Amerikaanse raketsysteem met een antiek DOS-programma, ongeveer zoals het hackende jongetje in WarGames, en spreekt een woordje Russisch dankzij het ‘tweehonderd keer’ bekijken van de kernonderzeeërthriller The Hunt for Red October.

Bijstand komt van Mackeys bejaarde moeder, die weet waar de Koude Oorlog-manie vandaan komt. Spoiler: haar zoon is gewoon bang om oud te worden en gefrustreerd over zijn al jaren niet meer optimaal functionerende piemel. En Poetin herkent deze kwaal: ‘Da...

Alles komt goed: het ontdooien van de spanning tussen Oost en West wordt besloten met Stings de-escalatiehymne Russians: ‘We share the same biology, regardless of ideology.’ Een paar dagen later meldde de echte Sting zich op Instagram, om een nieuwe opname van zijn hit uit 1984 te delen. ‘Ik heb dit lied maar zelden gezongen in al die jaren sinds ik het schreef’, aldus de zanger, ‘omdat ik nooit had verwacht dat het weer relevant zou worden.’

Op scherp gezette kernwapens, uitverkochte jodiumtabletten, opiniestukken over de zin en onzin van wederzijds verzekerde vernietiging: de dreiging van een nucleaire verwoesting is terug, als een slapende vulkaan die plots weer bromt en lava ophoest.

Cloak and Dagger (1946). Beeld
Cloak and Dagger (1946).

Halverwege de 20ste eeuw was Hollywood er snel bij, na de geslaagde proeven van het Manhattan Project en het werpen van de eerste atoombommen op Japan. In Fritz Langs Cloak and Dagger (1946) poogt een knappe nucleair fysicus (Gary Cooper) te voorkomen dat de nazi’s tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog een atoombom weten te construeren. De scenaristen van die film werden later op de zwarte lijst geplaatst en vervolgd door het op communisten jagende House Committee on Un-American Activities (een commissie van het Huis van Afgevaardigden). Dat ze de fysicus aan het slot (dat uit de film werd geknipt) verbitterd hadden laten opmerken dat Amerika vast niet lang de enige kernmacht zou zijn (‘God sta ons bij als we denken dat we dit geheim kunnen houden’), werd als ‘anti-Amerikaans’ beschouwd.

Godzilla (1954). Beeld
Godzilla (1954).

Nadat de Russen in 1949 hun eerste succesvolle testbom hadden geworpen bij Kazachstan, kwam de stroom Hollywoodfilms echt op gang: honderden titels, verspreid over de decennia. Veel ervan speculeerden over de radioactieve neerslag en de schaarse overlevenden in de wereld na een kernoorlog, zoals het survivaldrama Five uit 1951: ‘Four men... alone with the last woman on earth’. Of de grimmige verfilming van Nevil Shutes roman On the Beach (1959), waarin de laatste restjes mensheid het nog even volhouden in Australië, tot de radioactieve wolken ook daar hun werk doen. Ook binnen het fantastische genre bleek radioactiviteit een bruikbaar vertelmiddel: goed voor de geboorte van allerlei monstermutanten, zoals in Day the World Ended en Teenage Caveman, goedkope sciencefictionfilms van exploitatiefilmkoning Roger Corman. En Ishiro Honda verwoordde het Japanse perspectief op de kernwapenwedloop in Godzilla (1954), over het reuzenmonster dat bij een atoomtest is opgewekt en zowel dader als slachtoffer is van de nucleaire verwoesting.

De set van ‘The War Game’ in het Engelse plaatsje Oldbury. Beeld Getty
De set van ‘The War Game’ in het Engelse plaatsje Oldbury.Beeld Getty

De Cubacrisis van 1962, waarbij de wederzijdse raketdreiging tussen de Sovjet-Unie en de VS verder dan ooit tevoren opliep, bracht een nieuw elan: nu werden de films realistischer. BBC-medewerker Peter Watkins raakte in de clinch met de Britse overheid en de omroep over zijn 44 minuten lange pseudo-nieuwsverslag The War Game uit 1965, waarin de chaos en nasleep van een atoomaanval op Britse bodem werd nagespeeld met een amateurcast. De camera die langs de lijken en verbrande gezichten van de burgers rijdt, de shock op het gezicht van de kinderen met gruwelijke stralingswonden: het ging de BBC en de toezichthouders veel te ver, deze film kon de moraal van de bevolking wel eens ontwrichten. De geplande uitzending van The War Game werd afgelast; pas in 1985 durfde de BBC het aan de film op tv te vertonen.

Watkins, die furieus was over het ‘verraad’ van de omroep, werd in 1966 nog wel een selectieve bioscooprelease toegestaan. Zo kon de verboden film in 1967 de Oscar voor beste documentaire winnen. Ook John Lennon raakte geïnspireerd: Watkins was degene die hem en Yoko Ono ertoe bewoog (in bed) te demonstreren voor de vrede.

Dr. Strangelove (1964). Beeld
Dr. Strangelove (1964).

Toen Stanley Kubrick het plan opvatte voor een film over nucleaire dreiging en ‘wederzijds verzekerde vernietiging’ (Mutual Assured Destruction), stuitte de cineast op een dilemma: het gegeven bleek, alhoewel realistisch, zo absurd en paradoxaal, dat het nauwelijks te vatten was in een ‘serieus’ scenario. Zo kwam hij op het idee voor zijn ‘nachtmerrieachtige komedie’ Dr. Strangelove (or: How I Learned to Stop Worrying and Love the Bomb).

Die film uit 1964 is nog altijd de leerzaamste die ooit is gemaakt over nucleaire oorlogsdreiging, meent Danny Pronk (49), kernwapenexpert van Instituut Clingendael. ‘De dynamiek van nucleaire afschrikking, de logica of eigenlijk het gebrek aan logica erachter, zit zo knap door Kubricks film gevlochten’, zegt de oud-defensiemedewerker, die ook werkzaam was op Vliegbasis Volkel (waar, hoewel nooit officieel bevestigd, Amerikaanse kernwapens liggen).

Pronk haalt een citaat aan van kernexpert en presidentieel adviseur Dr. Strangelove, een van de rollen van Peter Sellers: ‘Afschrikking is de kunst om angst in te prenten in de geest van de vijand, de angst om aan te vallen’. Pronk: ‘Dat is zo scherp geformuleerd. Op Amerikaanse universiteiten komt Dr. Strangelove nog steeds voorbij in lessen over wapenbeheersing. Ook de scènes in de war room zijn goed getroffen: het belang van direct contact tussen de leiders tijdens een crisissituatie, het bellen met wat later de ‘rode telefoon’ is gaan heten.’

The Day After (1983). Beeld
The Day After (1983).

Een andere ‘favoriet’ van Pronk is de Amerikaanse televisiefilm The Day After, die in 1983 bij de eerste uitzending zo’n 100 miljoen Amerikaanse kijkers bijbracht hoe weinig er van Amerika zou overblijven als het echt zou misgaan. ‘Dat was ook het jaar van de demonstraties en het liedje De bom van Doe Maar. Inmiddels weten we dat Oost en West in 1983 het dichtst bij een kernwapenconflict waren sinds de Cubacrisis. Er waren dat jaar meerdere incidenten.’ (Zo meldde een Russisch radarsysteem foutief dat de Amerikanen intercontinentale raketten hadden afgeschoten.)

De naarste beelden uit de tv-film werden gecensureerd door zender ABC: geen smeltende ogen, geen huid die van het lijf valt. Desondanks maakte The Day After diepe indruk. Pronk: ‘We weten dat Ronald Reagan meekeek vanuit het Witte Huis en zeer schrok van wat hij zag: de consequenties van een kernoorlog. Hij schreef dat later ook in zijn memoires: dat de film hem aan het denken had gezet. Daarna, in zijn tweede termijn als president, sloeg hij een andere toon aan tegenover de Sovjet-Unie; hij sprak niet meer over een evil empire.’

Denzel Washington en Gene Hackman in ‘Crimson Tide’ (1995). Beeld
Denzel Washington en Gene Hackman in ‘Crimson Tide’ (1995).

Na het neergaan van het IJzeren Gordijn stopte Hollywood niet meteen met films over nucleaire oorlogsdreiging. Die waren populair en maakten deel uit van het vaste arsenaal aan vertelvormen, zeker binnen het thrillergenre. Wel moest er in de post-Sovjet-tijd een en ander worden aangepast. Nu kwam de dreiging vaak van zoekgeraakte draagbare atoomwapens, de zogeheten kofferbommen, of poogden derden, zoals neonazi’s of doorgedraaide Russische kolonels, de twee wereldmachten op slinkse wijze met elkaar in oorlog te brengen. In Crimson Tide (1995) weet een luitenant-commandant (Denzel Washington) nét te voorkomen dat een Amerikaanse kernonderzeeër de Derde Wereldoorlog inzet. En in The Peacemaker (1997) speuren een luitenant-kolonel (George Clooney) en een kernwapenexpert (Nicole Kidman) naar gestolen Russische kernbommen, die in handen zijn gevallen van terroristen.

‘Er gingen in die tijd de wildste geruchten rond over kernwapens in koffers’, zegt Pronk. ‘Erg overdreven: zelfs in de donkerste dagen van de Russische Federatie, midden in de jaren negentig, lagen die wapens behoorlijk aan de ketting. En als je er een zou jatten, kun je zo’n bom ook niet zomaar activeren. Daar heb je sleutels en codes voor nodig.’

Vladimir Poetin en Oliver Stone in ‘The Putin Interviews’ (2017). Beeld
Vladimir Poetin en Oliver Stone in ‘The Putin Interviews’ (2017).

The Day After werd in 1987 ook uitgezonden op de Russische staatstelevisie, als onderdeel van de toenadering tussen de twee wereldmachten. De eerste keer dat Vladimir Poetin Dr. Strangelove zag is vastgelegd door de camera: regisseur Oliver Stone vertoonde de nucleaire komedie aan de Russische president voor zijn documentairereeks The Putin Interviews (2017). Poetin kijkt onbewogen toe, als de president (Peter Sellers) zijn Russische collega belt over de Amerikaanse raketten die – ongewenst – diens kant op zoeven: ‘Hallo Dimitri? Dimitri, je weet hoe vaak we het hebben gehad over de mogelijkheid dat er iets mis zou gaan met de bom? (...) de bom, Dimitri, de waterstofbom...’

Alhoewel verzonnen, stemmen ‘bepaalde zaken’ in Kubricks film uit de jaren zestig wel tot nadenken, concludeert Poetin na afloop, droogjes. ‘Er is niets veranderd.’

Nicole Kidman en George Clooney in ‘The Peacemaker’ (1997). Beeld
Nicole Kidman en George Clooney in ‘The Peacemaker’ (1997).

Metro 2033

Een van de populairste Russische romans over de wereld na een nucleaire vernietiging is Metro 2033, waarin de mens voortleeft in het metrostelsel van Moskou en daar verschillende stammen vormt, van neostalinisten tot neonazi's. Het boek van Dmitri Gloechovski werd al omgevormd tot een computergame en staat op het punt te worden verfilmd door Gazprom Media, de mediapoot van het Russische gasbedrijf.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden