Nieuws
NPO vraagt mediatoezichthouder salarisvoorstel Jeroen Pauw te onderzoeken
Frederieke Leeflang, bestuursvoorzitter van de NPO, heeft het Commissariaat voor de Media (CvdM) gevraagd een salarisvoorstel te onderzoeken uit 2019 van Jeroen Pauw. Dat bevestigt een woordvoerder van de NPO na berichtgeving van de BNR-podcast Koster & van Dijk.
Door het contractvoorstel, dat Pauw (61) deed aan de omroep BNNVara, zou hij boven het salarisplafond voor presentatoren van de publieke omroep uitkomen. Bovenop het maximumsalaris (toen 194 duizend euro) zou hij verdienen aan een afnamegarantie ter waarde van 500 duizend euro voor TVBV, de producent waar hij op dat moment directeur van was. Het maximumsalaris – dat gelijkstaat aan een ministersloon – is vastgesteld in het Beloningskader Presentatoren in de Publieke Omroep (BPPO).
Een woordvoerder van de NPO schrijft dat het CvdM recentelijk een onderzoek heeft aangekondigd naar het functioneren van het BPPO. ‘Frederieke Leeflang heeft naar aanleiding van de vragen van BNR aan het CvdM gevraagd om deze specifieke casus daar ook onderdeel van te laten zijn.’
Het CvdM, dat toezicht houdt op de Mediawet, heeft nog geen officieel verzoek ontvangen van de NPO, zegt een woordvoerder. Daardoor kan die niet met zekerheid zeggen of de toezichthouder de kwestie-Pauw ook zal betrekken in het onderzoek – dat nog niet publiekelijk was aangekondigd en waarvan nog onduidelijk is waar dat precies over zal gaan en wanneer het zal plaatsvinden. Volgens een woordvoerder van de NPO is het formele schriftelijke verzoek in aantocht.
‘Big deal? No deal’
Van een overeenkomst tussen Jeroen Pauw en BNNVara is het nooit gekomen. BNNVara wilde er niet aan, volgens BNR omdat anders het BPPO zou zijn overtreden. Daardoor stopte de talkshow Pauw. Op aandringen van Frans Klein, directeur video van de NPO, werd de opvolger van Pauw, Op1, uiteindelijk alsnog gemaakt door TVBV.
Jeroen Pauw en zijn zakenpartner Peter Adrichem zeggen tegen BNR, dat het contractvoorstel in handen heeft, niets fout te hebben gedaan. Volgens hen zijn het presentatiecontract en de afnamegarantie ‘volstrekt gescheiden zaken’. Pauw benadrukt dat er uiteindelijk niets is getekend. ‘Big deal? Nee, no deal.’
NRC schreef in 2020 al over de kwestie. Naar aanleiding daarvan kreeg toenmalig minister Arie Slob (Media, ChristenUnie) Kamervragen. Hij concludeerde, ook omdat BNNVara zich had teruggetrokken, dat het BPPO niet was overtreden.
Uit die beantwoording bleek ook dat de minister met de casus worstelde. Het BPPO besteedt één zin aan dergelijke constructies. Als een presentator samenwerkt met een producent moet de publieke omroep zich ‘tot het uiterste inspannen’ om zich aan het beloningskader te houden, schrijft het voor.
Omroepen zijn dus zelf verantwoordelijk voor de naleving ervan en bovendien heeft de minister geen inzage in afspraken die omroepen met presentatoren en producenten maken. Slob schreef destijds dat ‘meer transparantie en helderheid’ nodig was. Daarnaast wilde hij in gesprek met de omroepen en producent ‘over de aanscherping van regels in het BPPO die gaan over constructies waarbij presentatoren zich – via een bedrijf – laten inhuren’.
Handhavingsinstrumenten
Later werd Slob optimistischer. In een Kamerbrief van 7 juli 2021 schreef hij dat de BPPO ‘op dit moment voldoende houvast biedt’. Van de driehonderd presentatoren van de publieke omroep hebben er zeven ook een eigen productiebedrijf, een ‘gering’ aantal. Bovendien is het toezicht op het BPPO op 1 juli 2021 overgeheveld van een onafhankelijke commissie binnen de NPO naar het CvdM, dat ‘een breed scala aan toezicht- en handhavingsinstrumenten tot zijn beschikking heeft’.
Arie Slob heeft het Binnenhof inmiddels verlaten. Staatssecretaris Gunay Uslu (D66, Media) komt in november terug op het onderwerp, aldus een woordvoerder.
In een eerdere versie stond dat het Commissariaat voor de Media een onderzoek had aangekondigd naar het functioneren van de NPO. Dat klopt niet. Het onderzoek zal gaan over het BPPO (Beloningskader Presentatoren in de Publieke Omroep).