Mozart
Op sommige plaatsen in Mozarts Strijkkwartet in D klinken ze als een orgeltje
Meestal zijn de vier stemmen van het Arcantokwartet goed van elkaar te onderscheiden; als vier persoonlijkheden die het ene moment onafscheidelijk zijn en elkaar even later in de haren vliegen. Maar op sommige plaatsen in Mozarts Strijkkwartet in D klinken ze als een orgeltje: vibratoloos strak en met tonen die zo hecht met elkaar zijn vervlochten dat een cello een viool wordt en een altviool een cello.
Wonderlijk hoe mooi de klarinet van Jörg Widmann zich in Mozarts Klarinetkwintet aan die strijkerstonen hecht en zich er vervolgens weer van losweekt en solistisch schittert. Hij kan zijn toon de smaak meegeven van suikerzoet en room, maar zodra hij zich opricht uit de strijkersklank komt er een ander karakter los: dat van een tenor die zich vol bravoure aan de voeten werpt van de onweerstaanbare violiste Antje Weithaas.