Morgen weer een dag
Ziektes of Dutroux-achtige zaken doet hij niet. Striptekenaar Peter de Wit en zijn psychiatertje Sigmund excelleren met falende managers en tobbende moeders. Een tentoonstelling legt heel wat sores bloot.
Als op 30 april Karst T. een aanslag pleegt op het koningshuis en een leger psychologen zich buigt over de psyche van de dader om antwoord te krijgen op de vraag: waarom? Dan staat op 7 mei deze strip van Sigmund in de Volkskrant:
Baltus: ‘Zoals u weet ben ik een teruggetrokken persoon zonder relatie en met weinig sociale contacten.’
Sigmund; ‘Ja.’
Baltus: ‘Nu ben ik ook nog ontslagen en moet ik mijn huis uit!’
Sigmund: ‘Hm.’
Baltus: ‘Moet ik me zorgen maken, dokter?’
Sigmund: ‘Wat voor auto rijdt u?’
Baltus: ‘Ik heb een ouwe fiets.’
Sigmund: ‘Dan is er niets aan de hand.’
In het hart van de tentoonstelling Nederland volgens Sigmund staat de therapiemachine. Het is het kamertje van Sigmund waarin een projectie is opgenomen van de psychiater achter zijn tafel. Bezoekers kunnen plaatsnemen voor een persoonlijk consult. Aan de hand van een zestal vragen, bedacht door psychologen en door Peter de Wit in de taal van Sigmund gegoten, word je naar de uiteindelijke diagnose geleid. Zonder al te veel te verklappen: het consult eindigt met de geruststelling : ‘Gelukkig kunnen we er nog iets aan doen voor het pathologische vormen aanneemt.’]]>
Zegt Peter de Wit, bedenker van de strippsychiater een week later aan zijn eettafel: ‘Waarom wil iedereen toch zo graag weten waarom Karst T. het heeft gedaan? Die dingen gebeuren. Vandaag, morgen, en overmorgen weer. Soms zijn er geen verklaringen. Er is ook nog zoiets als het lot. ’
Nederland volgens Sigmund. Zo heet de tentoonstelling die vandaag opent in het Nederlands Stripmuseum in Groningen. In driehonderd strips, aangevuld met krantenkoppen uit de Volkskrant en met korte teksten met feiten en cijfers, moet de bezoeker een beeld krijgen van ‘de stand van onze mores en sores’ sinds 1994 – het jaar dat Sigmund, de kleine, kale, lelijke en vooral gefrustreerde psychiater voor het eerst in de krant verscheen.
Tijdloosheid
Zo actueel als de strip over Karst T. tekent De Wit ze niet vaak. In de catalogus die bij de tentoonstelling verschijnt, schrijft gastconservator Frans le Roux: ‘Je kunt Sigmund-strips van tien jaar geleden lezen naast heel recente, zonder dat het je opvalt. Die tijdloosheid kun je rustig een unicum in het genre van de actuele strip noemen.’
De Wit is het daar helemaal mee eens: ‘Er verandert constant iets, en alles blijft hetzelfde. Dat is Nederland volgens Sigmund.’
Deze, over een moeder in een bakfiets, is volgens De Wit over tien jaar nog actueel: ‘Anne-Fleur, mama gaat voortaan een beetje strenger zijn, goed?’
Of deze, van een man aan de bar, zijn baby in een draagzak: ‘Hè lekker, zo’n papadag.’
Seks
Of, in het thema seks, Sigmund zelf door de bocht: ‘Er is een verschil tussen de vrouwelijk en mannelijke beleving van de seksualiteit. De vrouw ziet het als iets intiems. Elkaar masseren, strelen, en liefkozen om zo een staat van totale overgave en extase te bereiken. De man wil erop duiken, kezen en slapen. Tja en waarom vrouwen die eindeloze omweg nemen’
Falende managers en tobbende moeders. Seks en relaties. Burn-out, stress en geluk. Verloedering, individualisme, religie. Dat zijn de thema’s waar De Wit in excelleert. Geluk is een van zijn stokpaardjes. Hij begrijpt het niet, die obsessie met gelukkig zijn. Noem hem gerust een calvinist: ‘Geluk zit in momentjes. Voor het overige is het door de modder roeien, en morgen is er weer een dag.’
Ziektes doet hij niet. ‘Er is altijd wel iemand die je daar pijn mee doet. Ik ben ook heel gevoelig voor alles met kinderen. Dutroux en kelders, daar kon ik niks mee.’
In samenwerking met Hanco Kolk maakt hij de strips S1NGLE, Gilles de Geus en Mannetje & Mannetje. Voor Espionage van Gilles de Geus ontvingen ze in 1992 de Stripschapspenning.In 1999 kreeg De Wit de Stripschapprijs voor zijn hele oeuvre. Boeken van Peter de Wit worden uitgegeven door De Harmonie. De laatste van Sigmund: Sigmund weet wel raad met vakantie, ligt sinds een maand in de winkel.]]>
Opvoeding daarentegen: ‘Ik weet precies hoe het moet, maar de mensen houden zich er niet aan.’
Hoe het dan moet? ‘Het is zo simpel. Mensen moeten kinderen krijgen als ze jong zijn. Dan is het zaad van de mannen nog goed, en vrouwen kunnen makkelijker zwanger worden. Maar je moet ze ook jong krijgen omdat je tussen je 20ste en 30ste nog niet zo veel verstand hebt. Dan doe je dat opvoeden gewoon op gevoel, of beter: je doet het gewoon. Maar nee, wat doen wij? We wachten allemaal tot we carrière hebben gemaakt, en dan moeten we kinderen en werk gaan combineren, en dan wordt het hollen, rennen, draven – ach, dan is er toch geen lol meer aan voor die kleintjes?’
Hij pakt er een tekening bij van een vader en een moeder met hun twee kinderen. Vrouw: ‘En dit zijn Sara en Sebastiaan, onze logistieke problemen.’
Maakt hij zich er kwaad over? ‘Kwaad mag niet, heb ik geleerd, dat levert nooit een goede tekening op. Je moet het eerst laten bezinken.’
Originelen
In de catalogus is een selectie van de tentoonstelling opgenomen. In Groningen hangen straks de originelen – ‘met Tipp-Ex, doorhalingen en koffievlekken, dat is leuk voor mensen die willen weten hoe mijn werk tot stand komt.’
Op verzoek bladert De Wit door het boek, op zoek naar pareltjes. Hij wijst naar een strip van een man en een vrouw in relatietherapie.
Zij: ‘Praten en naar elkaar luisteren vind ik héél belangrijk in een relatie.’
Hij: ‘Ik ook dokter.’
Zij: ‘Ja, maar ik bedoel écht praten en écht luisteren.’
Hij: ‘Nee, dan moet ik helaas afhaken.’
De mooiste strips, zegt De Wit, zijn de strips die in een keer op papier staan. Met lichte ironie: ‘Dan zou ik willen dat de Volkskrant een avondeditie uitbracht, want dan gun ik het de lezer dat hij zo snel mogelijk van dat prachtigs kan genieten.’