Kremer vindt Schubert bij Piazzolla
Werken van Schubert, Voestin, Rihm en Piazzolla. Door: Nieuw Sinfonietta Amsterdam o.l.v. Lev Markiz, m.m.v. Gidon Kremer. 12/1 in het Concertgebouw Amsterdam....
Melodieën vol Russische weemoed en nostalgische tonale velden vormden zonder twijfel het pluspunt bij de wereldpremière van Alexander Voestins Fantasie voor viool en orkest, zondagavond bij de serie 'Schubert plus' in het Concertgebouw in Amsterdam. Alleen hoofdrolspeler Schubert bleef nog lange tijd verscholen achter zinderende klankcombinaties van klokkenspel en viool, en achter poëtische regels van Gogol.
'Kennen jullie de nacht van de Oekraïne?', sprak Lev Markiz in het Russisch door een microfoon terwijl hij Nieuw Sinfonietta Amsterdam dirigeerde. 'Nee, jullie kennen de Oekraïnische nacht niet', was de conclusie, die oploste in een kleurig geformuleerde dialoog tussen violist Gidon Kremer en het orkest. Pas aan het eind van het stuk, dat de componist op verzoek van Kremer had geschreven, schonk de bescheiden Rus zijn gehoor een glimp van Schubert en spartelde het 'forellen'-thema even in de piano. Voestin werd na afloop bedankt met een uitbundige ovatie.
Niet bekend
Nikolaus Harnoncourt en Frans Brüggen doen alletwee de Onvoltooide (Harnoncourt met het Concertgebouworkest, Brüggen met het orkest van het Haags Conservatorium). Ton Koopman, violiste Marieke Blankestijn en het Residentieorkest vieren Schuberts geboortedag op 31 januari met de Vijfde Symfonie en werken voor viool en orkest, terwijl cellist Dmitri Ferschtman en pianist Willem Brons de kamermusicus Schubert huldigen met een programma in de kleine zaal.
Hoe groot het feest der herkenning ook zal zijn met alle Rosamundes en ander onvergetelijks, een herdenking is op z'n best wanneer juist het ongekende van de herdachte naar boven wordt gebracht. En dat was ook precies zo aardig aan het concert in de serie 'Schubert plus', dat in overleg met Gidon Kremer was samengesteld en een even aantrekkelijke als onconventionele combinatie van grootheden bood.
Schubert schreef nooit een roemrucht viool- of pianoconcert, maar componeerde wel een Rondo, een Konzertstück en een Polonaise voor viool en orkest. Proeven van een piepjonge Schubert, die niet veel in de concertzalen te horen zijn. Zeker niet in een twintigste-eeuws decor met Wolfgang Rihm (Erscheinung, Skizze über Schubert), Aleksander Voestin en tangokoning Astor Piazzolla.
Je zou er niet zomaar opkomen. Maar in de lange vioollitanie uit Voestins tweede deel, de 'dans-ik-wel-dans-ik-niet'-harmonieën van Piazzolla, Schuberts vrolijke Ländlers vol tranen en walsende droefheid schemeren overeenkomsten die wellicht alleen Kremer zo ragfijn kan vertolken. Nooit als de krachtpatser die behaaglijk leunt in een verzadigde toon, maar eerder als een zoeker die elk concert iedere noot opnieuw bekijkt, zich opnieuw laat verrassen. De eeuwige Wanderer die steeds weer achter elke noot een andere waarheid zoekt en die dan trefzeker en loepzuiver tot klinken brengt. Steeds weer een andere Schubert en toch die ene.
Pay-Uun Hiu