Koeriers webwinkels voelen zich uitgeknepen door PostNL
Het online winkelen floreert als nooit tevoren, maar veel pakketbezorgers voelen zich juist het slachtoffer van deze hausse. De tarieven blijven maar dalen, waardoor steeds meer zelfstandigen ten onder gaan.
Marktleider PostNL, dat bezorging van de jaarlijkse 100 miljoen pakjes goeddeels uitbesteedt, zegt mede afhankelijk te zijn van eisen van opdrachtgevers als Bol.com en andere grote webwinkels. Maar het ontkent categorisch zelfstandigen slecht te behandelen.
'PostNL wilde alleen met Oost-Europeanen aan de slag, die willen wel onder de 1 euro rijden', kreeg de eigenaar van een Leids koeriersbedrijf met vijftien man personeel te horen, vlak voor hij dit jaar failliet ging. 'Maar wel eerst zeggen: je moet nieuwe auto's kopen. Ik heb voor anderhalve ton aan bussen gekocht.'
PostNL zegt dat de tarieven omlaag kunnen doordat adressen steeds dichter bij elkaar liggen en koeriers dus sneller en meer pakketten kunnen bezorgen. Zelfstandigen noemen dit een fabeltje. 'Ons personeel moet 20 tot 25 adressen per uur rijden, terwijl het vaste personeel van PostNL niet verder komt dan 13 tot 14. Volgens de cao kunnen ze hun eigen personeel niet dwingen zo snel te gaan als wij', zegt een koerier uit Flevoland.
'Wij krijgen alle moeilijke pakketten: 50 procent van de mensen is niet thuis', zegt een zelfstandige uit de regio Rijnmond. Als bewoners tot twee keer niet thuis zijn, moeten koeriers het pakje naar het postkantoor brengen en krijgen ze geen geld.
Doordat steeds meer Nederlanders online winkelen, stijgt het aantal zelfstandige koeriersbedrijven en pakketdiensten: van 5.687 in 2008 naar meer dan 6.800 nu. Maar tegenover elke drie starters staan twee bedrijven die ter ziele gingen.
'Het verloop van zelfstandigen kost ons ook geld, dus dat is helemaal niet in ons belang. Je moet weer iemand opleiden en je hebt kwaliteitsverlies', zegt Laurens Tuinhout, bij PostNL verantwoordelijk voor het aantrekken van zelfstandigen.
In de Volkskrant van vandaag: De huurlingen van de interneteconomie.