BOEKRECENSIEVerdwijnende aarde
Julia Phillips brengt Siberië dichtbij in een indringend romandebuut ★★★★☆
Met veel inlevingsvermogen schetst de Amerikaanse debutant Julia Phillips het leven op een Siberisch schiereiland. Een caleidoscopische roman over een opvallend herkenbare samenleving.
Op de eerste bladzijden van Verdwijnende aarde, het indringende romandebuut van de Amerikaanse Julia Phillips, zijn twee zusjes, 8 en 11 jaar oud, aan het spelen op het strand. Ze worden aangesproken door een jonge man en laten zich door hem naar huis brengen in zijn indrukwekkende, glimmende auto. Hierna wordt van de meisjes niets meer vernomen.
Het gegeven van ‘het verdwenen meisje’ is een klassieke trope, om niet te zeggen een cliché, uit de thrillerliteratuur. Toch is Verdwijnende aarde (Disappearing Earth) geen thriller. Anders dan de lezer aanvankelijk verwacht, houdt de roman zich slechts zijdelings bezig met de zoektocht naar de meisjes. Er is geen plichtsgetrouwe, getroebleerde of geobsedeerde speurder wiens gangen wij volgen. Integendeel: als zich geen snelle oplossing aandient, verliezen de speurders in het boek hun interesse in de zaak. De meisjes zullen wel zijn verdronken.
Verdwijnende aarde speelt zich af op het Siberische schiereiland Kamtsjatka, in Nederland waarschijnlijk vooral bekend bij Risk-spelers. Slavist Julia Phillips bracht er twee jaar door om research te doen voor haar boek. Het Kamtsjatka dat zij ons voortovert is een ruig, afgelegen, soms wondermooi, vaker deprimerend deel van de wereld. Gelegen aan de vulkanische Pacifische Ring van Vuur, heeft het gebied regelmatig te kampen met aardbevingen en aardverschuivingen. Hierdoor zijn er bijna geen wegen, en al helemaal niet naar het Russische vasteland. Reizen van of naar Kamtsjatka – in de Sovjettijd een afgesloten militair gebied – gaat per schip of vliegtuig.
Zoals gezegd richt Phillips zich in deze roman niet in de eerste plaats op de vraag wat er met de verdwenen meisjes is gebeurd, al volgt daarop uiteindelijk wel een antwoord. Haar focus zijn de mensen die achterblijven. Iedereen op het schiereiland heeft zo zijn ideeën over de verdwijning. Aan de hand van de reacties schetst Phillips een geïsoleerde maar diverse en in veel opzichten versplinterde gemeenschap.
In elk van de dertien hoofdstukken staat een vrouwelijk personage centraal, dat Phillips met verrassend veel inlevingsvermogen portretteert. De hoofdstukken zijn steeds vernoemd naar de maand waarin ze zich afspelen, beginnend in augustus en een jaar later eindigend in juli. Eén hoofdstuk heeft een afwijkende titel, en dat blijkt achteraf veelzeggend.
Caleidoscopisch beeld
Aanvankelijk lijkt het boek uit losse verhalen te bestaan, maar gaandeweg wordt duidelijk dat veel personages elkaar kennen of aan elkaar gerelateerd zijn. De hoofdpersoon in het ene hoofdstuk keert verderop terug als bijfiguur, gebeurtenissen die in het ene hoofdstuk in gang zijn gezet worden elders verder afgewikkeld. Het resultaat is een caleidoscopisch beeld van een samenleving die op het eerste gezicht onbekend en exotisch is, maar bij nadere beschouwing opmerkelijk herkenbaar.
In ‘September’ lezen we over het schoolmeisje Olja, dat ineens niet meer mag spelen met haar vriendinnetje Diana, die in een iets betere buurt woont. Diana’s moeder vindt de onbesuisde Olja ‘geen goede invloed’ hebben op haar dochter. Als Olja vraagt naar het waarom, barst de moeder los: de verdwijning van die twee meisjes natuurlijk! ‘In de Sovjettijd had dit nooit kunnen gebeuren.’
‘Jullie kunnen je niet voorstellen hoe veilig het toen was’, vervolgt ze. ‘Geen buitenlanders. Niemand van buiten. Door het schiereiland open te gooien hebben de autoriteiten de grootste fout gemaakt die ze konden maken. Nu worden we overspoeld door toeristen, migranten. Inlanders. Dat soort criminelen.’
De vrouw die aan het woord is, is een etnische Russin en daarmee geen oorspronkelijke bewoner van Kamtsjatka. Afstammelingen daarvan bevinden zich thans in de periferie: het zijn de Evenen, Tsjoektsjen, Korjaken en Itelmenen, die zich in leven houden met visserij en rendierteelt. Zij worden door veel Russen met net zo’n argwaan bekeken als de gastarbeiders uit Tadzjikistan, Oezbekistan en Kirgizië.
Naast xenofobie en de daarmee gepaard gaande hypocrisie vormt de kwetsbare, dikwijls onderdrukte positie van vrouwen een tweede rode draad in de roman. Telkens blijkt het verhaal van de verdwenen zusjes daarbij op de achtergrond een rol te spelen. Een student die zich op een feestje laat ontvallen dat ze lesbisch is, wordt getrakteerd op gruwelverhalen: maak jezelf kwetsbaar, zoals die meisjes deden, en er wacht je dood en verderf. Een andere jonge vrouw moet zo ongeveer elk uur aan haar bezitterige vriendje rapporteren waar ze is. Een jonge moeder, door haar man gedwongen thuis te blijven bij hun kind, wordt gek van verveling en heeft erotische fantasieën over de Centraal-Aziatische gastarbeiders die ze vanuit haar raam bespiedt.
De verscheurdheid van de gemeenschap komt het schrijnendst aan de orde wanneer we over het meisje Lilia lezen. Zij is Eveense en van de authentieke cultuur van dit volk lusten de etnische Russen, op hun manier, wel pap. Gretig leren ze Eveens dansen en voeren ze toeristen naar Eveense dorpen, om het gemarginaliseerde volk te gelde te maken.
Lilia verdween enkele jaren vóór de zusjes. Maar waar die laatste verdwijning een steeds eroderender effect op de samenleving blijkt te hebben, is het wegraken van Lilia door niemand opgemerkt en laat het bijna elke Rus die er wel van weet koud.
Eigen verdwijning eerst. Kamtsjatka ligt dichterbij dan we dachten.
Julia Phillips: Verdwijnende aarde. Uit het Engels vertaald door Else de Roon Hertoge en Annelies de hertogh. Meulenhoff; 332 pagina’s; € 22,99.