TV-RECENSIEFrank Heinen
Indrukwekkend hoe de usual suspects overtuigd blijven van hun eigen inzicht
Zaterdagavond in Op1 wees Maurice de Hond ons de weg uit de coronacrisis. Presentator Tijs van den Brink disclaimerde vooraf: ‘Maurice, je bent geen viroloog, je bent sociaal geograaf en je bent gewend om met veel data te werken.’
Bart, je bent geen wetenschapper, wel een koekebakker – vertel, hoe gaan we de honger in de wereld oplossen?
Er volgde een uitvoerig exposé van iemand die overtuigd was van het feit dat zijn bevindingen zo snel mogelijk verspreid moesten worden. Dat was al eerder duidelijk: vrijdag was De Hond te gast in een soort online inbeluurtje van Jort Kelder. Daarin vertelde hij hoe hij al weken bezig was om zijn theorieën in de krant en op tv te krijgen. Tot zaterdag was hij eigenlijk alleen te zien geweest in Business Class, de advertentieshow van Harry Mens voor bungalowparken en wijnboeren. De Hond zette daar in een kwartier zijn theorie over de rol van luchtvochtigheid in verspreiding van het virus uiteen, slechts drie keer onderbroken door Mens, die bij elke verse grafiek steeds ‘Wat zien we hier?’ monkelde, op de toon van iemand die al tien jaar onafgebroken coronagrafieken bestudeert.
De Hond vertelde vrijdag dat verschillende politici zijn blogs lazen, en verbaasde zich over het gebrek aan Hilversumse hapbereidheid. Kelder was al lang overtuigd: ‘Maurice moet vanmiddag nog worden uitgenodigd voor een presentatie bij het Outbreak Management Team.’
Het gesprek in Op1 meanderde zaterdag van ‘superspread-events’ naar aërosolen en het gevaar van kerkgezang richting de noodzaak van zelfgemaakte mondkapjes. Ook legde De Hond uit dat de economie op de ic lag, en dat 25 procent van de ondernemers helemaal geen anderhalve meter afstand kónden houden. Had hij zelf gepeild. Bij een zeldzame nuance van stamgastviroloog Osterhaus zat De Hond meewarig nee te schudden.
Het probleem is niet Maurice de Hond, of Ab Osterhaus. Het probleem is zelfs niet Jort Kelder. Het probleem is dat talloze trouwe talkshowhabitués gedurende jaren een goedlopende handel in vrijblijvendheid hebben kunnen uitbouwen op het stukje wal vol beste stuurlui waar de talkshows opereren. Of het nu klopt wat ze beweren, of dat het gevaarlijke kolder is, doet niet ter zake. Ze vertegenwoordigen geen universiteit, of krant of kabinet: ze vertegenwoordigen alleen zichzelf en hun enige verantwoordelijkheid is om elke keer met iets anders te komen, iets tegendraads. Die eigenwijsheid woekert ongestoord in een kas die wordt gerund door tv-redacties die zich gedwongen voelen voortdurend te verrassen. Liefst met het nodige aplomb, dat kijkt het prettigst. Het is indrukwekkend hoe zelfs te midden van wereldwijde onzekerheid en verwarring de usual suspects overtuigd blijven van hun eigen inzicht in praktisch elk onderwerp dat ter tafel komt. Geruststellend ook, als het tenminste niet zo verontrustend was.