Het gonst in het hoofd
'ER ZIJN maar weinig kopieerapparaten waarmee geen afdruk van iemands achterwerk is vervaardigd. Er zijn extreem weinig bureaus waarop nooit eens is gewipt....
Voor wie John Lanchesters eerste roman, The Debt of Pleasure (De schuld van het genot), heeft gelezen, is Mr Phillips (De heer Phillips) zowel aangenaam herkenbaar als verrassend nieuw.
In The Debt of Pleasure maakten we kennis met de zeer erudiete - en, naar later bleek, ook behoorlijk psychopathische - Tarquin Winot. Deze presenteerde zich in het boek als een man met duizend meningen en als bron van duizend-en-één culinaire wetenswaardigheden. Hij kon de lezer alles vertellen over de relatie tussen Russische blini's, Zweedse sockerstuvor, Finse tattoriblinit, Poolse nalesniki en Yorkshire pudding, en wist tussen de culinaire bedrijven door duidelijk te maken waarom Leonardo da Vinci als een stumperige mislukkeling moet worden beschouwd. Om maar wat te noemen.
De heer Phillips is geen psychopaat. Hij heeft geen serie moorden op zijn geweten, zoals Winot, en is evenmin verpletterend erudiet. Veel gevoel voor de hogere eetkunst heeft hij evenmin, want als hij een meisje met mooie bruine ogen tegenkomt, doet de kleur hem denken aan de vulling van een Mars-reep. Maar evengoed is hij, zeker voor een accountant, zeer onderhoudend gezelschap. Hij bezit het vermogen achter de dingen te kijken en weet ons de soms speelse, soms verbijsterend rechtlijnige gedachtespinsels die hieruit voortkomen, op vaak aanstekelijke wijze uit de doeken te doen.
Mr Phillips beslaat een dag uit het leven van de hoofdpersoon en biedt volop ruimte voor uitweidingen. Zoals te verwachten begint het verhaal wanneer Phillips nog in bed ligt, naast zijn vrouw met wie hij het een keer in de maand doet. Dat is minder dan het geweest is, maar samen in bed liggen is aangenaam. Het gaat dan ook gepaard met allerlei zintuiglijke ervaringen. Bij het geuraspect staat Phillips een tijdje stil. Hij onthult dat de huid van zijn echtgenote op momenten als deze meestal naar melk ruikt, soms naar kaneel, en haar haar naar bladeren, Londen, metalig zweet en muskus.
Soms ook ontsnapt vanonder het donzen dekbed een vleugje vaginageur, die een enkele keer vergezeld gaat met het aroma van geroosterde amandelen. Maar dat gebeurt alleen als zij zaaddodende pasta heeft gebruikt en er een reactie plaatsvindt tussen haar lichaamsstoffen en de nonoxyl-9 uit de tube. Maar als gevolg van haar afgenomen vruchtbaarheid en de lage frequentie van het echtelijk verkeer komt het amandelaroma niet zo vaak meer vrij.
Wie aan dergelijke bespiegelingen, ook als ze niet seksueel getint zijn, het land heeft, zal weinig vreugde beleven aan Mr Phillips. Maar wie wel aardigheid heeft in een personage dat stilstaat bij zaken waar anderen aan voorbijgaan, zal zien dat dit boek de vergelijking doorstaat met het beste werk van Nicholson Baker. Met dien verstande dat er bij Lanchester, alle bespiegelingen ten spijt, al met al nog heel wat gebeurt.
De inhoud van Mr Phillips kan snel worden samengevat. De (maan)dag die in het boek wordt beschreven, is de eerste na Phillips' ontslag, de vrijdag ervoor. Hij heeft het weekeinde niet benut om zijn vrouw de onheilstijding mee te delen en besluit op de normale tijd op te staan, zijn aktetas te pakken en te doen alsof hij naar zijn werk gaat.
In werkelijkheid wandelt hij de hele dag door Londen. Hij slentert door een park, brengt een bezoek aan de Tate Gallery, luncht met een van zijn zoons in Soho, bekijkt een beroerde pornofilm ergens in een zolderzaaltje, gaat een bank binnen die net wordt overvallen, helpt een oude dame met boodschappen doen, drinkt een pint en gaat uiteindelijk weer naar huis.
Tussen deze activiteiten door blijft het gonzen in zijn hoofd. Hij stelt ranglijsten op van alle mogelijke verschijnselen, variërend van de toptien van meest opwindende fantasieën tot de gemiddelde kans om op een bepaalde leeftijd dood te gaan in het licht van de kans de staatsloterij te winnen. Het aardige is dat het obsessieve ordenen en rangschikken niet alleen goed aansluit bij het beroep dat Phillips decennialang heeft uitgeoefend, maar dat het bij hem bovendien een functie heeft. Het is zijn middel om vat te krijgen op de werkelijkheid en zijn ongenoegen kwijt te kunnen.
Mr Phillips is niet alleen een humoristisch boek, het is vooral een cerebraal genoegen. Lanchester intrigeert, hij onderhoudt, amuseert en dwingt respect af met zijn vindingrijkheid. Tegelijk maakt het boek van de eerste tot de laatste bladzijde nadrukkelijk een bedachte indruk. Het kan haast niet anders of de auteur is heel wat minder obsessief dan zijn personages. John Lanchester heeft dit boek geschreven omdat hij het wilde, niet omdat hij het moest.