Het Dordrecht van Buddingh'

Cricket, poezen, Engelse poëzie en Dordrecht - de combinatie van die vier begrippen kan slechts leiden tot één man: de dichter Cees Buddingh'....

Aleid Truijens

Hij liet zich wel in met de moderne tijd, deze 'Dordtse jongen' die tot op hoge leeftijd een jongen bleef. In de jaren vijftig schreef hij licht experimentele gedichten - de fameuze Gorgelrijmen - en in de jaren zestig nadrukkelijk 'gewone' poëzie in de trant van Barbarber en Gard Sivik. Modern, maar tegelijk een biedermeierachtige burgerman die in zijn dagboeken kneuterig kon uitpakken over geurige sigaren, de loempia's van Pom Lai, het gesnor van de poezen Sam en Kootje, zijn geliefde Stientje, zijn dekselse jongens en de triomfen van de voetbalclub D.F.C. Een bonhomme die, every inch zichzelf, voor geen enkele gelegenheid zijn das en tweedjasje verruilde voor een trui of een smoking.

Hij vereenzelvigde zich met zijn stad, en die stad riep hem trots uit tot ereburger. De glunderende stadspoëet schreef portretten van het voormalige eilandje met zijn ietwat nurkse bewoners. Hij bezong de stompe toren van de Grote Kerk, de steegjes, de haven en de 'poppenhuisjes'. Maar even lief als het middeleeuwse stadje was hem de industrie, het 'voortijdig' grauw en de nieuwe lelijkheid. Het hoorde er allemaal bij: 'Een stad van vrouw en kinderen, pensionkamer, brommer, autootje, ziekenfondskaart.'

Ooit was Buddingh' van plan een kolossale geschiedenis van Dordt te schrijven. Het plan kromp in tot de uitgave van een fotoboek, maar ook dat is er nooit van gekomen. Wim Huijser maakt het gemis een beetje goed met Een stad als een boek - Het Dordrecht van C. Buddingh' (Walburg Pers; ¿ 29,50). Het is een bloemlezing uit het 'Dordtse' werk, en uit de dagboeken, tegelijk wandelgids en fotoboek. Een aardige aanleiding om het stadje te bezoeken, ook de stad van de dichter Jan Eijkelboom, en van de hooggeleerde Vossius.

Maar voor Buddingh was Dordt voor alles de stad van het gemeenteschooltje aan het Kasperspad, de Weekmarkt, het sportterrein aan de Oranjelaan en de boekhandel aan de Reeweg. 'Nee, je kunt maar het beste leven/ waar je wortels zijn, waar je denken kan: o ja, daar/ stond ik altijd op Stientje te wachten en hier/ kwam ik mijn moeder toen tegen.' Hij heeft er nu een pleintje. Nee, geen mooi pleintje.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden