klassiek
Het beste van Arvo Pärt ontroert: sopranen uit Estland lichtten op als sterren aan de hemel ★★★☆☆
Toch viert het Arvo Pärt Festival vooral de Pärt die we al kennen. Daardoor vallen ook zijn clichés en maniertjes op.
De naar men zegt best beluisterde levende componist ter wereld, de Est Arvo Pärt (86), loopt er helaas niet zelf rond. Maar verder jubelt alles en iedereen in het Amsterdamse Muziekgebouw. Het doorgeschoven Arvo Pärt Festival, aanvankelijk geprikt voor april 2020, trekt uitverkochte zalen. En omikron of niet, de meeste bezoekers schuiven aan met een pre-pandemische zorgeloosheid.
De zesdaagse die dinsdag begon, brengt een ‘ode aan een diepzinnig muziekvernieuwer’. Aan die kwalificatie is geen woord gelogen. Arvo Pärt hééft de muziek vernieuwd, al ontleent de halve kluizenaar daar geen trots aan. En diepzinnig zijn ze, de religieuze teksten die hij in de loop van de decennia heeft getoonzet en doorleefd. Maar helaas viert het programma vooral het bekende. Pärt maakt zich breed en dat is dat. Het gevolg: clichés en maniertjes vallen op. Wéér zo’n gestaag crescendo, opnieuw die mysterieuze klingel op buisklok, piano of celesta.
Tijdens het woensdag herhaalde openingsconcert dirigeerde de Est Tõnu Kaljuste, een Pärtveteraan, een dwarsdoorsnee van bijna 35 jaar componeren. Fratres (1992) klonk in de versie voor viool, strijkorkest en percussie, met aarzelende eerste stappen van de vioolsolist Harry Traksmann. Te lang uitgesponnen trok de klaagzang Adam’s Lament (2010) voorbij.
Maar eerlijk is eerlijk, Pärt op z’n best ontroert. Als toegift gaven het Ests Filharmonisch Kamerkoor en het Tallinn Kamerorkest de smeekbede Da pacem Domine uit 2004. Zelden wist een componist het verlangen naar zielerust zo raak te treffen. Magnifiek hoe zachtmoedige sopranen uit Estland oplichtten als sterren aan de hemel.
Arvo Pärt Festival
Door Ests Filharmonisch Kamerkoor en Tallinn Kamerorkest o.l.v. Tõnu Kaljuste
Klassiek
★★★☆☆
23/3, Muziekgebouw, Amsterdam. Terugluisteren via radio4.nl.