ArchitectuurJaarboek 2017-2018
Het architectuurjaarboek 2017-2018 is zonder twijfel de meest geëngageerde sinds jaren
Nieuwe architectuurjaarboek kraakt harde noten over verwoestend effect stijgende huizenprijzen.
Gelukkig zijn er fenomenen die als Asterix' dorpje in Gallië stand houden waar iedereen is afgehaakt. Een jaarboek, een gedrúkt jaaroverzicht, lijkt een anachronisme, maar het Architectuur Jaarboek houdt het al vol sedert 1988. Sterker nog: de editie van dit jaar toont dat een medium uit een andere eeuw een prima manier is om architectuur urgent en politiek te maken.
Het jaarboek 2017-2018, ondertitel A New Dawn, is zonder twijfel de meest geëngageerde sinds jaren. De redactie (Kirsten Hannema, Robert Jan de Kort en Lara Schrijver) stelt in haar inleiding vast dat het huis door alle prijsstijgingen een vastgoedobject is geworden. De Hollandse traditie van zorgvuldig doordachte sociale woningbouw – en daarmee betaalbaar wonen – is volledig op de achtergrond geraakt.
De ontplofte huizenmarkt heeft vele oorzaken, maar het jaarboek focust vooral op de rol van de architect. Interessante vraag bijvoorbeeld wanneer het jaarboek – waarvoor de dertig beste architectuurprojecten worden geselecteerd – voor het laatst een mooi sociaal woningproject op de cover had. Je moet ver terug. Naar 1996 om precies te zijn, stellen architect Reinier de Graaf, partner bij het bureau OMA van Rem Koolhaas, en planoloog Jacqueline Tellinga vast in hun bijdrage aan het jaarboek.
Dat was een andere tijd, toen jonge architecten als MVRDV en Mecanoo hun reputatie bouwden op sociale huisvesting. Ze kregen opdrachten van woningbouwverenigingen die nog ouderwets Patrimonium heetten, Beter Wonen of Verbetering Zij Ons Streven. Rendementsdenken beheerste nog niet de directiekamers van de corporaties.
De stijgende huizenprijzen hebben een verwoestende inhaligheid losgemaakt bij iedereen, schrijft de redactie van het jaarboek. Het is een greed die de redactie doet denken aan Gordon Gekko, de beurscowboy uit de film uit Wall Street. Een huis kopen levert zo veel meer op dan beleggen, soms zelfs meer dan een baan. En dat heeft zijn weerslag op de architectuur.
De Graaf en Tellinga stellen vast dat de huizenmarkt een nieuwe adel kweekt. Het verschil in kapitaalgroei tussen huiseigenaren (en hun kinderen) in de Randstad en huurders, heeft niets te maken met verdienste: 'Het is maar in welke nest en regio je bent geboren.'
Ze denken dat de bouwcrisis van na 2008 een handvat geeft voor oplossingen: 'De lessen van de crisis kunnen worden verzilverd door ruimte te maken voor kleinschalige projecten met direct betrokken iniatiefnemers'. Collectieve zelfbouwprojecten kwamen toen opzetten en leverden interessante architectuur op. Geef mensen kans zelf te investeren in hun huis samen met architecten en kleine aannemers, is hun advies. Dan komen er weer voorbeelden van markante woningbouw op het omslag van het Jaarboek.
Architectuur in Nederland, jaarboek 2017-2018, Nai010 uitgevers, € 39,95.