Hans Favereys 'beeldschone' erfenis
Poetry gaf de doorslag, erkent Lela Zeckovic. Want Poetry wilde zo graag die bundel met nagelaten gedichten van haar man, Hans Faverey....
Toch, 'het is wel goed dat Poetry een beetje druk heeft uitgeoefend. Nu is een goed moment'. Volgende maand tien jaar geleden overleed Hans Faverey. Vanavond wordt in Rotterdam Springvossen (De Bezige Bij) gepresenteerd, een bundel met niet eerder gepubliceerd werk, waaronder ook een paar facsimile's.
Springvossen bevat voor het merendeel voltooide gedichten, maar er is ook een typoscript afgedrukt met verschillende versies van één gedicht, en de bundel begint met een aantal gedichten die, schrijft Zeckovic in haar verantwoording 'misschien atypisch aandoen; ze kunnen gelezen worden als stijloefeningen.'
Faverey (1933-1990) debuteerde in 1968 met Gedichten, een bundel die als vrijwel onbegrijpelijk werd beschouwd. Later ontstond meer begrip voor zijn werk, en kort voor zijn dood werd hem de Constantijn Huygensprijs voor zijn gehele oeuvre toegekend. Faverey probeerde de 'roekeloze, meedogenloze schoonheid' van het bestaan te fixeren.
Samen met hoogleraar Nederlandse letterkunde Marita Mathijsen heeft Lela Zeckovic de nalatenschap van Faverey gecatalogiseerd. 'Een enorm werk', verzucht ze. Maar ze vond 'beeldschone gedichten', waarvan er, na de bundel die ze nu heeft samengesteld en die een coherent geheel moest worden, nog een stuk of twintig, vijfentwintig over zijn. 'En dan is het echt op.'
'Die andere gedichten doen we nog een keer, over drie of vier jaar. Alleen denk ik niet dat ík de volgende bundel zal samenstellen. Want ach, waarom ik. En er zijn liefhebbers die zich ermee willen belasten. Maar ik wil wel een oogje in het zeil houden.' Wellicht verschijnt in de toekomst ook een wetenschappelijke uitgave van Favereys werk, met alle varianten die van zijn gedichten bestaan.
Hans Faverey wilde als jongen componist worden - in Springvossen zijn twee partituren afgedrukt die hij als 15-jarige noteerde - maar hij werd dichter. In een van de weinige interviews die hij heeft gegeven, spreekt Faverey over zijn jaloezie op componisten, die niet vastzitten aan verwijzingen. 'Van woorden verwacht men begrijpelijkheid. Je mag het niet alleen met ritme en klank doen.'
Dichter of componist, dat zijn geen beroepen die je kunt leren, als zodanig word je geboren, zegt Favereys jongere broer Robby, zelf gitarist/luitist. Robby Faverey speelt vanavond als hommage aan zijn broer op de theorbe, de basluit. 'Muziek was heel belangrijk in zijn leven. De muziek die ik speel, Franse luitmuziek, is contemplatief, het is bijna een soort spreken.'
'De gedichten van Hans zijn een spel van taal, zo zag hij dat ook. Een woord kan iets muzikaals oproepen. Niet voor niets zoeken musici heel lang naar een naam voor een groep. Maar aan woorden hecht je betekenis. Als ik een akkoord speel, geeft wat eraan vooraf gaat, en wat erna komt er betekenis aan. Woorden hebben altijd betekenis in zichzelf.'
Nagelaten gedichten van Hans Faverey, vanavond 20.00 uur, Kleine zaal Rotterdamse schouwburg. www.poetry.nl.