Geen bladzijde zonder de esculaap
Wie werk wil lezen van MIROSLAV HOLUB, de Tsjechische dichter die vorige week op 74-jarige leeftijd is overleden, moet niet schrikken van biologische of medische termen....
MIROSLAV HOLUB was dokter en dichter, en dat is een combinatie die zo vaak voorkomt dat er al heel wat gespeculeerd is over de mogelijke overeenkomsten in houding, in de manieren van kijken en werken, die beide disciplines vereisen.
Ook Slauerhoff diende de muze en de esculaap, en Toon Tellegen doet het, Rutger Kopland specialiseerde zich als psychiater in het slaapgedrag en Jan Kal deed wanhopige pogingen zowel dichter als dokter te worden, en buiten Nederland zijn John Keats en William Carlos Williams beroemde voorbeelden van de kennelijk vruchtbare verbintenis.
In de poëziebundels van de Tsjechische dichter Miroslav Holub zijn zijn opleiding tot en broodwinning als biomedisch onderzoeker letterlijk op vrijwel iedere bladzijde terug te vinden. Geen in de medicijnen ongeschoolde dichter zou het in zijn hoofd halen een bundel Vanishing Lung Syndrome te noemen - bij leken wordt dat hooguit Ik heb Goddank twee goede longen.
Holub deed dat wel, en hij deed het vaak; een andere in het Engels vertaalde bundel van hem heet Sagittal Section - dat is, begrijp ik, een bepaalde ingreep in de schedel, uit te voeren met scherp gereedschap - en weer een volgende Interferon. In een Duitse bloemlezing van zijn werk, Vom Ursprung der Dinge, staat een afdeling 'Biologische Gedichte', en reken maar dat de biologie er in aanwezig is, technische termen incluis.
'Ik schrijf graag voor mensen die niet zijn aangeraakt door de poëzie', liet Holub eens weten. 'Bijvoorbeeld voor hen die zelfs niet weten dat poëzie voor hen bestemd zou kunnen zijn. Ik zou willen dat ze op een even natuurlijke wijze gedichten lazen als kranten, of zoals ze naar een voetbalwedstrijd gaan.' Maar een zekere immuniteit voor biologische en medische termen kunnen ze maar beter wel meebrengen, als ze hem gaan lezen. Anders schrikken regels als 'Die männliche Milbe Adactylidium/ schlüpft im Leib der Mutter aus' wellicht af.
Holub, die in 1923 in Plzen in Bohemen geboren werd en naar pas nu bekend werd verleden week dinsdag in Praag stierf, had aan de Karelsuniversiteit in Praag medicijnen en biologie gestudeerd, en werkte vanaf de jaren vijftig als immunoloog aan het instituut voor microbiologie van de Tsjechoslowaakse Academie van Wetenschappen. Hij had zich gespecialiseerd in de besmettelijkheid en immuniteit van haarloze muizen, die hij ook zelf had gekweekt. In dit vakgebied staan talrijke publicaties op zijn naam.
Daarom alleen al ontkwam geen van zijn lezers of critici eraan zijn poëzie met een zeker schrikachtig ontzag te lezen of te becommentariëren, ongeveer zoals je bij ons in commentaren op Leo Vromans poëzie ook altijd meteen leest dat hij bloedonderzoek doet. Natuurwetenschappelijke kennis intimideert en als een dichter ook nog serieus onderzoek doet fascineert dat. De Ierse dichter Seamus Heaney, die veel in Holubs poëzie herkend moet hebben, maakt er in het essay dat hij aan Holub wijdde ook veel werk van. Hij vergelijkt Holubs gedichten met chemische processen.
Het is de vraag of dat terecht is. Weliswaar geeft Holub in zijn verzen keer op keer aanleiding zijn verwantschap met een andere discipline aan de orde te stellen, hij is tegelijkertijd evenzeer begaan met het ondoorgrondelijke karakter van de poëzie zelf. 'What else is poetry but killing that small dog in yourself?', vraagt hij zich af in een van de gedichten in Vanishing Lung Syndrome.
Holubs ongebruikelijke onderwerpen en taalgebruik maakten het hem aanvankelijk, eind jaren vijftig, mogelijk vrijelijk te publiceren in het Tsjechoslowakije van de communistische boekenhaters. Tegen de tijd dat hij in de ogen van het heersende regime verdacht werd was hij al te beroemd geworden om hem aan te pakken. Toen het ooit, jaren geleden, met veel moeite gelukt was hem op Poetry International te laten optreden, had hij kunnen wegblijven, maar hij was te zeer aan zijn andere werkzaamheden gehecht om aan die verleiding toe te geven.
Een zekere laconieke gelatenheid kan zijn werk niet onzegd worden. 'Those who won shall be lost to memory', schreef hij in het gedicht 'Skeletons'. 'In order that everything can happen again.'
Michaël Zeeman