Eurosonic Noorderslag
Eurosonic Noorderslag zou voor de veelkleurige Spaanse popmuziek weleens een inhaalslag kunnen zijn
De Spaanse pop, eigenwijs en zeer gevarieerd, heeft het niet altijd makkelijk in de noordelijke Europese landen. Maar dat kan veranderen, mede dankzij het optreden van maar liefst vijftien Spaanse acts in Groningen.
Het lied Pausa van de Madrileense band Izal is een van de sterkste Spaanse rocksongs van het afgelopen decennium. In het nummer is zanger Mikel Izal aan het bijkomen van een relationele ruzie; hij overdenkt waar het is misgegaan, hoe de communicatie soms kan stuklopen en hoe geliefden elkaar ineens niet meer begrijpen. ‘Yo solo pido pausa, y tú me das ojos de huracán’, zingt hij. ‘Yo solo pido calma, y tú haces espuma el agua del mar.’
Poëtische zinnen die je niet zou moeten willen vertalen, maar vooruit: ‘Ik wil alleen een pauze, en jij kijkt me aan met een orkaan in je ogen. Ik vraag alleen om rust, maar jij laat het zeewater schuimen.’ Mikel Izal zingt het met ingehouden woede, maar tegelijk overlopend van onvoorwaardelijke liefde – zoals ze dat in Spanje nu eenmaal goed kunnen. Pausa wordt gedragen door een mooie stem, door dreigende gitaren en een emotioneel kippevelrefrein. Oftewel: een toplied.
Eurosonic Noorderslag 2023
Het festival Eurosonic Noorderslag (ESNS) wordt van woensdag 18 tot en met zaterdag 21 januari gehouden op diverse locaties in Groningen. Het programma belooft veel: zangeres Dua Lipa komt langs voor een lezing op het bijbehorende congres en de Spaanse pop wordt drie dagen uitgelicht, naast veel ander talent uit de rest van Europa. Op zaterdag speelt in de Oosterpoort de beste Nederlandse pop en wordt de jaarlijkse Popprijs uitgereikt.
In Nederland en onze buurlanden kent waarschijnlijk niemand Pausa, of Izal. In Spanje speelt de rockende indieband al jaren in afgeladen arena’s, maar ten noorden van de Pyreneeën is Izal onbekend en dus ook onbemind. En dat is zonde.
Spaanse (en meestal Spaanstalige) pop heeft het in de noordelijk Europese regio moeilijk. Wie in Nederland denkt aan Spaanstalige muziek, hoort tussen de oren vermoedelijk vooral zonnige latin pop langsdrijven. Van die niets-aan-de-handmuziek uit de supermarkt, als er weer ijsjes moeten worden gekocht.
Maar dat is toch een vervelende misvatting, die voortkomt uit aangeboren desinteresse, die weer wordt ingegeven door een taalprobleem. Want de Spaanse pop is ongeveer zo gevarieerd als het Iberische landschap, van besneeuwde bergtoppen tot witte stranden en dorre woestijnvlakten. En vooral de tegendraadse, lichtelijk schurende en dus onderzoekende muziek bloeit als in bijna geen enkel andere natie uit de Europese Unie.
Inhaalslag
Gelukkig kunnen we volgende week in Groningen een inhaalslag slaan. Op festival Eurosonic Noorderslag (ESNS) staan ons van woensdag 18 tot en met vrijdag 20 januari vijftien nieuwe Spaanse bands te wachten, die moeten bewijzen hoe veelkleurig en vooruitstrevend de Spaanse popmuziek is. Een buitenkansje.
Volgens concertorganisator Cesar Andion, werkzaam voor de Spaanse tak van de wereldwijde concertorganisator Live Nation en het exportbureau The Spanish Wave, ontplofte de alternatieve Spaanse muziek vlak na het einde van de dictatuur. Het land had onder generaal Franco lang op slot gezeten en toen de deuren na diens dood in 1975 eindelijk openzwaaiden, knalde de muziek uit de bedompte huiskamer.
‘Er waaide ineens een frisse wind door het land van kleine, onafhankelijke bandjes die tegenwicht wilden bieden aan de destijds heersende liedjescultuur’, zegt Andion. ‘Jonge mensen wilden hun vrijheid vieren met dwarse muziek en liefst een heel eigen scene. In Madrid bijvoorbeeld ontstond al snel de bekende Movida Madrileña, een jongerenbeweging die dreef op punk en new wave. En overal werden fanzines in het leven geroepen en openden kleine concertzalen en indieplatenlabels.’
In de jaren tachtig trok een golf van ‘hedonisme’ door het land – zo noemen de Spanjaarden het zelf, met trots. Een halve generatie ging vol overgave aan de drugs en stortte zich in een ongebonden seksleven én onbuigzame en liefst dwarse muziek. De ‘hedonistische cultuur’ dook als een soort jonge volksbeweging op in Barcelona, Vigo, San Sebastian en Bilbao. En in al deze steden ontstond een muziekcultuur met een heel eigen geluid: de musici wilden graag zo alternatief mogelijk zijn en dus ook niet lijken op collega’s uit de rest van het land.
Regionale verschillen
Die regionale verschillen vormen tot op de dag van vandaag die rijke Spaanse popcultuur. Spanje is een groot land, met nogal eigenzinnige gebiedsdelen van Baskenland tot Catalonië, Andalusië en Galicië, waar een compleet andere volksaard wordt gecultiveerd en soms zelfs een andere taal wordt gesproken. Dat hoor je ook nu nog terug in de pop: de Catalaanse mestizo-muziek, een mix van rumba, flamenco en ska, klinkt héél anders dan de harde en zeer politieke Baskische punkrock. De Spaanse pop werd zo gevarieerd als die van zes landen tegelijk.
In de jaren negentig werd de indie zo groot dat het eigenlijk geen ‘indie’ meer genoemd mocht worden. Vooral de band Los Planetas uit de stad Granada brak door met een wonderlijke mix van postpunk à la Joy Division en gitaren uit de flamenco. ‘Die band kreeg veel navolging’, zegt Andion. ‘En in alle regio’s kwamen grote rockbands op die het succes probeerden te evenaren, maar ook steeds een nieuwe cross-over zochten.’
De Spaanse pop-infrastructuur, die heel anders is dan die van bijvoorbeeld Nederland, hielp de vele alternatieve gitaarbands ook in het zadel. Spanje viert, ook al sinds de dood van Franco, ontelbaar veel fiestas: iedere stad, dorp of zelfs stadswijk heeft een eigen, vaak dagenlang durend feest waar de eigen cultuur wordt gevierd en ook steeds weer een band dat podium op moet. De rockband Izal speelde veel Spaanse steden plat en trok bijvoorbeeld bij de beroemde Aste Nagusia-feesten van Bilbao tienduizenden bezoekers – de fiesta-concerten zijn meestal gratis, ook dat helpt.
Toch drong al die hoogst originele muziek zelden door tot de noordelijke landen. Maar volgens Cesar Andion is dat niet per se sneu voor al die dwarsige Spaanse bandjes. Het komt allemaal door de taalbarrière, zegt ook Andion. ‘Wat betreft culturele export heeft Spanje zich altijd – en om begrijpelijke redenen – gericht op Latijns-Amerika. Overigens niet alleen omdat daar veel Spaans wordt gesproken, maar ook omdat je daar als band een geweldig publiek aan je kunt binden.’
Publiek in Mexico of Argentinië is volgens Andion hoogst gepassioneerd, extreem enthousiast en blijft een band als het even kan eeuwig trouw. En als je kijkt naar de tourschema’s van de grotere alternatieve Spaanse rockacts van nu – van de band met de wat merkwaardige naam Love of Lesbian tot de rockers van Léon Benavente – dan zie je inderdaad een lange lijst met Zuid- en Midden-Amerikaanse landen.
‘Maar de laatste jaren is er ook veel wederzijdse interesse in heel nieuwe en nog prille muziek, in hiphop en elektronische pop’, zegt Andion. De wisselwerking tussen Spanje en de Latijns-Amerikaanse landen is ook een belangrijke bloedtoevoer voor de onafhankelijk muziekcultuur. ‘Kijk naar het succes van het Spaanse indielabel Altafonte, dat pop uitbrengt en distribueert in Spanje en Latijns-Amerika, en daar heel groot mee is geworden.’
Vergeten afzetmarkt
Maar wat Andion betreft wordt het tijd dat er ook eens naar het noorden wordt gekeken. ‘Europa is een beetje onze vergeten afzetmarkt. Maar de tijden zijn veranderd: jongeren kunnen alle muziek streamen en dus zelf bands ontdekken, zonder te kijken waar zo’n band precies vandaan komt. De geografie speelt in het streamingtijdperk veel minder een rol.’
In Spanje is de geest ook echt rijp voor expansie naar noordelijke landen, zegt Andion, die dat gezien zijn functie natuurlijk ook moet zeggen. ‘Spanje beseft ook dat het een Europees land is en dat we Europa eigenlijk meer zouden moeten zien als één land, en als een soort thuisland. Europa is niet voor niets een vrije markt. Zo zou de popindustrie het ook moeten zien.’
Rosalía
Er is nog een factor van belang, die de Spaanse pop in het zonnetje kan zetten – en die factor heet natuurlijk Rosalía. De zangeres uit Barcelona werd na haar doorbraakalbum El mal querer uit 2018 een enorme popster in vrijwel de hele wereld. Rosalía werd na Spanje eerst groot in de VS en Zuid-Amerika, maar zelfs Nederland ging voor de bijl: de zangeres speelde vorige maand nog voor vijfduizend man in de Amsterdamse Afas Live. Haar bijzondere mengmuziek, van flamenco en hiphop tot cumbia en reggaeton, werd kennelijk universeel begrepen, taalbarrière of niet.
En daar kunnen haar navolgers – en landgenoten – van profiteren. De afgelopen jaren dook al mooie en ook al zo vrijgevochten muziek op van bijvoorbeeld María José Llergo, uit de Andalusische stad Pozoblanco. En de Madrileense rapper C. Tangana is al doorgebroken tot ver buiten de landsgrenzen – misschien ook omdat hij een tijdje verkering had met Rosalía: de relatiebreuk van die twee werd op sociale media op de voet gevolgd door vele Rosalía-fans.
Het belang van die nieuwe Spaanse grootheden is niet te onderschatten, zegt Andion. ‘In de Spaanse pop heerst nu het idee dat de ogen en oren van de wereld meer op ons gericht zijn, mede dankzij het succes van Rosalía en C. Tangana. Maar ook de internationale muziekindustrie kijkt nu ook met meer interesse naar ons, denken we. We hoeven in elk geval niet meer te bewijzen dat de Spaanse pop creatief is.’
Spaans poptalent op Eurosonic Noorderslag 2023
Ghouljaboy
Jordi Arroyo alias Ghouljaboy uit de Andalusische stad Jerez begon als rapper en blonk uit in harde Spaanse trap. Maar hij volgde veel Amerikaanse voorbeelden, greep een gitaar en legde zich toe op dromerige pop en indie – nog altijd wel met vocale verwijzingen naar zijn raps van weleer. Van Ghouljaboy wordt veel verwacht in Spanje. En na ESNS misschien ook bij ons? Leuk nummer: Descenso al sueño.
Woensdag 18/1, 22.15 uur, Vera.
Zetak
In Baskenland houden ze over het algemeen van popmuziek die er stevig in kleunt, van vierkante punk en metal tot dub en hardvochtige hiphop. Pello Repáraz alias Zetak doet het wat rustiger aan. Hij maakt gevoelige, melodieuze liedjes met hier en daar een verdwaalde gitaar, maar vooral bubbelende elektronica en blije beats. Hij zingt in het Baskisch en bedient zich daarbij bovendien van het wonderlijke lokale percussie-instrument de txalaparta. Ook dat kunnen ze waarderen in Baskenland. Leuk nummer: Zoriontasuna.
Vrijdag 20/1, 21.25 uur, News Café.
Marina Herlop
In Spanje kijken ze ook weleens een landje verderop. Zangeres en liedschrijver Marina Herlop uit Barcelona leent ritmes en zanglijnen uit de Indiase muziekkunst en zet die onder haar zweverige maar toch ook indringende stem, die soms klinkt als een op hol geslagen Björk, maar toch vooral ook als Marina Herlop. Ze maakt dromerige en zeer kunstzinnige liedjes die je transporteren naar een andere wereld (en Barcelona, en India). De gezaghebbende muzieksite Pitchfork beoordeelde haar laatste album Pripyat met een 8.0. Leuk nummer: Miu.
Woensdag 18/1, 21.30 uur, Stadsschouwburg.
Mundo Prestigio
De band Mundo Prestigio uit de stad Vigo houdt zo te horen wel van een strandfeest. Logisch ook, want Vigo ligt aan een fraaie baai in het westen van Galicië, met uitzicht op de Atlantische Oceaan. De krakende maar best funky muziek, inclusief tegen de pijngrens duwende vocalen, heeft de vale kleuren van een ansichtkaart uit de jaren zestig. De band is net begonnen, heeft een paar ep’s uitgebracht, maar komt toch al gewoon naar Groningen. Leuk nummer: Lucía Hidalgo.
Vrijdag(nacht) 20/1, 00.30 uur, Huize Maas.
Yo Diablo
Niet heel vernieuwend misschien, wel gewoon erg lekker en misschien ook wel oldskool en dus alternatief Spaans. Yo Diablo uit Valencia maakt zuigende en in echo’s verdronken rockabilly met psychedelische grondtonen, die ook is in te zetten als soundtrack bij een enge film. De band maakte ook werkelijk een soundtrack bij de Deense heksenfilm Häxan, en die muziek detoneert bepaald niet bij de beelden van mensenoffers en andere merkwaardigheden. Leuk nummer: Cumbia inferno.
Donderdag 19/1, 22.15 uur, All Round Poolcentrum.