Engelse fascinatie voor pijn en onderwerping

Het zou op zijn minst ongewoon zijn om nu, als je een museum bezoekt, overal schilderijen te zien waarin literaire helden figureren....

Wieteke van Zeil

De verbeelding van de literatuur is in deze tijd toegewezen aan filmmakers, die dankbaar nieuwe en oude romans als basis voor hun scripts gebruiken. Maar in de schilderkunst, nee.

Hoe anders dat rond 1800 was, valt direct op in de grote tentoonstelling Gothic Nightmares in de Londense Tate Britain. Hoewel de tentoonstelling met een andere reden is samengesteld – namelijk de verbeelding van de fascinatie met het donkere en ‘hogere’ in de Engelse kunst van die tijd – is dat één van de eerste dingen die in het oog springen. Wat een hoop literatuur. Naast de schilderijen hangen delen van de verhalen en gedichten die zijn uitgebeeld. Citaten uit Shakespeares A Mid-summer Night’s Dream, uit Ovidius’ Metamorphosen, uit de bijbel en veel uit John Miltons Paradise Lost. Er is zelfs een leestafel ingericht, in een zaal met alleen maar voorstellingen van gedichtscènes. Kun je meteen je literatuurkennis ophalen.

De schilders rond 1800 maakten graag gebruik van literatuur om contemporaine ‘historieschilderkunst’ (verhalende schilderkunst) te maken. Het belangrijkste schilderij uit de tentoonstelling, Henry Fuseli’s Nightmare (1782) werd dan ook prompt door critici vergeleken met literatuur en eerdere kunst waar het eventueel op gebaseerd zou kúnnen zijn. Het schilderij, dat naar hedendaagse maatstaven niet anders dan afzichtelijk genoemd moet worden, raakte een snaar die in de Engelse kunst doorklonk tot in de 20ste eeuw. Zelfs in de verfilming van Mary Shelley’s roman Frankenstein, in 1931, is het te herkennen in een van de scènes.

Nightmare is een gedrocht, met een vrouw zo massief als een klassieke pilaar die achterovergestrekt op een bed ligt. Een monster – mara – zit op haar buik en een karikaturaal paard kijkt van achter een doek toe (en is mogelijk de merrie in ‘nachtmerrie’). Het is wonderlijk dat de Engelse pers zelfs nu nog over het schilderij verhaalt als een schokkend en indrukwekkend werk, en als het niet zoveel invloed had gehad op andere kunst zou het onbegrijpelijk zijn dat het middelpunt vormt van deze tentoonstelling.

Maar Nightmare was vanaf het eerste moment, toen het in 1782 in de Royal Academy werd getoond, een ijsbreker. Terwijl de rivaliserende schilders Gainsborough en Reynolds met hun brave kunst om de aandacht streden, liep de Zwitserse Fuseli er mee weg. Wat verbeeld werd, was niet het goede en deugdelijke, maar de kracht van een nachtmerrie, het kwaad dat in de slaap toeslaat. En niet zonder seksuele connotaties.

Vanaf dat moment zette de fascinatie voor het gewelddadige én voor het hogere door. Die combinatie is opvallend. Voor een groot deel gaat de tentoonstelling over lichamelijke pijn en onderwerping. De beeldcitaten uit de literatuur gaan steevast over gevallen helden, over spectaculaire ingrepen van hoger hand en over langdurige pijn en martelingen. En als die niet al seksueel zijn, dan worden ze wel seksueel gemaakt. Zo is de ketening van de titaan Prometheus op een rots door de vuurgod Hephaestos in verschillende afbeeldingen bijna tot een homoseksuele verkrachting gemaakt.

Gothic Nightmares laat een andere romantiek zien dan de romantiek in het vaste land rond dezelfde periode. Met Goya en Caspar David Friedrich heeft dit werk weinig van doen. In de Engelse versie, waarvan ook de Zwitser Fuseli deel uitmaakt omdat hij het grootste deel van zijn leven in Groot-Brittannië werkte, is het romantisch verlangen gericht op traditie en verleden. De gruwel die de werken van William Blake en Fuseli omkleedt, ademt iets van de gruwel van de Engelse Middeleeuwen: de hang naar het bovennatuurlijke in combinatie met lichamelijke wreedheden.

De tweeslachtigheid tussen vlees en het bovennatuurlijke wordt zichtbaar in klassieke lichamen die draaien als Italiaanse helden van het manniërisme. Maar hier zijn ze in decors geplaatst waarin bijgeloof en geweld de hoofdrol spelen. De ijskoningin Brunhilde uit het middeleeuwse Nibelungenlied ligt bijvoorbeeld als een Titianeske schoonheid op haar sofa, terwijl ze toekijkt hoe haar wreed opgehangen nieuwe echtgenoot Gunther de nacht doorbrengt. De heksen van MacBeth worden door John Runciman als karikaturen van Leonardo da Vinci verbeeld. Kastelen, donkere wouden en kerkers figureren in deze variant van de romantiek zoals ze dat nu nog steeds doen in Harry Potter. Wreedheid als volksvermaak en collectief bijgeloof geven de kunstwerken in Gothic Nightmares een onmiskenbaar Engels karakter.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden