Boeken

Emma en Terrie reisden een jaar lang door Afrika in een oude Land Rover

25 jaar geleden reisden Emma Fischer en Terrie Hessels met een oude Land Rover door Afrika, waarbij ze leefden als de bevolking. Nu is er een bijzonder fotoboek.

Arno Haijtema
Terrie Hessels en Emma Fischer Beeld Daniel Cohen
Terrie Hessels en Emma FischerBeeld Daniel Cohen

Was het onbezonnen? Geenszins, er ging een lange voorbereiding aan vooraf. Was het gevaarlijk, in de jungle of bij de gewapende overvallen? Viel mee. Zouden ze de reis door Afrika weer maken, als het zo uitkwam, zelfs met het oorlogsgeweld in Tsjaad en Ethiopië of de wijdverbreide terreur van Boko Haram? ‘Wat je over het continent hoort, is heel anders dan hoe je het ter plekke ervaart.’ En dus zal het geen angst zijn die Emma Fischer (49) ervan zou weerhouden met haar partner Terrie Hessels (66) de Land Rover op te lappen die geparkeerd in hun achtertuin staat. En net als 25 jaar geleden een reis van 37 duizend kilometer te maken, door woestijnen, savannen, hoogvlakten en jungles, in de klamme hitte van de bush en de kou van de Zuid-Afrikaanse winter.

In de woonkamer van de Villa, de oude directeurswoning van een papierfabriek in het Noord-Hollandse Wormer – nu een uitvalsbasis voor internationale muziekactiviteiten, ooit door Hessels en Fischer gekraakt met gelijkgestemden – ligt het boek Improvising vers van de pers op stapels. Het is de weerslag, in tekst, foto’s en schilderingen, van het avontuur dat het tweetal eind 1995 aanging: een jaar lange reis door grofweg héél Afrika. Niet als toeristen die van vijfsterrenhotel naar resort en verzorgde safari trekken. Nee, als reizigers die contact zochten met de bewoners, aten wat zij eten, leefden zoals zij leven en zich op voet van gelijkheid met elkaar verstaan: honderden talen en culturen, Touaregs, Pygmeeën, Masai – een uitbundige verscheidenheid.

Het plan om uit de routine van alledag te stappen en te reizen, sluimerde lang. Dus áls ze wat wilden, moesten ze de routine die zo routineus niet was drastisch doorbreken. Hessels en Fischer leidden al een tamelijk ongeregeld leven, respectievelijk als gitarist van de wereldwijd optredende avant-gardeband The Ex en vormgever (onder meer van het artwork van de band) annex schilder.

Het bestaan van toeren en platen maken werd op pauze gezet, en half december 1995 tufte de Land Rover zuidwaarts, naar Spanje, Marokko, de Sahara. Naar het continent dat Hessels als kind al lokte, toen zijn vader als illustrator Afrikaanse dieren tekende. Naar ‘het vriendelijke gevoel’ dat Afrika opriep bij Fischer, die is geboren in Londen en eerder in Egypte en Iran heeft gewoond.

Emma Fischer in Kenia met Samburu. Beeld
Emma Fischer in Kenia met Samburu.

Op een veiling van militaire spullen kochten ze de afgedankte, weinig gebruikte Land Rover voor 800 gulden. ‘Die hebben we gedemonteerd om alle onderdelen te leren kennen en te controleren’, vertelt Hessels. ‘Op een route met nauwelijks garages moet je jezelf kunnen redden.’ Als geboren ‘improvisator’ is hij gewend zelfvoorzienend te zijn: ‘Ik knutselde altijd al aan brommers, legde zelf wc’s aan in allerlei kraakpanden en knap zelf de Villa op.’ Een do it yourself-mentaliteit die ook de band kenmerkt: geen contract met een platenmaatschappij, maar cd’s zélf uitbrengen. Geen roadies, zelf de apparatuur op het podium tillen. Zelf concerten regelen. De vormgever van cd’s en boekwerken met Fischer binnen handbereik.

De wagen werd maximaal efficiënt ingericht, vertelt Fischer: ‘We wilden erin slapen, hadden een kookstelletje bij ons en verder zo weinig mogelijk. We hadden een geheim vak waarin we ons geld verstopten. In een op maat gemaakte tas, die we aan een draad lieten zakken. Ver weg. We moesten wel cash meenemen. Pinnen kon niet, en reischeques konden we alleen in hoofdsteden inwisselen.’

Met jerrycans water en extra brandstoftanks trokken ze door de gemilitariseerde Westelijke Sahara, opgenomen in een konvooi van Duitsers met moderne fourwheeldrives, Fransen met oude Peugeots voor de Senegalese markt en Alain, die met zijn wrakke Citroën Ami naar Ouagadougou, de hoofdstad van Burkina Faso, wilde. Tot ontzetting van grensbewakers scheurde Alain een heuvel af, een mijnenveld in. Hij miste zo’n explosief op 20 centimeter, wezen de geschokte militairen hem bij het bandenspoor.

Met de oude Land Rover door de plassen in Congo. Beeld
Met de oude Land Rover door de plassen in Congo.

Zuidwaarts nam de Land Rover de Ami op sleeptouw, door het rulle zand van het streng islamitische Mauritanië, waar Hessels en Fischer de spanning voelden tussen de Moorse en Senegalese bevolking. De eersten waanden zich superieur aan de tweede, er was veel discriminatie, mannen en vrouwen waren in het openbaar strikt gescheiden. Ze ontmoetten hun eerste overvaller, iemand die zich voordeed als politieman, die een flinke som geld eiste. Hoewel het bedrag snel zakte, en de strenge toon van de man matigde, besloten de twee hem niet tegemoet te komen. Ze gristen hun paspoorten uit zijn hand en gingen ervandoor, de overvaller verbouwereerd achterlatend.

Ze kregen vaker te maken met gewapende soldaten die geld eisten, maar ‘vaak vergaten ze gaandeweg dat ze aan het overvallen waren’, vertelt Hessels. ‘Je moest spanning wegnemen: waar kom je vandaan? Een grapje, een klap op de schouder. We betaalden vrijwel nooit.’ In de buurt van de steden was meer alertheid vereist. ‘Daar heeft het kolonialisme de verschillen aangewakkerd. Er zijn machtsspelletjes, de bevolking is gefrustreerder.’

De koloniale erfenis leidde tot verbazing. Een Nederlandse directeur van een Heineken Brouwerij in Congo die zich vanaf zijn landgoed per dienstauto met chauffeur naar zijn werkplek liet brengen – 30 meter verderop. De Nederlandse ambassade in Kameroen, waar het personeel voortdurend waarschuwde voor gevaar en Hessels en Fischer een lijst met waarschuwingen kregen: nooit lopend de stad in! Hessels: ‘Dat bleek erg mee te vallen. Maar de Nederlanders gingen daar in konvooi met dure auto’s door de stad, zo houd je de verschillen wel in stand. Zo roep je criminaliteit over je af.’

Genoeg over de grote steden, het bedelen van de bevolking rondom resorts en toeristische trekpleisters – de eeuwige angst van de Europeaan voor de Afrikaan. Onderweg merkten ze ook hoe ontspannen de sfeer was op het altijd gastvrije platteland. ‘Dorpen met niet meer dan wat hutten. Wat meteen opviel: er was geen plastic, er waren potten van aardewerk, er was geen vervuiling, er was een evenwicht, alles had een functie’, vervolgt Fischer. ‘Iedereen werkt op het land of hoedt vee. Veel mensen zouden het arm vinden, maar je kunt het ook basaal noemen. Het was er stil, zo rijk in zekere zin.’

Terrie Hessels in Eritrea. Beeld
Terrie Hessels in Eritrea.

De gemeenschappen verschillen onderling behoorlijk. ‘De mensen reizen niet van de ene plek naar de andere, want daar is geen reden voor’, zegt Hessels. ‘En dus is er weinig wederzijdse beïnvloeding en blijven plaatselijke gewoonten ook bestaan. Geluidjes die mensen maken als ze praten, hun humor, zelfs de taal.’

De route door Congo-Brazzaville, 109 kilometer door de bush, was de grootste uitdaging. Zij waren de eersten in zes jaar die met een wagen gingen. Maar het was de enige ‘weg’ naar het zuiden. In gezelschap van vijf mannen, die wisten dat Fischer en Hessels het alleen niet zouden redden, met een gebraden luipaard als proviand, gingen ze onderweg. Zich traag een weg banend door de wouden, rivieren overstekend over verrotte houten bruggen die doorzakten onder het gewicht van de Land Rover. Hessels: ‘Op een avond was de wagen helemaal scheefgezakt op de balken van een brug. We besloten uitgeput tot de volgende ochtend te wachten om hem vlot te trekken. Emma en ik sliepen op een luchtbedje buiten, maar de mannen wilden dat absoluut niet. Ze waren bang voor de bosgeesten en lagen liever helemaal scheef in de wagen.’

Anderhalve week trokken de Nederlanders op met de vijf mannen, onder wie een lokale olifantenjager en een ‘heel wilde jongen bij wie we echt moesten uitkijken dat hij niets kapotmaakte of een ongeluk veroorzaakte’, vertelt Hessels. ‘Hij werd vaak zo wild dat er makkelijk dingen in de soep hadden kunnen lopen.’ De mannen waren onontbeerlijk om de natuurlijke hindernissen te nemen, er was geen weg terug. Fischer: ‘We zakten geregeld door de rotte bruggen heen, dus we moesten wel verder. Zo leer je je wel aanpassen, en de dingen te nemen zoals ze zijn. We hadden niet zo veel te verliezen. Stel dát de wagen in een rivier was gedonderd, dan waren we gaan lopen, net als zij.’

Er volgden pittige etappes. Door het corrupte CongoKinshasa, waar bewapende militairen zich niet altijd lieten afpoeieren als het om betalen aankwam. Hessels: ‘De soldaten kregen geen soldij, afpersen was hun enige bron van inkomen. Iedereen moest betalen, wij kwamen er met geharrewar meestal goed vanaf.’ Een treinreis van twaalf dagen stapvoets over een verrotte spoorlijn, met gekantelde wagons langs de rails. Verder naar Namibië, de voormalig Duitse kolonie, waar de grote boerderijen, met namen als Kleines Berlin en Schönes Köln, nog steeds in Duitse handen zijn. Door naar Zuid-Afrika, waar de apartheid ondanks de formele opheffing nog volop heerste, met gebodsborden voor ‘blankes’ en zwarten.

Over een ingezakte brug in Congo. Beeld
Over een ingezakte brug in Congo.

De reis eindigde een jaar na vertrek in Ethiopië, waar het tweetal in Addis Abeba kennismaakte met de swingende, inmiddels wereldwijd gewaardeerde muziekscene, Azmari-muzikanten en dansers die zich herkenden in de losbandige muziek van The Ex op cassettebandjes. Het was een verbroedering die het begin vormde van een samenwerking tussen de Ethiopiërs en de Nederlanders die nog steeds voortduurt.

Onder hen was de legendarische saxofonist Getatchew Mekuria (1935-2016), bijgenaamd de Leeuw van Ethiopië, met wie The Ex menig concert uitvoerde, en die veelvuldig in de Villa in Wormer verbleef. ‘Wij zijn in het westen allemaal een beetje hetzelfde. Communiceren hetzelfde, gedragen ons volgens dezelfde normen, hebben allemaal Facebook of Instagram. Getatchew was van alles door elkaar. Je wist nooit hoe het ging lopen. Heel hartelijk en gastvrij. Maar toen iemand in het vliegtuig het waagde zijn bagage naast zijn sax in het bergvak te leggen, stond hij op en haalde in één keer hard uit. Op een festival in Frankrijk deed hij, tot wanhoop van de organisatie, in aanloop naar een concert alsof hij stomdronken was. Hield hij vier uur vol, om uiteindelijk broodnuchter op het podium geweldig te spelen. Een superieure toneelspeler. En geen last van het schild dat wij Europeanen meestal voorhebben.’

Terrie Hessels, Emma Fischer: Improvising, a one-year journey around Africa (16 Dec. 1995 - 16 Dec. 1996). Terp Records; 112 pagina’s, € 12.

null Beeld Daniel Cohen
Beeld Daniel Cohen

Rondreis

In een jaar tijd legden Terrie Hessels en Emma Fischer 36.739 kilometer af met hun Land Rover, plus 1.578 kilometer per trein. Ze deden 21 landen aan. Het laatste deel van de geplande reis, door Sudan en Egypte, schrapten ze omdat in Sudan oorlog was uitgebroken, juist in de regio die ze zouden doorkruisen. De Land Rover werd ingescheept in een container en met een vrachtboot naar het Noord-Italiaanse Genua gevaren. Het tweetal vloog naar Genua, vanwaar het de wagen terugreed naar Wormer.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden