Drie talenten op Dutch Design Week, de springplank voor avontuurlijk en bevlogen designtalent

Over meubels of gebruiksvoorwerpen gaat het niet, op de Dutch Design Week (DDW), die zaterdag op ruim honderd locaties in Eindhoven van start gaat. Wél om experimenten met duurzame materialen en om kritische onderzoeksprojecten die maatschappelijke vraagstukken als milieuvervuiling, armoede of nepnieuws aangaan. Niet voor niets is DDW de springplank voor avontuurlijk en bevlogen designtalent. Toonaangevende onderwijsinstellingen als de Technische Universiteiten of de Design Academy presenteren er hun beste afstudeerders. Daarnaast bieden de vele leegstaande fabrieksloodsen van Philips of Campina een toegankelijk (lees: betaalbaar) podium voor jonge ontwerpers. Drie gevestigde ontwerpers en curatoren die een prominente rol spelen op deze editie van DDW hebben voor V drie talenten gescout waarvan we de komende jaren meer gaan horen.

Angelique Spaninks is directeur van kunstcentrum MU in Eindhoven. Naast de expositie The Object is Absent wordt hier tijdens DDW de dagelijkse designtalkshow voor aanstormend talent Re-Create Out Loud gehouden.

Wie
Martina Huynh (Design Academy Eindhoven, 2018).

Wat
Een koffiehuis dat de werking van het basisinkomen uitlegt.

Waarom
‘Het Basic Income Cafe is een echt café dat op een toegankelijke manier de maatschappelijke discussie over het basisinkomen bevordert. Klanten krijgen hier één gratis kopje koffie. Willen ze nog een kopje, dan moeten ze daarvoor betalen. Of ze moeten zelf bonen malen en nieuwe koffie zetten, voor het eerste gratis kopje voor een ander. Dit is feitelijk het economische principe van het basisinkomen. Door dit complexe onderwerp te illustreren aan de hand van gratis koffie, wordt iedereen uitgenodigd erover mee te praten. Martina Huynh kaart niet alleen een urgent vraagstuk aan, het café zelf is ook nog eens slim ontworpen. Het is gewoon een leuke ontmoetingsplek, wat de meerwaarde van het basisinkomen voor het gemeenschapsgevoel benadrukt. De beschikbare tijd die het basisinkomen vrij zou maken, kunnen we immers besteden aan familie en vrienden. Al dan niet met nog een kop koffie.’

Ontwerpers Lonneke Gordijn en Ralph Nauta, samen Studio Drift, zijn ambassadeurs van de Dutch Design Week. Studio Drift had in 2018 een succesvolle solo-expositie in het Stedelijk Museum Amsterdam met hun kunstzinnige installaties die een brug slaan tussen design, natuur en techniek.

Wie
Arvid & Marie, een ontwerpduo bestaande uit Arvid Jense (TU Eindhoven 2015) en Marie Caye (Design Academy Eindhoven, 2017).

Wat
Een zelflerende machine die bovendien autonoom opereert.

Waarom
‘Arvid & Marie ontwikkelen machines die autonoom functioneren. Op DDW lanceren ze The Smart Automatic Full Body Manipulator, een massagestoel die zo is geprogrammeerd dat hij zo snel mogelijk wil stoppen met masseren. Dat kan alleen na een direct commando van de gebruiker, die met een koptelefoon en microfoon in gesprek gaat met de stoel. Dankzij kunstmatige intelligentie leert de stoel telkens nieuwe manieren om mensen te manipuleren om ze stop te laten zeggen. Tegelijkertijd passen mensen zich voortdurend aan deze techniek aan, omdat ze langer gemasseerd willen worden. Wie gaat deze strijd tussen de masseerstoel en de gebruiker winnen? Met deze autonome machine maken Arvid & Marie de impact van kunstmatige intelligentie en zelflerende robots inzichtelijk. En ze plaatsen er kritische kanttekeningen bij; ze spelen met de existentiële angst dat wij straks de controle over machines verliezen.’

Freek Kroesbergen is hoofdredacteur van Dude, het designtijdschrift van de branchevereniging BNO. Dat organiseert voor het derde jaar op rij YA, de overzichtstentoonstelling van beste afstudeerprojecten van alle Nederlandse ontwerpopleidingen.

Wie
Karlijn Sibbel (Artez Academy Arnhem, 2018).

Wat
Duurzame materialen met een ‘geheugen’.

Waarom
‘Karlijn Sibbel doet onderzoek naar innovatieve materialen. Zij maakt daarbij gebruik van organische grondstoffen en processen. Daarmee levert ze duurzame alternatieven voor vervuilende of steeds schaarsere grondstoffen. Ze laat een stoel op een natuurlijke manier groeien door een constructie van textiel in een zoutoplossing te dompelen, waarna de kristallen zich hecten aan het zachte frame en het zo sterk maken. Ook ontwikkelde ze een machine waarin algen leven in een roterende mal en uiteindelijk de vorm van een kant-en-klaar voorwerp aannemen. Ze experimenteert vrij, maar zoekt tegelijkertijd naar concrete toepassingen. Op DDW lanceert ze Re:flex, een slim materiaal dat flexibel wordt als het wordt opgewarmd en dat stolt bij afkoeling – waarbij het zijn nieuwe vorm behoudt. Door het opnieuw te verwarmen, keert het vanzelf terug naar zijn oorspronkelijke vorm. Met dit materiaal met een ‘geheugen’ kunnen weer compleet nieuwe producten worden ontwikkeld.’