RecensieGebroken wit

Door Gebroken wit van Astrid Roemer is het naoorlogse Paramaribo even heel dichtbij★★★★☆

Astrid Roemer is helemaal terug, met een grote, aangrijpende familieroman, die speelt in naoorlogs Paramaribo. Als een Caribische Virginia Woolf springt ze tussen de innerlijke levens van haar personages.

Persis Bekkering
Persis Bekkering over Astrid Roemer (Gebroken wit, Prometheus) Beeld Leonie Bos
Persis Bekkering over Astrid Roemer (Gebroken wit, Prometheus)Beeld Leonie Bos

Astrid Roemer: Gebroken Wit

Prometheus; 344 pagina’s; € 19,99.

Gebroken wit is de crèmige kleur van amandelen, als je het vliesje eraf pelt. Van de zoete orgeadesiroop, waar grootmoeder Bee dol op is. Het is ook de kleur van haar nachthemd aan de droogmolen, zolang dat niet bebloed is, van de maïzena waarmee Bee koekjes bakt, en van het briefpapier waarop kleindochter Heli, in ballingschap in Holland, geheime brieven stuurt aan haar oudere, getrouwde minnaar. Gebroken wit, soms gespeld als gebroken-wit, is ook hoe grootmoeder haar familie omschrijft: ze zijn niet zwart, ze zijn niet wit. Ze dragen de kleur van een geschiedenis van geweld, de ‘kinderen van vaders die vooral geworteld waren in een Europa waar zij niets van konden zien, dan joodse vluchtelingen, predikanten en missionarissen, militairen en verwaarloosde plantages’.

Van een favoriet drankje naar de koloniale geschiedenis: met een proustiaans motief weeft Astrid Roemer haar nieuwe roman Gebroken Wit aaneen. Roemer, die vooral in de jaren tachtig en negentig succesvol was met romans als Over de gekte van een vrouw, kreeg in 2016 de P.C. Hooft-prijs toegekend, als eerste Surinaamse auteur. Dat werd het jaar van haar ‘comeback’; sindsdien publiceert zij weer regelmatig. Eerst een niet erg geslaagde autobiografie, toen de aardige novelle Olga en haar driekwartsmaten, en nu, eindelijk, een grote roman, waarmee die comeback dan echt tot volle bloei is gekomen.

In een breed opgezette vertelling lezen we over het naderende einde van grootmoedertje Bee Vanta in Paramaribo, die in haar bijna 70-jarige leven iets te veel dikke sigaren heeft gerookt. Terwijl kleindochter Imker toegewijd voor haar zorgt, zweeft Bees leven als moeder en grootmoeder aan haar geestesoog voorbij. Haar sterfbed is ontwrichtend voor het broze evenwicht in de familie Vanta, voor haar kinderen en kleinkinderen, van wie we de innerlijke levens een voor een leren kennen. De personages herinneren zich en kijken vooruit, toekomst en verleden vouwen zich ineen. En dat dan ergens in de jaren zestig, wat je pas na enig rekenwerk doorhebt. De recentere geschiedenis van Suriname, zoals de Decembermoorden, voeg je er lezend haast onvermijdelijk aan toe, als de toekomst die de personages nog te wachten staat. Gebroken Wit wordt zo een echte familieroman, waarin aan de hand van de kleine levens van haast toevallige mensen eeuwen aan geschiedenis zich opdringt.

En zoals de betere familiegeschiedenissen is Gebroken Wit een aangrijpend boek geworden, misschien wel Roemers meest toegankelijke roman tot nu toe. Met indrukwekkende beheersing bouwt ze de vertelling op. Het begint huiselijk en teder, met de rituelen van de zeer religieuze grootmoeder en de geurige gerechten die Imker voor haar kookt – zelden een boek gelezen dat zo hongerig maakt. En dan, langzaam, krijgen we de familiegeheimen te horen, een geschiedenis van misbruik, incest en bedrog. Vooral de vrouwen moeten het ontgelden. Ze lijken nergens veilig, nog wel het minst bij hun meest nabije familieleden. Met des te meer moed, lol en hoop bouwen de jongsten aan een betere toekomst. Of je je door het optimisme van deze generatie laat overtuigen of dat je ook voor de tieners Babs, Heli, Audi en Imker een hoop pijn en verdriet voorvoelt, laat Roemer aan het temperament van de lezer over.

Astrid Roemer: Gebroken Wit Beeld
Astrid Roemer: Gebroken Wit

Het is opvallend hoe verfijnd Roemers gebruik van de monologue intérieur is geworden. Als een Caribische Virginia Woolf springt ze tussen de innerlijke levens van haar personages, die voelen, denken en geilen. Aanhalingstekens worden niet gebruikt, soms weten we niet precies of iets wordt gedacht of uitgesproken, maar die verwarring werkt hier wel; het dwingt tot nog beter lezen. We zitten immers in iemands hoofd, en zoals bij de meeste mensdieren is het daar nogal een bende.

Kleuren, geuren of woorden geven de personages aanleiding voor reflecties, voor herinneringen en verlangens, verschrikkelijk of mooi. Roemer laat ze nu eens vloeiend tussen de gedachten zweven, dan weer abrupt en bonkig. Moeder Louise, als ze op de legerkazerne is voor het wekelijkse feestje: ‘Tussen de wervelende lijven door van allerlei personen die op de dansvloer zich verloren in het uitbundige ritme van de kaseko zag zij tankwagens, soldaten in uniform, oorlogsmateriaal, gespannen gezichten.’ Meteen denkt ze aan de Tweede Wereldoorlog, nog geen twee decennia voorbij: ‘Massamoord. Gaskamers. Joden.’

Maar net als in het echte leven weten ze soms niet waarom ze ineens aan iets of iemand moeten denken. ‘Laura springt als de hik in mijn lijf’, staat er ergens, een mooie vondst.

Roemers interpunctie is merkwaardig, ik had vaak de neiging komma’s te schrappen of toe te voegen. Maar gaandeweg blijken deze aan een eigen, innerlijke logica te voldoen, die intuïtiever is dan het officiële handboek. Zo ook haar koppig volgehouden spelling: ‘pijn-hebben’, ‘jaren-jaren’, of de titel met een hoofdletter voor de W van wit. Een enkele keer, wanneer iemands hart uit zijn ‘borstkast’ dreigt te springen, bekruipt je het gevoel dat de schrijver hardnekkig elke poging tot redactie moet hebben geweigerd. Maar je mist iets als je daar te lang bij blijft hangen. Juist door dit soort eigenaardigheden graaft Gebroken Wit zich een weg naar de lezer. Het naoorlogse Paramaribo voelt tot aan de laatste bladzijde even heel dichtbij.

Lees meer

Op allerlei manieren over boeken schrijven, daar is de boekenredactie van de Volkskrant de hele dag mee bezig. Maar hoe kiezen zij welke boeken uit het enorme aanbod worden behandeld, en hoe bepaal je wat goed en slecht is? Boekenchef Wilma de Rek: ‘Een roman is goed als je erin wilt blijven wonen.’

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden