Dick Bruna (1927-2017) creëerde met Nijntje een universum waarin geen cynisme of kwaad bestaat
Eigenlijk kan ik niet tekenen, mocht hij graag over zichzelf zeggen. Hendrik Magdalenus 'Dick' Bruna, vader van het meisjeskonijn Nijntje en nog veel meer kinderboeken, overleed donderdagnacht in zijn slaap op 89-jarige leeftijd.
Hij voelde zich meer een grafisch vormgever dan illustrator. Zijn tekeningen waren eigenlijk meer pictogrammen - zo tot het bot uitgekleed en tot de essentie teruggebracht - dat al zijn tekenwerk een affiche-achtige kwaliteit heeft. Die kwaliteit heeft ontegenzeggelijk ook de figuur Nijntje over de hele planeet tot een ongeëvenaard succes gemaakt.
Dick Bruna is de hoogst genoteerde Nederlander uit de Quote 500 die zijn hele leven in hetzelfde rijtjeshuis is blijven wonen. Nijntje is een wereldmerk - met een geschatte waarde van 300 miljoen euro. Maar de besnorde Utrechter is er gewoon bij gebleven. Bruna fietste tot ver na het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd dagelijks van dat rijtjeshuis naar zijn atelier. Een simpele zolderkamer in de binnenstad van Utrecht, waar hij zijn gouaches en aquarellen schilderde voor boeken als Nijntje, Bertje Big, Boris Beer en Fien en Pien, met een zorgvuldigheid en toewijding die tot een onvergelijkbaar oeuvre hebben geleid.
Want hoe simpel een figuur als Nijntje eruit mag zien - een rond gezicht, 2 puntoren, een kruisje als mond en stipjes als ogen - elk exemplaar werd nauwgezet met de hand geschilderd en ingekleurd. Altijd uniek. Nooit bezondigde hij zich aan een copypaste. Computers heeft hij nooit gebruikt. En de lijnen die hij met potlood trok en overschilderde met zwarte verf hadden altijd een 'bibber'. Nooit helemaal strak. 'Daaraan herken je het handschrift van de maker', zei hij.
Dick Bruna werd in 1927 geboren als zoon van de succesvolle uitgever Ab (A.W.) Bruna, directeur van AW Bruna & Zoon. Deze uitgeverij exploiteerde al sinds eind 19de eeuw stationskiosken en introduceerde na de oorlog de slimme pocketlijn Zwarte Beertjes. Dick Bruna had 'geen verstand van geld', wilde niet in het bedrijf maar in de kunst. Maar voor schilder vond hij zich toch niet goed genoeg. De naaktmodellen op de Rijksacademie kreeg hij er nooit goed op. 'Ik kan geen perspectief uitbeelden. Dat heb ik nooit gekund.'
Hij woonde in zijn jonge jaren een tijd in Parijs, waar hij zwaar onder de indruk raakte van het werk van Leger, Picasso en vooral Matisse. De omslag van het boekje Nijntje in het museum getuigt daarvan. Hij ging toch in het familiebedrijf en werd ontwerper: geen vrije maar toegepaste kunst. 'Ik heb een klein talent en ik moet heel hard werken om daar iets mee te doen', zei hij. Dat was te bescheiden. Want juist in die beperking van tekenen-in-opdracht lag een grote kracht.
Nijntje is zo'n groot succes, dat het bijna zou doen vergeten dat Bruna's oeuvre veel breder is. Zijn vroege affiches en boekomslagen gelden als voorbeeldig grafisch ontwerp. Vooral de covers voor de Zwarte Beertjes-pocketserie waren in de jaren vijftig in Nederland zeer onderscheidend. Bruna was er een kampioen in om een roman of thriller terug te brengen tot één beeld, een silhouet soms, en één sfeer. Dat had hij gemeen met grote ontwerpers als Raymond Savignac - de Franse affichekunstenaar - en Saul Bass - de Amerikaanse typograaf die filmtitels maakte voor Hitchcock.
Een mooi werk is de omslag die Bruna maakte voor Isaac Asimovs science fictionroman De komst van de robots uit 1969. Die gestapelde blokjes, simpele vormpjes die in hun schikking grote zeggingskracht hebben. Dat is typerend voor het werk van Bruna. Veel weglaten, maar wel de essentie weten te behouden.
Voor Havank - een populaire Nederlandse detectiveserie - maakte Bruna het Schaduwmannetje met immer rokende sigaar dat bijna een logo werd. Voor George Simenons commissaris Maigret was de pijp het terugkerende symbool. Bij The Saint koos Bruna een halo. Toen in 2004 een heruitgave van zijn omslagen uitkwam, bleek hoe sterk die figuurtjes en symbolen zich hadden genesteld. De inhoud van het boek mocht op de achtergrond zijn geraakt, de covers staan als een huis.
Nijnkwatrijn
Bruna oogstte toenemend lof voor het tekstuele deel van zijn boekjes. De schreefloze teksten - zonder hoofdletters en puntjes - waren zo eenvoudig als de tekeningen. 'Ik vind dat de rijmende verhaaltjes in Nijntje een versvorm op zich zijn', schreef Ingmar Heytze, 'net als bijvoorbeeld de limerick en het ollekebolleke.' In lieve oma pluis - waarvoor hij de zilveren griffel kreeg - overtrof hij zichzelf, meent recensent Truusje Vrooland
nijntje was toch zo verdrietig
nijntje had een dikke traan
weet je waarom nijntje huilde?
oma pluis was doodgegaan
Zijn productie voor de uitgeverij tussen 1952 en 1972 is enorm geweest. Meer dan tweeduizend omslagen, maar ook affiches voor campagnes van de Zwarte Beertjes ('Je blijft lezen') en zuivelproducten als karnemelk ('Omdat het zo fris is'). Vanaf tweede helft jaren vijftig werden zijn 'eigen' kinderboeken belangrijker. De Appel was de eerste, maar de grootste werd geboren in de zomer van 1955, in een vakantiehuisje in Egmond aan Zee. De knuffel van zoon Sierk vormde de inspiratie voor Nijntje.
Bruna beweert dat hij eigenlijk een jongen van 4 is gebleven, een leeftijd waarop geen cynisme of kwaad bestaat. Dat is ook het universum van Nijntje. Nijntje heeft geen donkere kanten. De opgewekte tekeningen en rijmpjes hebben drie generaties kinderen aan de bedrand vergezeld met titels als Nijntje aan Zee, Nijntje in de Dierentuin en Nijntje Vliegt. Er zijn 120 titels verschenen, allemaal in dat vierkante formaat, harde kaft en altijd met het abcb-rijmschema naast de tekening.
zeg nijn, zei vader op een dag
ik heb een goed idee
ik ga eens naar de dierentuin
wil jij soms met mij mee
Alles gezet in het lettertype Gill, zonder hoofdletters, geen punten of vraagtekens. Nijntje leeft in een stabiele wereld, waar nauwelijks iets wijzigde. Deze eeuw kwam de eerste mobiele telefoon voorbij. En in de jaren negentig was er opeens een zwart kinderkonijn. Veilige onderwerpen waren het. Het verst ging Bruna in Lieve Oma Pluis, waar Nijn een sterfgeval voor de kiezen kreeg.
oma lag gewoon in bed, hoor
maar het was de laatste keer
't was net of zij lag te slapen
maar zij ademde niet meer
Dick Bruna
1927 23 augustus geboren in Utrecht
1945 Eerste boekomslagen voor uitgever A.B. Bruna
1953-1955 Eerste boek de Appel, tekent de eerste Nijntje (1955)
1969 Ontwerpt kinderpostzegels voor de PTT
1991 Overzichtstentoonstelling in Centre Pompidou Parijs
1996-1997 Zilveren penseel voor Nijntje in de tent, Zilveren griffel voor lieve oma pluis
2001 Nijntje de musical, honderdste kinderboek2011Laatste Nijntje-boek
Het is een onwaarschijnlijk succes. Onwaarschijnlijk omdat de tekeningen zo bloedsimpel lijken. Het is knap hoe Bruna met een miniem detail emotie en differentiatie aanbrengt. Het verschil tussen een kind-konijn en groot konijn is slechts een streepje (een derde streepje in het neus-kruis dat een snorhaar suggereert). Nijntje kijkt je altijd recht van voren aan, er zit geen perspectief in de tekeningen. 'Ik creëer wel ruimte maar geen diepte', zei Bruna. De kleuren waren grotendeels elementair: rood, blauw, groen, wit en geel met later iets meer mengkleuren.
Nijntje - meestal Miffy in het buitenland - is in 85 talen verschenen, tot en met het Latijn: Miffa ad Mare. Er zijn tachtig miljoen boeken van verkocht. Toen Nijntje 50 werd, kreeg ze bijna veertigduizend brieven, nog altijd een notering in het Guinness Book of Records. Er is een musical gemaakt en het dier heeft een eigen museum in het Centraal Museum in Utrecht. En ontwikkelingspsycholoog Dolph Kohnstamm onderzocht serieus in twee boekjes hoe het kon dat het pluizige wezen zo'n universele vertedering opwekte.
Nijntje was zo groot dat Bruna, ondanks zijn afkeer van alles dat met geld van doen had, haar financieel veilig moest stellen. Het bedrijf Mercis is al decennia een harde waakhond die het konijn beschermt tegen rip offs en de merchandise exploiteert. Er zijn procedures gevoerd tegen Hello Kitty, een groot merk in Japan en Musti in Belgie. Tegen het blog punt.nl waarop het konijn stijf stond van de coke, verloor Bruna omdat de tekening niet leek. Maar Nijn Eleven - waar ze op de torenflat aanvloog - vond geen genade in de ogen van de wet.
Bruna werd hogelijk bewonderd door vakgenoten. Die kale essentie waartoe hij heeft weten te geraken, is voor ontwerpers als Max Kisman en Anthon Beeke het hoogste dat je kunt bereiken. Zijn oeuvre is indrukwekkend. Het enige dat je kunt zeggen is, als je zijn vroege oeuvre opnieuw bekijkt, dat het spijtig is dat het succes van de kinderboeken zijn andere werk op de achtergrond heeft gedrukt. Bruna kon veel meer dan Nijntje, al blijft het konijn wel zijn grootste nalatenschap.
Geboorte Nijntje
In 1955, tijdens een vakantie in Egmond aan Zee, tekende Dick Bruna een konijn bij een verhaal voor zijn zoontje Sierk. 'Een uit bed gevallen knuffel, naïef en tamelijk konijnig', aldus recensent Joke Linders in het biografische plaatjesboek Dick Bruna (2006). In 1963, bij de introductie van de vierkante boekjes met de harde kaft, neemt Nijntje de gedaante aan die haar wereldfaam zou verschaffen: een meloenvormig hoofd, groter dan het lichaam, enigszins spitse oren en pupilvormige ogen - in plaats van stipjes. Later werden de ogen dichter bij elkaar getekend en werden de oren kleiner en minder puntig.
Lees ook
In september vorig jaar kreeg Dick Bruna voor zijn oeuvre de Max Velthuijsprijs. (+)
Het Centraal Museum in Utrecht reconstrueerde in 2015 het atelier van Bruna. 'Bruna kon niet lachen om Nijntje met hitlersnor' (+)
In 2015 was het werk van Dick Bruna te zien in het Rijksmuseum. (+)
Nijntje is na Johan Cruijff wel eens het bekendste Nederlandse exportproduct genoemd. Het konijn heeft de hele wereld veroverd. In totaal zijn er bijna 100 miljoen boeken van Nijntje verkocht in 40 verschillende talen. (+)