De Russen komen!
Wandelstok, wandelstok, twaalf, twaalf
Achteraf zou je gaan schaterlachen van de schrik. Over 'operatie Bezemsteel', het uitdelen van distributiekaarten te Uithoorn en de evacuatie van Amsterdam.
Stel dat Rusland zou besluiten West-Europa aan te vallen, dan moest Nederland daarop zijn voorbereid. Tijdens de Koude Oorlog die in 1947 begon en in november 1989 met de val van de Berlijnse Muur definitief ten einde kwam, was dat een gangbare gedachte. Militair zou Nederland reageren in het kader van de NAVO, maar er moest ook voor worden gezorgd dat het land door een legitieme regering kon worden bestuurd, zonodig in ballingschap, er diende verzet te worden geboden tegen de nieuwe Russische bezetter, de vijfde colonne moest worden uitgeschakeld en last but not least waren er maatregelen nodig om het aantal burgerslachtoffers van de oorlogshandelingen zo beperkt mogelijk te houden. Gedurende de late jaren veertig, vijftig en zestig is er aan zulke oorlogsvoorbereidingen gewerkt, koortsachtig en meestal in het diepste geheim. Mark Traa, redacteur van HP/De Tijd dook in de inmiddels openbaar geworden archieven en presenteert in De Russen komen! bijzonderheden die even hilarisch als treurigstemmend zijn.
'Operatie Bezemsteel' luidde de codenaam voor het in veiligheid brengen van het Nederlandse kabinet ingeval van een Russische aanval. De ministers zouden dan zo snel mogelijk bijeen moeten komen op het ministerie van Volkshuisvesting. Zodra de bevelhebber van de landstrijdkrachten aldaar de codezin 'Heks is gereed' had uitgesproken tegen de premier, zouden de ministers in hun eigen auto's, geëscorteerd door de Koninklijke Marechaussee, naar Hoek van Holland of IJmuiden vertrekken en vandaar per marineschip koers zetten naar Engeland.
Er is natuurlijk niets op tegen om te proberen de regering bij het uitbreken van een oorlog aan de greep van de vijand te onttrekken. 'Operatie Bezemsteel' lijkt echter op een poging de vorige oorlog (met nazi-Duitsland) nog eens over te doen. Toen waren de koningin en een aantal ministers inderdaad over zee naar Engeland gevlucht. Maar bij een atoomoorlog tussen NAVO en Warschaupact zou ook Engeland doelwit zijn, geen erg voor de hand liggend reisdoel dus voor het op de Noordzee dobberende kabinet. Per vliegtuig dan, vanaf vliegveld x, zoals in een van de latere plannen? Grote kans dat ook vliegveld x met tactische kernwapens bestookt zou worden.
Even pathetisch doet het streven aan van Operaties en Inlichtingen (O & l), een supergeheime club die was opgericht 'om het binnenlands verzet voor te bereiden in het geval de Russen ons land zouden bezetten'. Overal in het land werden wapendepots ingericht en zorgvuldig uitgezochte toekomstige verzetsstrijders gerekruteerd. Als het gevreesde uur U zou aanbreken, zou de staf van O & l het verzet vanuit onbezet gebied moeten leiden. Het verzet zou vooral bestaan uit propaganda, sabotage en het in veiligheid brengen van neergeschoten geallieerde piloten, weer een kopie van de illegale activiteiten uit de Tweede Wereldoorlog. Dat geldt nog sterker voor het voornemen om bij het uitbreken van de oorlog alle bevolkingsregisters te vernietigen (om totale chaos te voorkomen zijn er jarenlang kopieën van gemaakt die op Curacao werden opgeslagen). Dit plan moet een product zijn geweest van - terecht - schuldgevoel bij de overheid. Tijdens de Duitse bezetting waren de intacte bevolkingsregisters immers een grote steun voor de nazi's bij het isoleren en vervolgen van de Joden. Maar welke bevolkingsgroep - gesteld dat er een de kernaanval had overleefd - wilden de Russen uitroeien? Het is verbazingwekkend dat respectabele landgenoten als de vroegere vakbondsman Ruppert en PvdA-politici als Theo van Lier en Max van der Stoel (codenaam: Van der Kruk) zich hebben geleend voor een leidinggevende functie bij deze eigenaardige 'verzetsbeweging'.
IJzingwekkend zijn de plannen die men aanvankelijk had met de communistische 'vijfde colonne'. Een ambtelijke Commissie Jansen schetste
in 1948 het probleem als volgt: 'Het is van belang dat er zo min mogelijk getrainde communisten in bezet gebied achterblijven. Moet de conclusie (...) zijn dat de belangrijkste communisten standrechtelijk moeten worden neergeschoten?' Zo drastisch wilde men de zaak tenslotte toch niet aanpakken, maar wel waren er tot 1987 lijsten in omloop met de namen van staatsgevaarlijke Nederlanders die bij het uitbreken van oorlog moesten worden opgepakt. Het aantal namen op die lijst nam af; van 8000 in 1948 tot circa 1700 in 1951 en 300 in 1987. Veel groter was het aantal communisten en 'sympathisanten' dat door de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD) in de gaten werd gehouden. Daarbij werd het begrip 'sympathisant' soms erg ruim opgevat. Mark Traa onthult dat de BVD de telefoon afluisterde van de bekende historicus Lou de Jong. De dienst rapporteerde welke bladen er in huize De Jong werden gelezen ( Het Parool, Vrij Nederland en, heel verdacht, het linkse kunstenaarsblad De Vrije Katheder, waarin ook communisten schreven) en interesseerde zich levendig voor de vraag van welk geld De Jong zijn nieuwe meubels had betaald.
Minder kwalijk, maar wel van een hartverscheurende nutteloosheid zijn de talrijke, uiterst gedetailleerde en geregeld bijgewerkte plannen om de burgerbevolking te beschermen door het inrichten van noodhospitalen en het ontruimen van hele steden en plaatsen in de buurt van militaire objecten, die vermoedelijk doelwit van een kernaanval zouden worden. Hoewel, zoals Traa opmerkt, niemand wist hoe de medewerkers van de dienst Bescherming Bevolking 'naar behoren hun werk kunnen doen in een uitgestrekt, verwoest gebied dat wordt geteisterd door radioactieve straling', weerhield dat de overheid niet van het maken van de meest belachelijke reddingsplannen. Een kleine greep uit de vele gevallen die Mark Traa uitvoerig en smakelijk beschrijft. De Commissie Stapelbedden voor Buitengewone Omstandigheden becijferde dat er in elk als noodziekenhuis ingericht schoollokaal acht stapelbedden konden worden geplaatst. De gemeente Uithoorn had de voedseldistributie al helemaal op orde; bewoners van de Molenlaan moesten hun bonkaart ophalen tussen twaalf uur en half één (alleen de datum was nog niet ingevuld, die hing immers af van het moment dat de oorlog zou beginnen). Ook was precies op papier gezet via welke uitvalswegen meer dan 800.000 Amsterdammers de stad moesten verlaten. Deze massa-evacuatie van de hoofdstad zou op gang komen na verzending van de code 'Wandelstok, wandelstok, twaalf, twaalf'.
De Russen komen! is leesbaar en informatief en laat de tot nog toe onwetende burger achteraf schaterlachen van de schrik. Jammer alleen dat de auteur heeft afgezien van voetnoten, waardoor niet meteen duidelijk is welke gegevens waar te vinden zijn. Voor het overige kunnen we NAVO en Warschaupact slechts dankbaar zijn dat ze ons een Derde Wereldoorlog hebben bespaard, want dan was dit Hollandse padvindersgedoe een stuk minder leuk gebleken.