De rode loper

De ziekte van deze tijd heet narcisme, blijkt uit deze verrassende rock 'n' roll-roman

Daniëlle Serdijn

Er zijn dingen die je niet verwacht. Zoals een roman die zich afspeelt in de wereld van de rock 'n' roll, geschreven door Thomas Rosenboom. Eerder associeer je de schrijver van romans als Publieke werken (2000) en Zoete mond (2009) met het culturele milieu van de kamermuziek, de opera of desnoods de fanfare. Om die reden is De rode loper, zoals Rosenbooms nieuwste heet, een verrassend project.

Rosenboom schrijft over de ontluikende vriendschap en ambities van twee jongens die hun volwassenheid bereiken in de jaren zeventig. Hun middelbareschooltijd in Arnhem zit erop wanneer Lou Baljon en Eddie van de Beek elkaar beloven niet te gaan studeren, zoals hun klasgenoten, maar de bijstand verkiezen om hun jongensdromen na te kunnen jagen. Zo wil Eddie journalist worden, wat hem ook lukt. En slaagt Lou erin een baantje als roadie te bemachtigen bij Shout, de bekendste Arnhemse popgroep in die dagen.

Shout? Waarop zou Rosenboom, die bekend staat om zijn grondige research, zich gebaseerd hebben? Moon, de band waarin Herman Brood begon? Long Tall Ernie & The Shakers? Hank the Knife? Totdat je leest dat Shout er niet in slaagt een platencontract te bemachtigen. Sterker, de band heeft nauwelijks benul van de muziekbizz. Willen ze een demo maken, dan moet de bandmanager de leden ervan doordringen dat het niet slim is om uitsluitend covers op te nemen. Daarnaast zetten de lullige gimmicks van de band uw recensent op een ander spoor: De rode loper is zoiets als This is Spinal Tap, de hilarische fakedocumentaire uit 1984 waarin alle clichés rond een rockband vol overgave vertoond werden.

Wat te denken van Shout-frontman Anjo, die door Rosenboom voortdurend wordt geportretteerd met een föhn in de hand om z'n lange blonde haren een heavy coupe te geven? Of van Lou, wiens taak eruit bestaat voor een stampvolle zaal het drumstel demonstratief vast te spijkeren op het podium?

Toch is De rode loper een echte Rosenboom. Want wat zien we: Lou wordt ingehaald door de tijd, iets wat Rosenboompersonages vaker overkomt. Wanneer Shout stopt, dreigt ook voor Lou het doek te vallen. Op een cruciaal moment weet hij zich op ludieke wijze te herpakken. Zo eindigt hij als bioscoopbaas in Zevenaar. De ontwikkelingen aldaar gebruikt Rosenboom als vehikel voor een portie maatschappijkritiek.

De filmavonden die Lou organiseert worden slecht bezocht. Zoekend naar de oorzaak komt hij tot het inzicht dat mensen tegenwoordig het liefst naar zichzelf kijken; naar lieden met wie ze zich moeiteloos kunnen identificeren. Het bewijs voor zijn gelijk ligt in het succes van tv-programma's als Idols, X-Factor en Holland's Got Talent. 'Narcisme is de ziekte van deze tijd, half Nederland lijdt aan een mateloos verlangen naar aandacht en bewondering, maar hoe kun je die krijgen als je niks bijzonders kunt?'

De kritiek die de schrijver in zijn roman uit, sluit naadloos aan op zijn pamflet Denkend aan Holland (2005), waarin hij commentaar leverde op het ongeremde, narcistische gedrag van zijn landgenoten. In die zin is De rode loper een in fictie uitgewerkt deel van het pamflet over beschaving en wellevendheid. Ongewoon blijft Rosenbooms schets van de underground. Zo kneuterig en aandoenlijk dat het vanzelf weer de wereld van Thomas Rosenboom wordt. Ongevaarlijk, overzichtelijk.

Hoe onderhoudend De rode loper ook is, de roman laat vooral zien dat deze schrijver niet aan zichzelf kan ontsnappen.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden