beeldende kunst
De Rijksakademie kon haar jubileum niet vieren zoals gepland, maar gelukkig zijn de ateliers weer open
Studenten aan de Amsterdamse kunstopleiding tonen waar ze mee bezig zijn. De Volkskrant pikte er vier uit.
We Had Plans, zo luidt de titel van het boek dat de Rijksakademie maakte ter ere van haar 150-jarig jubileum. Tijdens de Open Studios wordt het gepresenteerd. ‘Het jubileum moest een groot feest worden’, vertelt directeur Emily Pethick bij de persopening, ‘maar dat kon door corona niet door gaan.’ Des te feestelijker is het dat de jaarlijkse openstelling van de ateliers in ieder geval wel plaatsvindt.
De titel is ook van toepassing op de open ateliers zelf, waar eerste- en tweedejaars (44 dit jaar, van wie de meeste uit het buitenland) laten zien waar ze de afgelopen tijd aan hebben gewerkt. Hoewel, dan is het eerder: we hebben plannen. Want dat er in de ateliers van dit internationaal hoog aangeschreven, postacademische instituut druk wordt bedacht, onderzocht en uitgebroed is duidelijk. Je ziet kunstwerken in alle mogelijke stadia van ontwikkeling, van tot in de puntjes uitgewerkte installaties tot muren beplakt met post-its en volgeschreven A4’tjes. Soms is het wat ondoorgrondelijk, maar je krijgt wel een mooi inkijkje in de denk- en maakprocessen die er tijdens zo’n tweejarig verblijf op de Akademie gaande zijn.
Meer dan anders waren de kunstenaars het afgelopen jaar overgeleverd aan de eenzaamheid van hun atelier. De werkplaatsen en andere faciliteiten van de Rijksakademie waren minder toegankelijk. Misschien is dat de reden dat sommige ateliers er zelf uitzien als miniwerkplaatsen. Zo staan bij Werker Collective grote pannen, stukjes textiel en bakken vol uienschillen klaar, alsof er ieder moment een workshop textiel verven met planten kan beginnen.
Directeur Pethick zag tijdens dit eenzame jaar gemeenschapszin ontstaan: ‘De studenten namen bijvoorbeeld het initiatief om samen jamsessies te organiseren.’ Het lijkt wel of je die sessies terug hoort in de individuele presentaties. Bij Molly Palmer klinkt lieflijk meerminnengezang, bij Özgür Kar treffen we een klarinet spelende knekelkoning. Er is dit jaar niet alleen veel te zien, maar ook veel oorstrelends te horen.
Rijksakademie Open Studios, Amsterdam, 17 t/m 27/6. Deze week is het Amsterdam Art Week. Zie amsterdamart.com voor een overzicht van alle exposities, performances en films
Alter ego
Een man met een blauwgekleurd gezicht staat in een struik, naast hem duiken tussen het paarse gras andere kleine gezichten op. Tessa Mars’ schilderkunst is surrealistisch en sprookjesachtig. Op een ander werk lijkt een vrouw door de wolken omlaag te vallen, haar gezichtsuitdrukking is onbestemd. De schilderijen, sculpturen en vertelkunst zijn gevoed door de Haïtiaanse geschiedenis en ze probeert ermee ‘geschiedenis, gender, tradities en taal’ te bevragen. In een aantal van de schilderijen is haar strijdlustige alter ego ‘Tessalines’ te zien: een vrouw met hoorns. Die naam verwijst naar Jean-Jacques Dessalines (1760-1806), generaal in de Haïtiaanse revolutie.
Verknipte documentaire
Polina Medvedeva is gefascineerd door mensen die buiten de maatschappij vallen. Ze filmde jongeren in Brighton die hun interesse in school hebben verloren (en dat is vaak wederzijds) en samenkomen om muziek te maken. Die documentaire heeft ze verknipt tot losse ‘samples’, die ze in een performance samen met geluidskunstenaar Andreas Kühne opnieuw mixt, zodat een vreemde, intense videoinstallatie ontstaat. Andere onderwerpen voor video’s haalde ze dichter bij huis: een homevideo uit haar jeugd in Rusland en een film over vrouwen die (net als Medvedeva’s moeder) uit Rusland kwamen om met een Nederlandse man te trouwen. Hier vormden de vrouwen samen een nieuwe familie, ze helpen en steunen elkaar.
Stroming
Bij Julian Abraham ‘Togar’ lijkt het alsof je het laboratorium van een gekke professor binnenloopt, maar dan eentje die experimenteert met muziek. Kabels krioelen over de grond, tientallen muziekinstrumenten staan kriskras door elkaar. Bekkens, het ruisen van de zee en het druppelen van een kraan vormen samen een hypnotiserend ritme. Aan de muur hangen gekleurde bordjes met intrigerende ‘tegeltjeswijsheden’, statements als Music Is A Normalization of Violence en Ears Have No Defense Mechanism, die iets lijken te zeggen over de politieke kracht van muziek en geluid. Alles in dit atelier vibreert, stroomt en is met elkaar verbonden.
Luisteren naar de aarde
‘Dieper graven’ is een opdracht die veel kunststudenten krijgen als het gaat om hun werk. Niet iedereen vat dat zo letterlijk op als Aldo Esparza Ramos. De kunstenaar, met wortels in Mexico, maakte in zijn studio een cirkelvormig gat van 3 meter doorsnede en 80 centimeter diep. De verschillende lagen waar de kunstenaar doorheen boorde zijn fascinerend om te zien: grijze verf, beton, isolatiepiepschuim, pvc plastic, zand. Het is alsof je in een open wond kijkt. Volgens de kunstenaar is het vooral een uitnodiging om te luisteren naar de aarde. Geïnspireerd op kennis uit diverse inheemse tradities organiseerde hij in zijn cirkel leesgroepen, rituelen en luistersessies.