besprekingpoëzie

De nieuwste dichtbundel van Ramsey Nasr ademt een diep besef van verlies

Ramsey Nasr las de brieven van Vincent van Gogh en schreef, met louter de woorden van de schilder zelf, een gloedvol Poëziegeschenk. Natuur is het thema van de Poëzieweek 2022, van 27 januari t/m 2 februari.

Geertjan de Vugt
null Beeld

In zijn vorig jaar verschenen, alom bejubelde essay De fundamenten verhaalt Ramsey Nasr (47) hoe de brieven van Vincent van Gogh hem door de pandemie hielpen. Nasr vond er een radicaliteit en oprechtheid waar het in de politiek aan ontbrak. Maar hij vond er ook kwetsbaarheid. De brieven toonden hem dat eenzaamheid meer is dan sociale afzondering of fysieke opsluiting. Eenzaamheid, zo leerde de dichter bij de schilder, was de keerzijde van een hunkeren – een dierlijk hunkeren – naar gemeenschap.

Meer dan vijf dikke boekdelen, ruim 2.000 pagina’s, las Nasr tijdens de lockdown toen hij besloot zijn schaar en plakstift te pakken en de boel eens flink te herschikken. Het resulteerde in Wij waren onder de betovering: tien gloedvolle, zeg maar gerust hunkerende gedichten die alleen uit de woorden van Vincent van Gogh bestaan.

Hij schreef het als Poëziegeschenk voor de Poëzieweek 2022. Dit jaar is het thema tegelijkertijd tijdloos en brandend actueel: ‘natuur’. Bij menig lezer zal dit thema onmiddellijk romantische associaties oproepen. Maar verwacht van Nasr geen gezwijmel. Hij gaat, naar hij zelf onlangs in een interview beweerde, de natuur in ‘om neergeslagen te worden. Om er aan den lijve aan herinnerd te worden dat ik er niet toe doe, dat ik sterfelijk ben en mijn bestaan zinloos.’ En om er nogmaals geconfronteerd te worden met de eenzaamheid.

Ramsey Nasr Beeld Annabel Miedema
Ramsey NasrBeeld Annabel Miedema

De bundel, waarin de littekens van de schaar als ‘|’ te zien zijn, opent met het verlangen naar gemeenschap. ‘Ik schrijf u | een woordje om | te zeggen’ lezen we in de opening, ‘laten we | samen blijven’. In dat samenzijn moet de schoonheid van de wereld nog een keer worden gevierd, een schoonheid die evenzeer wordt weerspiegeld in een ‘blanke lucht’ als in ‘plassen vuil geelachtig water’. Maar Wij waren onder de betovering ademt ook een diep besef van verlies, van een leven dat achtergelaten wordt. ‘Mijn jeugd is weg’, lezen we in het eerste gedicht, ‘ik bedoel de tijd dat men niet voelt dat men leeft / en zonder moeite leeft’. In het volgende gedicht gaat die jeugd in rook op en weer een gedicht verder schrijft Van Gogh met de vingers van Nasr: ‘laten we | maar stillekens voortgaan’.

Wie Wij waren onder de betovering leest, begrijpt waarom Nasr teruggrijpt op Van Gogh. In Nasrs bewerking ademen diens vaak hartroerende brieven, waarvan bekend is dat die van hoge literaire kwaliteit zijn, ook iets van het heden. De vermoeidheid waar de lockdownsamenleving onder gebukt gaat, is volop aanwezig. Evenals de dood: ‘we zijn | door dood en onsterfelijkheid getroffen | en het gaat niet over’. De woorden zijn een dikke eeuw oud, maar ze lichten op als vonken in het heden.

Ramsy Nasr: Wij waren onder de betovering. Gratis bij aankoop van minimaal € 12,50 aan poëzie tijdens de Poëzieweek 2022, van 27/1 t/m 2/2.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden