LeeswijzerUtopia Avenue
De nieuwe David Mitchell in de Leesclub
Het vijfde boek dat we lezen in de Volkskrant Leesclub is Utopia Avenue van David Mitchell. Dit is de leeswijzer van leesclubbegeleider en Volkskrantrecensent Hans Bouman. Meedoen? Word lid van onze facebookgroep.
Vooraf
Utopia Avenue is het achtste boek van David Mitchell. Eerder schreef hij zes romans en een novelle, die alle ook in Nederlandse vertaling zijn verschenen (en alle recentelijk fraai zijn heruitgegeven). De Engelse editie van Utopia Avenue verscheen in juni 2020, de Nederlandse vertaling eind september van dit jaar.
In deze leeswijzer stip ik een aantal volgens mij interessante punten aan over deze roman, die van nut kunnen zijn voor wie het boek nog gaat lezen, of al gelezen heeft en wil gaan meedoen met de Utopia Avenue-editie van de Leesclub die de Volkskrant vanaf nu de komende vier weken organiseert.
Het eerste deel van deze leeswijzer geeft algemene informatie. Het tweede deel, vanaf het kopje ‘Überroman’, is bedoeld voor de liefhebber die al wat meer van Mitchell heeft gelezen en Utopia Avenue ook wil lezen in de context van diens andere werk en de ‘überroman’ die de boeken tezamen vormen. (Er bestaat internationaal een heel gezelschap toegewijde Mitchell-fanaten die complete internetencyclopedieën over de schrijver bijhouden. Wellicht bevinden sommigen van hen zich in onze Leesclub-community.)
Over David Mitchell
David Stephen Mitchell werd op 12 januari 1969 geboren in Southport, Lancashire, en is thans dus 51 jaar oud. Hij groeide op in Worchestershire en studeerde Engelse en Amerikaanse letterkunde en vervolgens Vergelijkende Literatuurwetenschap aan de University of Kent, waar hij een MA behaalde. Na een jaar op Sicilië te hebben gewoond, vertrok hij naar Japan, waar hij acht jaar lang Engels doceerde en zijn latere echtgenote, Keiko Yoshida, leerde kennen. Daarna keerde hij, met zijn zwangere echtgenote, terug naar Engeland. Tegenwoordig woont Mitchell, met vrouw en zoon, in County Cork in West-Ierland.
Zijn tijd in Japan was van grote invloed op zijn eerste twee romans, Ghostwritten (De geestverwantschap, 1999) en Number9Dream (Droom Nummer Negen, 2001), en het latere The Thousand Autumns of Jacob de Zoet (De niet verhoorde gebeden van Jacob de Zoet, 2010). Op zijn dertiende kreeg Mitchell last wat hij zelf ‘a stammer’ (‘stamelen’) noemt, wat naar zijn zeggen niet hetzelfde is als ‘stotteren’. In zijn autobiografische roman Black Swan Green (Dertien, 2006) schrijft hij daarover.
Zowel Number9dream als het verfilmde Cloud Atlas (Wolkenatlas, 2004) werden genomineerd voor de Booker Prize. Mitchell schreef twee operalibretto’s voor Nederlandse componisten, waaronder Wake, dat handelt over de Enschedese vuurwerkramp.
Utopia Avenue
Veel van David Mitchells boeken hebben, vooral vormtechnisch, een nogal experimenteel karakter. Dat geldt niet voor Utopia Avenue, zoals het destijds ook niet gold voor Black Swan Green. Utopia Avenue vertelt zijn verhaal in chronologische volgorde, zij het rijkelijk onderbroken door (korte) flashbacks. Dat verhaal behelst de opkomst en ondergang van de Engelse band Utopia Avenue, tussen januari 1967 en oktober 1968. Een Engelse band met een Nederlands tintje, want stergitarist Jasper de Zoet heeft een Nederlandse vader en een Engelse moeder.
Kort maar hevig
Over de ‘ondergang’ van de band zal deze leeswijzer met geen woord spreken. Over het hoe en waarom daarvan gaat u zelf lezen en over uw bevindingen kunnen we, in de laatste fase van deze editie van de Leesclub, van gedachten wisselen. Ik beperk me hier tot de constatering dat de glorietijd van Utopia Avenue kort maar hevig was. Misschien net als de glorietijd van het hippie-idealisme? Of hier sprake is van al dan niet bedoelde parallellen, daarover kunnen het in de Leesclub zeker hebben.
Personages
De belangrijkste personages in het boek zijn de vier bandleden van Utopia Avenue en hun manager. Ik stel ze even voor, maar bedenk al lezend of u het wel eens bent met mijn typeringen:
•Elf Holloway: zang en toetsen. Muzikale achtergrond: folk, en vermoedelijk geïnspireerd op Sandy Denny van de folkrockgroep Fairport Convention. Afkomstig uit een keurig burgerlijk middle class milieu. Elf heet eigenlijk Elizabeth Frances, en het is haar jongere zus Bea die die twee namen is gaan samentrekken tot ‘Elf’. Want Elfs ouders zouden nooit voor zo’n ‘Tolkien-achtige’ naam hebben gekozen. Elfs relatie met de Australische muzikant Bruce Fletcher, met wie ze een folkduo vormde, is aan het begin van de roman net stukgelopen. Ze voelt zich ‘de afgewezen Miss Havisham van de folkscene’ (een knipoog naar de beroemde, in de steek gelaten bruid uit Great Expectations van Charles Dickens).
•Jasper de Zoet, gitaar. Muzikale achtergrond: prog rock. Van vaderskant stamt Jasper uit een aristocratische, steenrijke Zeeuwse redersfamilie. Zijn moeder is Brits. Met zijn vader heeft Jasper geen goede band. Zoals te verwachten is hij gerelateerd aan Jacob de Zoet uit De niet verhoorde gebeden. Jasper is een getroebleerde persoonlijkheid en dat feit speelt een rol van betekenis in het boek. Jaspers ‘emotionele dyslexie’ is mede geïnspireerd op het autisme van Mitchells zoon.
•Dean Moss: basgitaar. Muzikale achtergrond: rhythm & blues. Hij is afkomstig uit het forensenstadje Gravesend in Kent. Dean, die op jonge leeftijd zijn moeder verloor, heeft een ernstig conflict met zijn alcoholistische vader Harry Moffatt, en dat vormt een rode draad in zijn bestaan. Dean heeft de meisjesnaam van zijn moeder aangenomen. Dean heeft op de kunstacademie gezeten, maar associeert zich meer met de ‘working class’. Hij heeft een vlotte babbel en kan charmant en humoristisch zijn.
•Peter ‘Griff’ Griffin: drums. Muzikale achtergrond: jazz. Hij is afkomstig uit wat Dean ‘de Volksrepubliek Yorkshire’ noemt. Tijdens het interview in TivoliVredenburg zei Mitchell gekscherend dat het Verenigd Koninkrijk uit vijf landen bestaat: Engeland, Wales, Schotland, Noord-Ierland en Yorkshire. Over welke status Yorkshire precies heeft in de roman kunnen we discussiëren. Griff, wiens vader buschauffeur is, in de deprimerende havenstad Hull is hardcore working class.
•Levon Franklin: manager, afkomstig uit Canada. Heeft een enigszins intellectuele uitstraling en belijdt de herenliefde. Levon Franklin ligt aan de basis van het ontstaan van Utopia Avenue. Hij brengt de groepsleden bijeen op basis van hun individuele kwaliteiten. In een oerversie van de roman was Franklin een klassieke, schurkachtige manager, die de groep financieel oplichtte. Omdat hij dit te zeer een cliché vond, besloot Mitchell van Franklin juist een integere figuur te maken.
Omdat de vier groepsleden nogal uiteenlopende muzikale achtergronden hebben, is de sound van Utopia Avenue erg divers. Dat wordt de groep op een gegeven moment ook door critici verweten. Critici menen ook dat Utopia Avenue geen duidelijke leider heeft, geen ‘gezicht’, zoals Mick Jagger dat is bij de Rolling Stone en Ray Davies bij de Kinks. De groep heeft daar overigens, naar mijn mening, tamelijk snedige antwoorden op.
In mijn recensie van Utopia Avenue beweer ik dat Mitchell ‘elk hoofdstuk de hartenklop geeft van het personage dat erin centraal staat’. Oftewel: de stijl waarin het hoofdstuk is geschreven, vertelt ons iets over (of sluit aan bij) de persoonlijkheid en/of de geestesgesteldheid van het personage. Misschien een aardig idee om al lezend te kijken of u dat met mij eens bent? Voorbeelden?
Structuur
Utopia Avenue heeft, zoals gezegd, geen ingewikkelde structuur. Maar Mitchell speelt in zijn boeken nu eenmaal graag met de vorm. Ook hier. Hij heeft zijn roman opgedeeld in drie delen, die elk de naam dragen van een album (in die tijd: een elpee) van de groep, namelijk:
- Paradise Is the Road to Paradise
- Stuff of Life
- The Third Planet
Alle hoofdstukken binnen die delen hebben weer de namen van songs op de betreffende elpees. En het bandlid dat de song in kwestie heeft geschreven, is de hoofdpersoon in dat hoofdstuk. Klinkt ingewikkeld? In het boek wordt alles meteen duidelijk. Deze aanpak betekent overigens wel dat Griff Griffin, de drummer, die zelf nauwelijks songs componeert, een wat marginale rol heeft in het boek. Over hoe terecht of onterecht dat is, kunnen we in de Leesclub natuurlijk van gedachten wisselen. Mitchell heeft aangegeven dat hij door dit spel met elpeetitels en songtitels (alsook het opnemen van complete songteksten) heeft geprobeerd zijn boek een muzikale structuur te geven. Is hij daarin geslaagd?
Nederland
David Mitchell heeft een zwak voor Nederland. Dat liet hij weten in het Volkskrant-interview met Sander Pleij en dat herhaalde hij nog eens uitvoerig toen hij op maandag 28 september live aanwezig was op het International Literature Festival Utrecht (ILFU) in TivoliVredenburg. Waar hij zijn geboorteland Groot-Brittannië uiterst verdeeld vindt, ‘op voet van oorlog met zichzelf’, is Nederland volgens hem nog een echte community. Hij voelt zich thuis in onze manier van denken, in onze kalmte, ons pragmatisme, onze onverstoorbaarheid. Die steken we in onze zak.
Feit is dat een deel van Utopia Avenue in Nederland speelt en het personage Jasper de Zoet half-Nederlands is. Misschien is het aardig om in de loop van onze Leesgroep-discussies stil te staan bij de vraag of Mitchells positieve denkbeelden over ons land zijn af te lezen aan de passages die in Nederland spelen.
Cameo’s
Er zijn nogal wat cameo appearances in het boek, oftewel: we komen heel wat echt bestaande beroemdheden (of aanstaande beroemdheden) uit de wereld van de popmuziek anno 1967-1968 tegen. Van David Bowie tot Brian Jones, van Janis Joplin tot Leonard Cohen, van Marc Bolan tot Jerry Garcia. We gaan in de Leesclub beslist praten over de functie van al deze cameo-verschijningen. Zijn het er te veel, te weinig? Welke namen zeggen de jongere lezers eigenlijk nog wat? Dragen ze bij aan het creëren van een tijdsbeeld?
Shocking Blue (onbelangrijk weetje)
Ook ons eigen Shocking Blue wordt genoemd, in de drukproefversie trouwens als ‘a four piece R&B band from Eindhoven’. Later is dat veranderd in ‘a four piece psychedelic band from The Hague’, wat in elk geval qua plek van herkomst correcter is. De Nederlandse vertalers Harm Damsma en Niek Miedema hebben blijkbaar net als ik hun twijfels over het psychedelische karakter van Shocking Blue’s muziek, en maken er ‘een viermansformatie uit Den Haag’ van.
Realistisch of bovennatuurlijk?
Toen David Mitchell op 28 september optrad in TivoliVredenburg, werd het interview (door radiopresentator en schrijver Co de Kloet) voorafgegaan door een zogeheten laudatio (lofrede) door hoogleraar wiskunde en Volkskrant-medewerker Ionica Smeets, die zeer goed op de hoogte bleek van Mitchells oeuvre. Zij had het onder meer over de vraag of Utopia Avenue bovennatuurlijke elementen bevatte, zoals dat het geval is bij veel andere boeken van Mitchell. De auteur had hierop als antwoord: ‘Als dit het eerste boek is dat je van me leest, dan luidt het antwoord nee. Heb je meerdere boeken van mij gelezen, dan is het antwoord ja.’ Dit lijkt me een mooie opmerking om, bij het lezen van het boek, in het achterhoofd te houden. Ik ga er zeker op terugkomen.
Überroman
Wie meerdere boeken van Mitchell heeft gelezen, zal het zijn opgevallen dat sommige personages meerdere malen hun opwachting maken (of worden genoemd). Een mooi voorbeeld is Luisa Rey. In De geestverwantschap heeft zij een relatief klein rolletje als een oudere schrijfster die inbelt in een radioprogramma. In Wolkenatlas heeft ze een prominente rol als een jeugdige, dappere journaliste in het San Francisco van de jaren zeventig. Ook tegen het einde van Utopia Avenue gaan we Luisa tegenkomen.
Omdat er inmiddels een lijst kan worden aangelegd van enkele tientallen personages die we in meerdere boeken tegenkomen (zie hieronder), wordt wel gezegd dat Mitchell aan een ‘überroman’ werkt: een gigantische, meerdelige roman waar alle tot dusver verschenen boeken kleine onderdeeltje zijn. Hoewel hij bijzonder veel plezier beleeft aan het laten terugkeren van oude bekenden, relativeert de schrijver dit enigszins. Hij zegt niet aan zijn eigen ‘Midden-Aarde’ of ‘Westeros’ te werken: het opnieuw opvoeren van een personage gebeurt vaak puur intuïtief. Wel werkt hij met uitvoerige schema’s om de boeken ten opzichte van elkaar ‘kloppend’ te houden.
Inmiddels zijn er heel wat lezers die zich bezig houden met het in kaart brengen van de überroman en zijn personages. Hieronder heb ik een grafiek geplaatst die is gebaseerd op Crowd Atlas: a surely incomplete accounting of where Mitchell’s characters keep popping up, die je op verschillende plekken op internet kunt vinden. De ‘Crowd Atlas’ gaat maar tot The Bone Clocks (Tijdmeters, 2014) en ik heb hem aangevuld met de laatste twee boeken. Hij is ongetwijfeld incompleet en mogelijk staan er onjuistheden in. Wie zich geroepen voelt tot aanvullingen en/of correcties: wees mijn gast!
Eerdere boeken gerecenseerd
Ik heb in de loop der jaren de meeste van Mitchells romans voor de Volkskrant besproken. Alleen zijn debuut, De geestverwantschap/Ghostwritten, heb ik destijds jammerlijk gemist. Voor wie geïnteresseerd is zijn hier de links naar eerdere recensies te vinden (om raadselachtige redenen blijkt in enkele gevallen de eerste alinea van het stuk te zijn weggevallen, dus soms val ik wat vreemd met de deur in huis): Number9Dream (Droom Nummer Negen), Cloud Atlas (Wolkenatlas), Black Swan Green (Dertien ), The Thousand Autumns of Jacob de Zoet (De niet verhoorde gebeden van Jacob de Zoet), The Bone Clocks (Tijdmeters), Slade House (Doorgang).
En nog een mooie site voor wie, qua Mitchell, de diept in wil.
Op Spotify vind je verschillende Utopia Avenue-playlists, waaronder een door Mitchell zelf samengesteld: ‘Utopia Avenue - Music from, and in the spirit of, the novel by David Mitchell. Compiled by the author.’
Ten slotte
Ik hoop dat het bovenstaande de nodige aanknopingspunten biedt bij het lezen van Utopia Avenue en het bespreken ervan in de Leesclub. Veel leesplezier, en: we spreken elkaar!
Meedoen?
Word lid van onze facebookgroep en doe mee met de leesclub.