De Jonge boos over nieuw boek van Mulisch
Nog voor de officiële verschijning op 15 maart is er hevige commotie ontstaan over het boekenweekgeschenk van Harry Mulisch, Het theater, de brief en de waarheid....
Cabaretier Freek de Jonge, die de opening van de Boekenweek verzorgt met een show op het Boekenbal van 14 maart, is kwaad over het boek van Mulisch. In try-outs van zijn show, die eerst De flaptekst zou heten, maar nu is omgedoopt in De conferencier, het boekenweekgeschenk en de leugen, verklaart hij dat het boek verbrand zou moeten worden in de piste van Carré.
Croiset verzette zich destijds samen met De Jonge tegen opvoering van het stuk van Fassbinder en ging daarbij zover dat hij beweerde ontvoerd te zijn. Ook stuurde hij zelf dreigbrieven, onder meer aan De Jonge, waarna diens kinderen moesten onderduiken en De Jonge zelf politiebewaking kreeg. Later verklaarde Croiset zo gehandeld te hebben als waarschuwing tegen het toenemend antisemitisme.
De Jonge maakt zich vooral kwaad omdat het boek van Mulisch een rehabilitatie zou zijn van het gedrag van Croiset. Volgens De Jonge hebben Croiset en Mulisch daarover afspraken gemaakt. Mulisch bevestigt dat hij met Croiset heeft gesproken en dat deze hem heeft geholpen, 'maar het is geen rehabilitatie'.
Henk Kraima, directeur van de Stichting CPNB die de jaarlijkse Boekenweek organiseert, vindt het geheel uitermate boeiend: 'Het is altijd interessant om te zien wat een man als Mulisch doet met het gegeven van Croiset, en het is even interessant om te zien wat een man als Freek de Jonge doet met iets wat hij in het verleden heeft meegemaakt in combinatie met het verhaal van Mulisch.'
Saillant is natuurlijk wel dat De Jonge uitgerekend in een show voor het Boekenbal oproept tot een publiekelijke boekverbranding. Kraima: 'Ik zou mij pas echt zorgen hebben gemaakt als er een protestdemonstratie voor Carré zou zijn geweest met spandoeken die oproepen het boek te verbranden. Of wanneer Freek in een advertentie had gezegd dat het boek verbrand moest worden. Maar hij heeft er een voorstelling van gemaakt en daarmee zijn eigen kunstwerk geschapen.'