Puck & Hans – Made in Holland geeft een vrolijk beeld van twee modeontwerpers, die de wereld hadden kunnen veroveren, maar kozen voor Nederland: Puck Kroon (78) en Hans Kemmink (72).
Helemaal aan het begin van de documentaire staat daar opeens Karl Lagerfeld – witte kuif, zwarte bril – die een microfoon onder zijn snufferd krijgt. Het valt bijna niet op, omdat Lagerfeld alle aandacht trekt, maar het is toch werkelijk Catherine Keyl die hem interviewt. Keyl – geföhnd haar, zilveren oorclips – vraagt: ‘Quest-ce que vous pensez de la collection de Puuk et Hôns?’
Lagerfeld zegt in de ondertiteling: ‘Heel interessant en eigentijds. ’t Is modern, jong en avant-gardistisch. Ik vind het uitstekend. Dit kan in Parijs ook goed inslaan.’
In 1987 in Parijs, vlak na het winnen van de prestigieuze modeprijs Fil d’Or, had de carrière van modemakers Puck Kroon (78) en Hans Kemmink (72) zomaar een nieuwe wending kunnen nemen. Een internationale wending, naar internationale winkels, klandizie en roem. Maar dat gebeurde niet. Het punt was: ze wilden niet. Ze vonden Parijs geen plek voor een gezin, hun dochter Carmen had er te weinig speelplekken. ‘En achteraf’, zegt Hans, ‘denk ik dat het verstandig is geweest’.
Made in Holland is de ondertitel van de opgewekte documentaire van Peter Wingender en Danielle Guirguis die nu op het NFF draait en binnenkort op tv te zien is. Die ondertitel onderstreept het feit dat Kemmink en Kroon binnen de landsgrenzen bleven, al werden ze daar zo beroemd als maar kon.
Dat ze beroemd zouden worden met kleding lag al vroeg vast. Puck Kroon werd naar eigen zeggen met de naald in de hand geboren, deed de Rotterdamse snijschool en kleedde zichzelf vrolijk en uitzinnig, zo opvallend en anders dat ze werd nagekeken en uitgejouwd. In het Rotterdamse café de Schouw trof ze vijftig jaar geleden fotograaf Hans Kemmink en die vond haar juist ontzettend leuk.
Een masterplan voor een eigen modemerk maakten ze nooit. Ze begonnen gewoon met twaalf kledingstukken op een rekje, in een winkeltje dat ze met 600 gulden spaargeld van Puck opleukten met spaanplaat en verf. Op het juiste moment, in 1967, toen de jongerencultuur opkwam. Op de juiste plek, in Den Haag, waar de Golden Earring en Shocking Blue ook huishielden. De liefjes van de Earrings en Mariska Veres werden klant en dat genereerde zoals dat gaat ook aandacht en kooplust onder minder bekende jongeren.
Er volgden nog twee winkels, eentje in Rotterdam en een op het Rokin in Amsterdam, om bereikbaarder te zijn voor de redacteuren van Libelle en Margriet en later Avenue en Elle. Daar verkochten Kroon en Kemmink behalve hun eigen ontwerpen ook buitenlandse labels als Gaultier en Kenzo en andere spullen, van posters tot poederdozen, die ze tof vonden.
Gouden formule
Gewoon maken en verkopen wat je mooi vindt, doen wat je leuk vindt: het bleek een gouden formule. De klantenkring groeide, wie geen Puck & Hans had, hoorde niet bij de hippe scene.
Presentatoren en artiesten ontdekten de podiumpower van hun ontwerpen. Zo werd een week voor het Songfestival van 1975 Getty Kaspers van Teach-In getipt om te gaan shoppen op het Rokin. Ze kwam thuis met een flodderige bloemenbloes en een lange witte broekrok waarin ze het Songfestival won.
Andere fans: Adèle Bloemendaal, Sonja Barend en de zangeressen van Lois Lane, die beroemd werden in de leren jakjes en loeistrakke stretchpakken van Kroon en Kemmink, die de tijdgeest en de behoeften van hun klanten feilloos aanvoelden.
Made in Holland heeft als rode draad de totstandkoming van de overzichtstentoonstelling Couture Locale in 2017 in het Amsterdam Museum. Onverwacht en geestig obstakel is dat Hans en Puck zelf te weinig kleding in archief hadden om er ook maar één klein kamertje mee te vullen. Een oproep op Facebook of er nog iemand iets van Puck & Hans in de kast had hangen, leverde honderden enthousiaste reacties op – en een aantal mooie ontmoetingen die onderdeel werden van de film.
De zussen Klemann die een van de twee vaak gewassen, maar nog steeds puntgave reptielprintpakken opdiepen bijvoorbeeld en Daphne Deckers die een jasje komt uitlenen dat ze nog steeds draagt. Smeuïge anekdote: ze had als beginnend model een rolletje in de eerste clip van Marco Borsato, bij het nummer De Waarheid. Zij moest rennen en springen door een herfstig laantje en Borsato verliefd om de hals vliegen.
Er was amper budget, dus werd Deckers niet betaald, maar mocht ze wel een mooie jas kopen om in de clip te dragen en ’m houden. Het werd een doublebreasted caban met koperen knopen van Puck & Hans. De jas is 22 jaar na dato nog als nieuw en Deckers blijkt er nog steeds in te passen, wat bedreven charmeur Hans een compliment ontlokt: ‘Je hebt wél een goed figuur joh! Jeeeezos!!’
Kleren maken die lekker zitten en hun pasvorm behouden, mensen blij maken en – minstens zo belangrijk – zélf enthousiast blijven en steeds vernieuwen, ook door middel van grootse modeshows – het bleken de ingrediënten voor een dijk van een Hollandse carrière. En voor een dijk van een relatie: afgezien van de strijkbout die Puck ooit boos in de richting van Hans gooide bleek hun relatie wonderwel bestand tegen vijftig jaar samenwonen en dertig jaar samenwerken.
Het allerbelangrijkst: hun fingerspitzengefühl, dat ze ingaf wanneer ze moesten beginnen en wanneer de koek op was. Toen ketens als Zara hippe kleding op de markt brachten voor een fractie van de prijs die zij voor hun kleding vroegen. Ze gaven een dampend afscheidsfeest, sloten op 1 januari 1998 de winkels en werden vrolijke en goed geklede pensionado’s, die een documentaire lieten maken over hun werk waar de levenslust vanaf spat.