ColumnFloortje Smit
De film Sonic the Hedgehog laat zien hoeveel invloed fanatieke fans echt hebben
Zelden was de fantastische uitdrukking ‘ik schrik me de tandjes’ toepasselijker dan op de nieuwe trailer van animatiefilm Sonic the Hedgehog.
Jeff Fowler, de regisseur van de film gebaseerd op een intens geliefd Sega-computerspel uit de jaren negentig, was zich vooraf van geen kwaad bewust. ‘Dol op dit personage. Dol op deze cast. Dol op het verhaal. Opgewonden om voor het eerst iets te kunnen laten zien’, schreef hij erbij toen hij de trailer vorige week via Twitter de wereld in slingerde.
De reacties waren, zacht gezegd, minder enthousiast. De lichaamsverhoudingen van het personage waren raar. De schoenen klopten voor geen meter met het oude computerfiguurtje. Maar het moment dat de egel voor het eerst zijn mond opendoet, bleek de nekslag voor het blauwe pluizige dier. Mensentanden! Brrrr! Het leverde zoveel kritiek op dat de kunst- en cultuurwebsite Vulture spontaan een ‘egeltandarts’ belde om de zaak verder te onderzoeken. Dat leidde tot een interview van zo’n 1.500 woorden waaruit onder andere viel te leren dat egels vaak kampen met tandproblemen en wat je moet doen als je een bolletje egel wilt ‘uitrollen’ (iets met een bakje water).
Dan ga je dus meteen verlekkerd zitten voor de trailer die ‘een klap in het gezicht’ was en een ‘gedrocht uit mijn nachtmerries’ opvoerde, aldus serieuze, met Sonic opgegroeide journalisten. En dan valt het tegen. Goed, fraai is anders, maar rechtvaardigt het ontwerp echt deze felle kritiek, gebracht met een pathos alsof Fowlers animatoren eigenhandig de tandjes uit de bek van een baby-egeltje hebben geslagen?
Het antwoord doet er niet toe: Fowler liet drie dagen later weten de boodschap begrepen te hebben. ‘Jullie zijn niet blij met het ontwerp en jullie willen dingen anders. Dat zal gebeuren.’ De animatoren gaan dus terug naar de tekentafel voor het hoofdpersonage van een film die 8 november in de bioscoop zou moeten draaien.
Dit is een opmerkelijke beslissing. In dit tijdperk van de fanboy, waarin binnen de popcultuur miljoenen wordt verdiend aan fanatieke, hondstrouwe fans van superhelden, computergames of drakenseries, worstelen de makers daarvan steeds zichtbaarder met de zwart-witte meningen die ze luidkeels verkondigen op internet. Hoe groot is die groep? Hoeveel invloed heeft ze? Kan ze films en franchises maken of breken?
Tot nu was niet zo duidelijk hoeveel invloed de fans werkelijk hadden. ‘Hollywood Doesn’t Care About ‘Fanboy’ Approval’ schreef Forbes nog in 2014, maar sindsdien is de afhankelijkheidsrelatie alleen maar gegroeid en zijn de financiële belangen groter geworden. Toen Batman-liefhebbers in 1989 eisten dat Michael Keaton zou worden vervangen, kon regisseur Tim Burton dat nog weghonen: het budget van deze film is te hoog om je druk te maken om wat een fan ervan vindt.’
Deze Sonic-saga toont aan dat tegenwoordig precies het tegenovergestelde wordt gedacht.