Centraal Museum in Utrecht koopt een werk van Dirck van Baburen

De verliefdheid knalt van het schilderij af dat het Centraal Museum in Utrecht afgelopen woensdag heeft gekocht. De man en vrouw op het werk van Dirck van Baburen (1595-1624) verbeelden weliswaar Granida en Daifilo. Maar in het echt gaat het om de opdrachtgever, de Utrechtse edelman Pieter van Hardenbroeck, en de uitgetreden non Agnes van Hanxelaer die verliefd waren geraakt. Zij verliet voor hem in 1623 het klooster; hij bestelde bij Van Baburen datzelfde jaar deze klassieke liefdesgeschiedenis van een Perzische prinses die haar liefde lijkt te herkennen in een eenvoudige herder met zwarte voetzolen, zoals Van Baburen hem zo natuurgetrouw mogelijk heeft uitgebeeld. Het verhaal is afkomstig uit de Granida van P.C. Hooft, waarin een leven in het keurslijf van het Perzische hof moet wijken voor het landelijk bestaan waarin het gevoel van echte liefde nog bestaat.

Het Utrechtse museum kocht het doek van meer dan drie vierkante meter op de veiling van Sotheby’s in New York. Voor 945.000 euro. Het is na de aankoop van het Godenbanket van Joachim Wtewael, vorig jaar, het tweede topstuk dat het Centraal Museum binnen twaalf maanden heeft verworven. De pastorale setting van het schilderij Granida en Daifilo was niet vreemd voor Van Baburen: hij was er in Nederland de grondlegger van. Buiten dat hij ook tot de groep van 17de-eeuwse, Utrechtse caravaggisten hoorde, samen met Gerard van Honthorst en Hendrick ter Brugghen. Een club schilders die geïnspireerd door hun grote voorbeeld, de Italiaan Michelangelo Merisi da Caravaggio, een nieuw soort realisme voorstond, in een doorgaans sterk strijklicht.