Bezeten Pere Ubu voelt niets voor een avondje nostalgie

Drie decennia lang is David Thomas (Cleveland , 1954) al actief als voorman van Pere Ubu. En hoewel uit de oerbezetting behalve Thomas niemand meer over is, blijkt zondag in Utrecht weinig aan het oorspronkelijke concept veranderd....

Gijsbert Kamer

Pere Ubu maakt nog altijd, zoals Thomas dat ooit noemde, avant-garagemuziek. De door Thomas onnavolgbaar met een hoge, huilerige afgeknepen stem gezongen liedjes klinken nog altijd als garagepunk vervormd door de ontregelende analoge synthesizer en theremin van, tegenwoordig, Robert Wheeler.

De imposante statuur van Thomas, die met hoed en lange regenjas oogt als Orson Welles in zijn nadagen, is na al die jaren nog altijd een genot om naar te kijken. Aanvankelijk nukkig, maar naarmate de avond vordert steeds vrolijker, koerst hij de voortreffelijke band, misschien wel zijn beste Pere Ubu-bezetting, door het repertoire dat vooral afkomstig is van de recentste plaat, het onlangs verschenen sterke, zoals altijd raadselachtig getitelde, Why I Hate Women.

Want hoewel Thomas net als Welles vaak is nagedragen dat hij zijn debuut nooit overtroffen heeft, past Thomas voor een avondje nostalgie. Los van het titelnummer van Pere Ubu’s debuutalbum The Modern Dance (1978), bewaart Pere Ubu ander werk uit de beginjaren als Heart Of Darkness en Final Solution tot de toegiften. En gelijk heeft-ie, want de bijna maniakale wijze waarop Thomas nog over zijn obsessies zingt, is van alle tijden.

In de liedjes van Thomas wemelt het nog altijd van de ontheemde mensen, spooksteden en lost highways. Mooi is het beeld van de man in het nummer Dark, in Tivoli als toegift gespeeld, die in nachtelijke autoritten naar het onbestemde alleen geestelijk in balans kan blijven door het luisteren naar de autoradio.

De muziek van Pere Ubu is altijd duister en vervreemdend gebleven, maar ook in Utrecht ontpopt Thomas zich weer als een rasentertainer. Geestig zijn de inleidingen: ‘Flames Over Nebraska schreef Elvis Presley een jaar geleden, ik studeer nog altijd op de vocale techniek’, en mooi is het te zien hoe de kettingrokende Thomas halverwege elk liedje even gaat zitten en met zijn kop gehuld in rookwolken de band verder het werk laat doen.

Niks nostalgie, maar bezeten rockmuziek, ontregelend en troostrijk tegelijk, zoals alleen Pere Ubu die kan spelen.

Gijsbert Kamer

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden