Opinie
'Beschuldigen van eerwraak is een soort Pavlovreactie geworden'
Was het eerst ongemakkelijk om eerwraak te benoemen, nu wordt die term meteen gebruikt. Allebei tekenend voor hoe in Nederland naar migranten wordt gekeken, oordeelt Renate van der Zee: met desinteresse.
Een 17-jarige Turks-Nederlandse jongen schiet wild om zich heen op een roc in Veghel. Wat is dit? Net zoiets als het bloedbad op Columbine High School in de Verenigde Staten, luidt de eerste reactie uit de politiek. 'Het is nu duidelijk dat deze schietpartijen niet alleen in de Verenigde Staten, maar ook in Nederland kunnen plaatsvinden', zegt CDA-Kamerlid Clemence Ross. 'We moeten geweld op scholen bespreekbaar maken, want daar rust nog een enorm taboe op.' 'Er moeten detectiepoortjes op scholen komen', meent minister van Justitie Benk Korthals.
In de dagen die volgen, dringt door dat er iets anders aan de hand is geweest, daar op die school. De dader had het op één scholier gemunt, het ex-vriendje van zijn zusje. Dit was, ja, wat was het? Bloedwraak? Een familievete? Eerwraak?
Wie erop wijst dat bepaalde groepen migranten geweld als een gelegitimeerde manier beschouwen om de eer van de familie te redden, begeeft zich op glad ijs. Met zulke opmerkingen stigmatiseer je allochtonen. Het is eind 1999.
Een 16-jarig Marokkaans meisje uit IJsselstein wordt met een mes om het leven gebracht. Haar moeder wordt aangehouden en is verdachte. De volgende dag schrijft De Telegraaf al dat eerwraak het motief lijkt en nog één dag later staat groot op de voorpagina van die krant 'Kamer: Maak eind aan eerwraak'. De eerste reactie uit de politiek komt van de PVV: daders van eerwraak 'dienen ons land uitgeknikkerd te worden'. Ook PvdA- en VVD-Kamerleden zeggen dat de politiek zich 'hard' moet opstellen.
Wie er op wijst dat te weinig informatie voorhanden is om te concluderen dat het inderdaad om eerwraak gaat, begeeft zich op glad ijs. Met zulke opmerkingen praat je iets verwerpelijks als eerwraak goed. Het is begin 2013.
Sinds de steekpartij in IJsselstein heeft zich weer een zaak voorgedaan, deze keer in Vlaardingen. Een Turkse vrouw schoot daar begin februari een 44-jarige man dood die de moskee verliet waar hij net het gebed had bijgewoond. 'Eermoord bij moskee', kopte het Algemeen Dagblad meteen.
Het is opvallend hoe gretig sommige media en politici de afgelopen jaren bij een moord in allochtone kring 'Eerwraak!' roepen. Als journalist die zich in eergeweld verdiepte, kostte het mij in 2007 nog veel moeite de politiek ervan te overtuigen dat de moord op de Turkse Zeynep Boral, die op het station in Alkmaar was doodgeschoten door haar ex-man, een eermoord was. De toenmalige minister van Justitie Ernst Hirsch Ballin hield het op huiselijk geweld en ging niet in op een verzoek om na te laten trekken of het een eermoord was. Pas een jaar later, toen de moeder van Zeynep had verklaard dat haar dochter wel degelijk om de familie-eer was vermoord, werd er in opdracht van het ministerie alsnog onderzoek gedaan. Met als conclusie dat eer wel degelijk een rol had gespeeld.
De jaren daarna werd ik zo nu en dan door collegajournalisten gebeld als er een moord onder niet-westerse migranten was gepleegd. 'Is het eerwraak?', luidde altijd de vraag. Als ik zei dat dat moeilijk was vast te stellen zonder kennis van het hele dossier of als ik, na enige spitwerk, concludeerde dat het waarschijnlijk niet zo was, verdween doorgaans de interesse. Eerwraak is buitenissig en exotisch en goed voor een spraakmakend nieuwsitem, maar een 'gewone' moord verdwijnt naar de faits divers.
Even voor de duidelijkheid. Bij eerwraak draait het om de familie-eer, waarvan het belang voor bepaalde niet-westerse migranten moeilijk te overschatten is. Die familie-eer is geschonden wanneer de kuisheid van vrouwelijke familieleden ter discussie staat. Dat kan gebeuren wanneer een ongehuwd meisje haar maagdelijkheid verliest of wanneer ze een vriendje heeft, maar ook wanneer een getrouwde vrouw haar man verlaat. Dit zijn maar een paar voorbeelden. Soms zijn roddels al genoeg.
De familie van zo'n vrouw ziet zich dan voor een probleem gesteld waarvan mensen uit een andere cultuur zich moeilijk een voorstelling kunnen maken. Families met een geschonden eer worden radicaal uit de gemeenschap gestoten, in hun winkels wordt niet meer gekocht, hun dochters en zoons kunnen geen huwelijkspartners meer vinden, hun vaders worden uitgelachen in het koffiehuis, hun moeders genegeerd. Voor migranten die in een wij-cultuur leven, is dit een ondraaglijke situatie.
Er zijn vreedzame oplossingen voor een eerschending, bijvoorbeeld door een meisje dat geen maagd meer is te laten trouwen. Maar vreedzame oplossingen zijn niet altijd mogelijk. In sommige gevallen gaat de familie dan over tot het plegen van een moord.
Geen zekerheid
Of het werkelijk tot moord komt, ligt aan talloze factoren. Naast cultuur spelen daarbij ook de sociale positie en de karakters van spilfiguren in de familie een rol. Een eermoord heeft plaats door een complex van talloze omstandigheden. Elke eermoord is weer anders. Er is helaas geen alomvattende checklist met kenmerken waaraan een moord moet voldoen om een eermoord te zijn. Daarom is het zo moeilijk om met zekerheid vast te stellen dat bij een moord eer de doorslaggevende factor is geweest.
Soms kan het zo lijken, maar blijkt het bij nader onderzoek om een liquidatie in het criminele circuit te gaan, om een conflict over geld, een eenmansactie met gekwetste persoonlijke trots als motief of psychische problemen. Het is sowieso niet makkelijk om zekerheid te verkrijgen over het motief voor welke moord dan ook als de verdachte daar niets over los laat of erover liegt. En het eerste wat Nederlandse advocaten tegen een verdachte van een eermoord zeggen, is: 'Niet over eer beginnen!' Sommige rechters hebben namelijk de neiging de straf te verhogen wanneer ze denken dat het een eermoord is.
Daarom is ook de roep om eerwraak 'strenger te bestraffen', zo'n loze kreet. Hoe ga je onomstotelijk bewijzen wat het motief is voor een moord? En afgezien daarvan: hoe ga je in de wet vastleggen dat de ene moord ernstiger is dan de andere moord? Moord is toch moord? Je kunt je zelfs afvragen of het motief van een lustmoordenaar niet afkeurenswaardiger is dan het motief van een Turkse jongen die onder druk stond om met geweld een probleem op te lossen dat door zijn hele familie als onhoudbaar werd gezien. Maar wie dit zegt, wordt steevast verweten dat hij een afgrijselijke misdaad probeert te vergoelijken.
Loze kreet
Na elke eermoord gedraagt de politiek zich paniekerig en klinkt de roep om een 'hardere aanpak'. Maar als iemand bereid is voor de familie-eer zo ver te gaan dat hij een familielid vermoordt, hoe kan een paar jaar extra in de gevangenis zo'n persoon daarvan dan weerhouden? Dat maakt 'harder aanpakken' een nog lozere kreet.
Wat wel kan, is het publieke debat op een zinvolle manier gaande houden door te weten waarover het gaat, vrouwenrechten onophoudelijk en krachtig aan de orde stellen in migrantenkringen en sociaal-economische kansen creëren. Zodat migrantenmannen op meer kunnen terugvallen dan hun familie-eer als het om hun gevoel van eigenwaarde gaat. En zodat migrantenvrouwen een andere rol in hun familie gaan spelen, omdat ze economisch zelfstandig zijn. Maar ook dat is geen eenvoudige weg, omdat de emancipatie van migrantenvrouwen tot conflict kan leiden met hun vader, broers en mannen, die die ontwikkeling niet kunnen bijbenen.
Eergeweld is een complex probleem, maar voor die complexiteit is geen aandacht.
De gretigheid om misdrijven als eerwraak te bestempelen gaat samen met de behoefte om 'autochtonen' en 'allochtonen' tegenover elkaar te zetten. Maar eergeweld staat niet zo ver van autochtone Nederlanders af als zij zelf denken. Natuurlijk, in Nederland stellen wij meestal geen strenge kuisheidseisen aan onze vrouwelijke familieleden en zullen wij moord nooit legitimeren als een oplossing voor een probleem.
Maar de essentie van eergeweld, namelijk de paniek en agressie die bij mannen ontstaat wanneer zij zich aangetast voelen in hun eer, is wel degelijk bekend. Het gebeurt regelmatig dat Nederlandse mannen hun ex-vrouwen of zelfs hun kinderen vermoorden, vanuit de woede en de diepe ontreddering die is ontstaan uit een gedeukt eergevoel.
Dan worden alleen heel andere woorden gebruikt, zoals crime passionnel of familiedrama. Die termen suggereren dat de dader eigenlijk niet echt schuldig is. De term crime passionnel duidt er op dat de dader overweldigd was door de passie die hij voelde voor zijn ex-geliefde. En de term familiedrama suggereert dat de dader een willoze pion is in een drama waarvan hij niet de regisseur is.
Maar wanneer een Marokkaanse moeder haar dochter neersteekt, dan is het sowieso eerwraak, wat suggereert dat zij bij haar volle verstand actief uit was op wraak.
Er is veel veranderd, tussen 1999 en 2013. Er is nu sprake van hevige verontwaardiging over eergeweld. Maar er is ook iets heel erg hetzelfde gebleven: er is weinig wezenlijke belangstelling voor het probleem. De desinteresse is gebleven. Indertijd uitte die zich in het verwijt dat te veel aandacht voor eerwraak stigmatiserend voor buitenlanders is. Daarmee werd het probleem onder het tapijt geveegd. Tegenwoordig uit die desinteresse zich in het roepen van 'eerwraak' lang voordat er voldoende bekend is om zo'n conclusie te trekken.
In beide gevallen zegt het vooral iets over de manier waarop naar migranten wordt gekeken. Als mensen die wezenlijk anders zijn dan wij. Anders en onbeschaafder. 'Eerwraak!' roepen, is een zelffelicitatie geworden, je kunt ermee vieren dat jouw cultuur boven die van anderen staat.
Renate van der Zee (1961) is journaliste en schrijfster. Ze schreef in 2006 het boek Eerwraak in Nederland. Onlangs verscheen Bitter avontuur over moderne slavernij.