Opinie
Zeg ja tegen associatieverdrag, ook al doet Brinkhorst dat ook
Een referendum over de vraag of de EU federaal moet zijn of juist niet, dát was pas zinnig geweest.
Bij het referendum over de Europese grondwet in 2005 kon de burger voor het eerst meebeslissen over de toekomst van Europa. Voor wie (zoals ik) de moeite nam de grondwet te lezen, draaide de exercitie echter uit op frustratie. Er was in de grondwet geen enkele aanwijzing te vinden waar de Europese Unie heen zou gaan. De EU-grondwet sprong heen en weer van een federaal uitgangspunt naar autonomie van lidstaten. Op veel beleidsterreinen kreeg de EU meer bevoegdheden, maar tegelijk werd voorzien in procedures die de nationale parlementen de mogelijkheid gaven ongunstige gevolgen van Europees beleid te blokkeren. En omgekeerd.
De elite dacht daar natuurlijk anders over, zoals D66-prominent en toenmalig minister van Economische Zaken Laurens-Jan Brinkhorst. Volgens hem konden burgers niet goed oordelen over zoiets moeilijks als Europese onderwerpen. Dat kon beter aan politici overgelaten worden. Of hij zelf de grondwet wel zo goed begreep kan betwijfeld worden. Beroemd is zijn uitspraak dat het licht uit zou gaan als de Europese grondwet zou worden verworpen. Hij dacht kennelijk dat de grondwet een bouwpakket voor Europese elektriciteitscentrales was. Hoe dan ook, zijn uitspraken waren voor velen al voldoen-de om zich tegen de grondwet (en dus tegen elitaire politici als Brinkhorst) uit te spreken.
Zowel de Franse als de Nederlandse bevolking zei Nee tegen de grondwet. De Europese leiders maakten er vervolgens een verdrag van, het verdrag van Lissabon. Alle ongerijmdheden uit de grondwet bleven in stand. Zodra een crisis optreedt, staat niet vast of het probleem op Europees niveau (en, zo ja, door welke instantie) kan of moet worden opgelost, of dat de lidstaten zelf beslissingen kunnen nemen, al dan niet in afwijking van EU-regelingen.
Tekenen van onwil
Dat gold voor de banken- en schuldencrisis en het geldt ook voor de huidige vluchtelingencrisis. De onduidelijkheid duurt steeds zo lang voort tot het probleem alleen nog maar met paardenmiddelen kan worden opgelost. Als reactie op de vluchtelingencrisis beginnen landen eigenmachtig hun grenzen te sluiten en zijn alle afspraken op Europees niveau over asielbeleid waardeloos geworden. Het paardenmiddel is hier de veerboot van Diederik Samson die in de EU aangekomen vluchtelingen terugvaart naar Turkije.
Met zoveel tekenen van onwil om duidelijke keuzen te maken met onbestuurbaarheid als gevolg, zou je willen dat er alsnog een referendum komt waarin EU- (en dus ook Nederlandse) burgers een duidelijke keuze krijgen voorgelegd over wat we nu willen met de EU. Willen we naar een federatieve, op democratische beginselen gebaseerde staat, met een sterk centraal gezag dat in staat is crises het hoofd te bieden? Of willen we naar een EU waarin de lidstaten autonoom blijven (of opnieuw worden) op alle belangrijke terreinen van het maatschappelijk leven?
Thierry Baudet, jurist en publicist, zou waarschijnlijk ook wel zo'n referendum willen, maar heeft geen idee hoe dat voor elkaar te krijgen. Ik zou het ook niet weten, maar ik zou niet in plaats daarvan een referendum over het associatieverdrag met Oekraïne gaan voorstellen, zoals hij doet. Dat is in de EU momenteel wel de minste prioriteit.
Eén risico voor de Ja-groep
De EU heeft associatieverdragen met zo'n twintig landen en voor de meeste daarvan geldt dat de kans op een toetreding tot de EU nul is. Dat geldt zeker voor Syrië (!!) en ook voor Oekraïne, maar Baudet c.s. willen ons het tegendeel doen geloven.
Door het associatieverdrag met Oekraïne te verwerpen, blijven wij volgens Baudet c.s. bevriend met Rusland en zullen de Russen ook nooit meer onze burgers uit de lucht schieten. Zou het? De Russen waren tegen ingrijpen van de VN in de burgeroorlog in Syrië, maar helpen nu doodleuk dictator Assad om zijn eigen bevolking een kopje kleiner te maken, of het volk onze kant op te drijven. Hoe weten Baudet c.s. zeker dat als we tegemoet komen aan de verlangens van de Russen, dat toch niet een soort peace for our time-houding blijkt te zijn en Rusland gewoon doorgaat met zijn machtspolitiek?
Kortom, hoewel het Baudet-referendum afleidt van de echte problemen waarmee de EU kampt (en dus zonde van de tijd is), kunnen we met een gerust hart Ja zeggen tegen het associatieverdrag met Oekraïne. Er is echter één risico voor de Ja-groep, namelijk dat Laurens-Jan Brinkhorst zich in de discussie gaat mengen. Hij heeft de eerste laatdunkende opmerking over het referendum van Baudet al gemaakt. Laat hij alsjeblieft van zijn pensioen blijven genieten en zijn mond houden over het associatieverdrag met Oekraïne.
Harrie Verbon is hoogleraar openbare financiën aan de Universiteit van Tilburg.