ColumnDaniela Hooghiemstra

Van het culturele narcisme was Joost Zwagerman de tragische pionier

null Beeld
Daniela Hooghiemstra

Schrijver Özcan Akyol is bijna elke dag op televisie, soms zelfs op twee zenders tegelijk. Aan de hand van interviews wijst hij op het belang van ‘dwarsdenken’. Sinds de coronacrisis ben ik over het heil daarvan anders gaan denken – gewoon naar de bevoegde instanties luisteren kan zo nu en dan geen kwaad – en bovendien valt het met de ‘dwarsheid’ van de bekende Nederlanders die Akyol interviewt wel mee. Youp van ’t Hek, bijvoorbeeld, vertolkt juist de gedachten van veel Nederlanders, vandaar ook zijn succes.

De schrijfster Stella Bergsma had voor het culturele debat in de afgelopen Boekenweek ook een suggestie. Zij riep vrouwen op ‘gevaarlijker’ te zijn. Ook over gevaar ben ik sinds de coronacrisis anders gaan denken, maar Bergsma bedoelde volgens mij vooral dat vrouwen schaamtelozer de aandacht moeten trekken, voor wat dan ook.

Bij mijn weten heeft de cultus rond personen, mannen of vrouwen, nog nooit iets positiefs opgeleverd. Integendeel: mensen en culturen bezwijken er vaak onder. Hoe ver van huis je kunt raken door persoonlijke bewieroking, beschrijft Arielle Veerman in haar pas verschenen boek De langste adem, over haar ex-man, schrijver Joost Zwagerman. Als hij in 2015 geen einde aan zijn leven gemaakt had, zou hij vast ook door Akyol zijn geïnterviewd. Veerman beschrijft hoe zij en haar drie kinderen sluipenderwijs onderdeel werden van het door hem opgetrokken publieke superego. Aangemoedigd door zijn omgeving werd dat steeds groter, tot het gedrocht uiteindelijk hemzelf eronder kreeg.

Nog sterker dan de drang om iets te maken, was Zwagermans wens in de ogen van de wereld iemand te zíjn. Hij werd schrijver in een tijd dat marketing die droom voor het eerst hielp waarmaken. Het middel – de aandacht vestigen op kunst – veranderde in de loop van de jaren tachtig in het doel ervan. Niet het werk, maar de maker stond daarbij centraal. Alles had Zwagerman ervoor over om gezien te worden. Dankzij ­moderne media werden de mogelijkheden daartoe steeds onbegrensder, tot het punt waarop tegenwoordig het beoefenen van een kunst niet eens meer nodig is om bekend te worden.

Zwagerman, wiens talent voor ­bekendheid uitsteeg boven dat voor de literatuur, was hierin een pionier. Door criticus Maarten Doorman werd zijn oeuvre, op zijn 40ste, groots gevierd met jubileumuitgaven en een bundel, ooit getypeerd als ‘het vacuüm van Zwagerman’. Omdat Zwagerman intelligent was, had hij dit tekort vermoedelijk zelf in de ­gaten. Uit de kloof tussen het gebrek en de overvloed rees zijn boze, onverzadigbare tweede ik op, een nietsontziend, hongerig ­monster.

Daaromheen wordt een beschermend, kunstmatig ego gebouwd, dat zichzelf steeds verder opblaast. Veerman beschrijft hoe gewillig de omgeving Zwagerman daarbij van dienst was. Schrijven deed hij steeds minder, des te vaker zat hij bij tv-programma De Wereld Draait Door. Steeds harder en sneller pratend.

Veerman, opgevoed door een moeder die zich altijd voor alles excuseerde, cijferde zichzelf weg voor het superego, tot zij als facilitaire dienst van de onverzadigbare niet meer verder kon en de relatie verbrak.

Gekrenkt liet Zwagerman het monster nu op haar los. Hij belaagde de moeder van zijn kinderen met duizenden boosaardige e-mails en stelde een ‘stappenplan’ op om haar ‘kapot’ te maken. Terwijl hij psychisch intussen ernstig ziek was, bleef hij tot het laatst de stralende zon waaraan anderen zich warmden. Tot hij geen andere weg zag dan aan de vertoning zelf een einde te maken. Ook daarna hadden sommigen er nog niet genoeg van.

‘Vriend’ en psychiater Bram Bakker wentelde zich in het postume schijnsel, door in een met close-ups van hemzelf geïllustreerd interview in de Volkskrant de ins en outs van Zwagermans tragische dood uit de doeken te doen. Uit de school klappen over een ­gesneefd huwelijk, zoals Veerman doet, is ook niet chic. Maar al schrijvend weet ze Zwagerman tot zijn aardse proporties terug brengen en zo weet ze de mens te scheiden van het monster dat zijn eigen strop ophing. Die ontrafeling rechtvaardigt in mijn ogen haar indiscretie. Waan en werkelijkheid staan weer quitte.

Daniela Hooghiemstra is journalist en historicus

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden