Opinie

Opinie: Voor Orbán is de oorlog in Oekraïne een uitdagende balanceeract

De Hongaarse premier speelt een opmerkelijk dubbelspel. Hij spreekt zich uit tegen het conflict, maar doet niks tegen de pro-Russische desinformatie in de Hongaarse media.

Marius Dragomir
Aanhangers van de Hongaarse oppositiekandidaat Peter Marki-Zay houden een protestbord omhoog waarop de gezichten van de Hongaarse premier Orbán en de Russische president Poetin zijn te zien. 
  Beeld Getty Images
Aanhangers van de Hongaarse oppositiekandidaat Peter Marki-Zay houden een protestbord omhoog waarop de gezichten van de Hongaarse premier Orbán en de Russische president Poetin zijn te zien.Beeld Getty Images

Het Oekraïense volk en de Oekraïense cultuur bestaan niet en Oekraïne zou kunnen worden verdeeld tussen Rusland en ‘bepaalde Navo-lidstaten,’ zei een ‘deskundige’ tijdens een programma dat in de nasleep van de Russische invasie werd uitgezonden op Pesti TV, een particuliere televisiezender in Hongarije.

Hij bleek echter een fotograaf en militair ingenieur te zijn in plaats van een deskundige op het gebied van geopolitieke kwesties. Maar op Pesti TV, een televisiezender die fors wordt gesubsidieerd door de Hongaarse regering om zich lovend uit te spreken over de regerende Fidesz-partij en diens leider premier Viktor Orbán, is dergelijke propaganda aan de orde van de dag. Sinds het begin van de invasie van Oekraïne heeft de zender in duizelingwekkend tempo Russische desinformatie verspreid.

Maar Pesti TV is niet de enige. Vergelijkbare verslaggeving, waarin de rechten van de Oekraïners op hun land in twijfel worden getrokken en de Russische agressie openlijk wordt aangeprezen, wordt onophoudelijk verspreid door de regeringsgezinde Hongaarse media, een dominante factor in het medialandschap van Hongarije.

Capitulatie Zelenski

Sinds de uitbraak van de oorlog heeft de staatsomroep MTVA het publiek tegen Oekraïne opgezet, volgens een analyse van Atlatszo, een onafhankelijke nieuwszender. Balázs Németh, een presentator van MTVA, opperde vorige maand in een Facebookbericht dat de capitulatie en het aftreden van de Oekraïense president Volodimir Zelenski een wijs besluit zou zijn.

Als reactie hierop hebben mediadeskundigen de Hongaarse toezichthouder voor de media, de National Media and Infocommunications Authority (NMHH), opgeroepen om de staatsmedia een verbod op het uitzenden van pro-Russische propaganda op te leggen. Maar aangezien dit toezichthoudend orgaan zich grotendeels achter Fidesz schaart, gebeurde er niets.

De stortvloed aan propaganda van de regeringsgezinde media in Hongarije staat haaks op de door de Hongaarse regering verkondigde ondersteuning van de sancties tegen Rusland. Waarom zou Orbán dit dubbelspel spelen: zich in zijn openbare toespraken uitspreken tegen de oorlog en tegelijkertijd zijn media opdragen om Rusland te prijzen en leugens te verkondigen?

Het antwoord lijkt tweeledig: verkiezingswinst en Orbáns grote bewondering voor Poetin.

Verkiezingen

Laten we eerst naar de verkiezingen kijken. Door zich uit te spreken tegen de Russische aanval op Oekraïne, probeert Orbán het deel van de kiezers die verdere escalatie van het conflict vrezen te sussen. Het stelt ook zijn Europese collega’s tevreden, die hun bezorgdheid hebben geuit over de oostwaartse tendens in zijn buitenlandse beleid. Tevens schildert dit hem af als vredelievend leider.

Tegelijkertijd is de oorlog in Oekraïne snel door Fidesz aangrepen als een uitstekende pr-kans ter voorbereiding op de Hongaarse verkiezingen die op 3 april plaatsvinden. Bijna alle MTVA-nieuwsprogramma’s hebben de afgelopen weken gemeld dat oppositieleden troepen en wapens naar Oekraïne willen sturen, een idee dat door de meerderheid van de Hongaren wordt verafschuwd. De oppositiepartijen hebben dit echter nooit beweerd. Het was laster, bedoeld om hen in diskrediet te brengen.

De pro-Kremlincampagne van de door Fidesz beheerste media is, in tegenstelling tot de rol van andere mainstreammedia binnen de EU, hoofdzakelijk bedoeld om stemmen te winnen voor de aankomende verkiezingen in Hongarije. Dit sijpelt door naar het electoraat. Het is dan ook niet verwonderlijk dat, in een recente enquête van Pulzus Research, een kwart van Orbáns aanhangers de Russische invasie als een ‘gerechtvaardigde oorlog’ bestempelde. Orbán en zijn partij kunnen het zich niet veroorloven om deze kiezers minder dan een maand voor de verkiezingsdag van zich te vervreemden, wat het verlies van hun meerderheid zou kunnen betekenen.

Loyaliteit aan Poetin

Maar er is nog een andere, principiële reden voor de pro-Kremlinpropaganda in de door Fidesz gesteunde media: Orbáns loyaliteit aan Poetin.

Bijna een decennium lang, met name nadat hij opnieuw aan de macht kwam na de verkiezingen van 2010, heeft Orbán een innige vriendschap opgebouwd met het Kremlin en zijn leider. In 2014 schonk de Hongaarse regering 12,5 miljard euro aan het Russische Rosatom om de enige kerncentrale in Hongarije te renoveren. Rusland beloofde een lening van 10 miljard euro voor de uitvoering van het project (dat intussen door de EU is geblokkeerd).

Orbán heeft Rusland herhaaldelijk geprezen om zijn succesvolle ‘illiberale’ samenleving en heeft zich stelselmatig bij Poetin aangesloten om de Europese Unie en de Navo te bekritiseren. Het door Orbán ontwikkelde model voor de verovering van de media, dat Poetins voorbeeld volgt, heeft ertoe geleid dat aan Fidesz gelieerde bedrijven vrijwel het hele medialandschap in handen hebben.

Uit een recent onderzoek van Direkt36, een Hongaarse mediaorganisatie, blijkt hoe het communicatieteam van de minister-president de nieuwsstroom strak in de hand houdt. Het rapport, dat is gebaseerd op uitgelekte documenten, beschrijft hoe de regering de staatsomroep MTI gebruikt om de media-agenda in Hongarije te bepalen.

De oorlog in Oekraïne vormt een zware beproeving voor Orbán, die alles op alles zet om zijn herverkiezing te waarborgen zonder de Hongaarse anti-oorlogsstemmers af te schrikken of het Kremlin voor het hoofd te stoten. In een tijd waarin de meeste rechts georiënteerde regeringsleiders in Europa zich van Poetin distantiëren, probeert Orbán een uitdagende balanceeract uit te voeren.

Marius Dragomir is directeur van het Center for Media, Data and Society (CMDS) en gasthoogleraar aan de Central European University (CEU) in Boedapest.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden