Opinie
Opinie op Zondag - Tips en wenken voor de moderne neanderthaler
Prikkelende opinies op een dag dat u er tijd voor heeft: de Volkskrant presenteert elke zondag twee bijdragen van een vaste club van acht auteurs. Vanochtend regisseur Beri Shalmashi, nu is het de beurt aan historicus Arnout Brouwers.
Ergens tussen de vele etappes van de Franse verkiezingen is de opinievermoeidheid toegeslagen. Letterlijk. Populisme is inmiddels een inhoudsloos containerbegrip. Alles is al gezegd. Alles is al bekend. De situatie is duidelijk, de toekomst onzeker. De EU gaat de mondialisering temmen en Ajax zit in de finale.
Kortom, alles staat op zijn kop. Maar met zulke inzichten trek je geen lezers, of kijkers. Waarover moet het dan wel gaan? Moeilijk, zeker omdat ironie vaak al niet meer begrepen wordt. En zelfs met zelfspot loop je tegenwoordig al gevaar.
Moderne neandertaler
Identiteitspolitiek dan maar eens? Als blank jongetje opgevoed aan een louter zwarte, Afrikaanse kleuterschool, en later geschoold aan Smith College, bolwerk van Amerikaans feminisme en voorloper inzake identiteitspolitiek, voel ik me soms een beetje onwennig in de Nederlandse variant van dat debat. Niet het Oedipus- maar het Obelix-complex: als kind in de ketel met toverdrank gevallen, sorry de knorrie.
Dus ja: genetisch en erfelijk belast met een verkeerde huidskleur, een verkeerde geschiedenis en een verkeerde sekse. Niettemin: veel vrienden aan overgehouden, want als je als moderne neanderthaler enige blijk van nederigheid, introspectie en begrip geeft voor de kwesties van deze tijd - en de perspectieven van andere mensen - kom je al een heel eind.
Dit principe bewees zich onlangs weer eens in omgekeerde vorm toen meer dan honderd vrouwelijke collega's in actie kwamen tegen de schandelijke manier waarop GeenStijl een kritisch artikel van Loes Reijmer aanpakte: namelijk, door publicatie van een open uitnodiging aan de lezer, vergezeld van haar foto, om zijn seksuele fantasieën op haar bot te vieren. Niet grappig, geen satire. Gewoon pure intimidatie. En onverdedigbaar, punt.
Na publicatie ervan gebeurde iets bijzonders: het werd het Weekend van de Huilende Macho. De bullies van het GeenStijl-schoolplein transformeerden voor onze ogen in een stelletje dreinende huilebalken die om hun moeder riepen. Vergezeld van een paar columnisten die graag de islam hekelen omdat die de vrouwenrechten aantast, maar in een vrouwenprotest tegen seksuele intimidatie de ondergang van de vrijheid herkennen. Proost, heren, neem er vooral nog eentje.
Mensjewieken tegen bolsjewieken
Overigens werden de protesterende vrouwelijke collega's ook nog, in een intrigerende subplot, onder vuur genomen uit vrouwelijke minderhedenhoek: waarom nu pas actie, nu een van 'jullie' geraakt wordt? En: het is een (wit?) privilege als je je zo druk kunt maken om seksisme.
Wat een teksten. Maar hoe herkenbaar voor eenieder die iets van de geschiedenis weet. In identiteitsdebatten kun je alleen overleven als je zuiverder op de graad bent, en rechtlijniger dan al je medestrijders. Wie met nuances komt gaat ten onder. Het is de mensjewieken tegen de bolsjewieken. En in gezelschap van maoïsten wordt ook de simpele marxist al snel verdacht.
Identiteitspolitiek is voor de gewone sterveling een zompig moeras vol krokodillen. Wie er in verstrikt raakt, komt er niet meer uit. Er gelden keiharde mores, het is pure 'survival of the fittest'. Onderlinge afrekeningen in het identiteitsmilieu zijn aan de orde van de dag. 'Kun jij als witte man wel mensen interviewen over hun afkomst?' 'Hoe bedoel je "witte man", telt mijn joodse afkomst soms niet meer mee?' En zo voorts en zo verder. Hilarisch allemaal, als het niet serieus bedoeld was.
Bert Wagendorp vroeg zich laatst af waar hij als witte man nog over kan schrijven. Ironisch bedoeld wellicht, maar het is waar dat sommige deelnemers aan het publieke debat iedereen op grond van etniciteit, sekse en seksuele geaardheid in afgescheiden hokken lijken te plaatsen om ze af te kunnen rekenen op hun genetische materiaal. Dat is kwalijk - en heeft weinig te maken met de humanistische traditie waar we in deze contreien trots op mogen zijn.
Aan de andere kant: voordat je een Nederlander ertoe krijgt een kritische blik in de spiegel te werpen, moet er ook heel wat gebeuren. Daar gaat, als historische kwesties in het geding zijn, ook wel eens een generatie of eeuw overheen.
Magisch trio
Dus wat te doen? Wat is het recept van de toverdrank?
Dat is helaas geheim, maar laat dit het moment zijn waarop u, ongeacht uw achtergrond en met behoud van gezond verstand, het magische trio uit de achterzak tovert: nederigheid, introspectie en begrip. Want ook al overschreeuwen sommige deelnemers aan identiteitsdebatten zich, die debatten moeten wél gevoerd worden. En als ze schuren en wrijven, bedenk dan: zo zijn ze ook bedoeld. En ja, politieke correctheid leidt tot bizarre excessen, vooral in de academische wereld, maar tóch is het belangrijk hoe we elkaar benoemen.
Dat inzicht is, op elementair niveau, in Amerika wel ingedaald maar hier niet. We zijn een schreeuwdemocratie geworden, wat de behoefte aan echte dialoog slechts vergroot: erkennen dat de wereld complex is, en divers - en je nieuwsgierigheid om iets te leren groter laten zijn dan je behoefte om te oordelen.
Zullen we om te beginnen naast de Max Havelaar ook De Tolk van Java verplicht stellen aan de middelbare school? Dat moet toch tot een aardig klassikaal debat kunnen leiden.
Arnout Brouwers (1966) is historicus en journalist. Hij studeerde Amerikanistiek in Northampton, veiligheidsstudies in Boston en was van 2006 tot 2013 correspondent voor de Volkskrant in Moskou.