COLUMNSander Schimmelpenninck
Op safe spelen was nog nooit zo onveilig
Het is rustig op Hvar, het Kroatische eiland waar ik regelmatig kom. De haven is leeg en de meerderheid van de restaurants nog dicht, sommige gaan deze zomer helemaal niet meer open. De Kroaten, toch al zwaarmoedig, zien corona als de zoveelste geseling; hoofdstad Zagreb kreeg in maart ook nog eens een aardbeving te verduren. De Kroaten hadden welgeteld 107 coronadoden, maar de helft van hun economie is zo’n beetje ingestort. Niet vreemd dat corona als het grootste schot in eigen voet aller tijden wordt gevoeld.
Toerisme heeft niet voor niets een slechte naam; het is vervuilend, niet zelden stompzinnig en kan steden verpesten. Corona zal het toerisme blijvend veranderen, en landen als Kroatië zouden moeten beseffen dat hun afhankelijkheid van toerisme onverstandig is. Maar toerisme is meer dan de malloterie van meisjes die naar Bali vliegen om foto’s te maken van hun ontbijt. Het is ook de beste herverdeling die er is: rijke Noord-Europeanen transfereren geheel vrijwillig elke zomer flinke bedragen aan armere Zuid-Europeanen. Daar kan geen eurobond tegen op.
De meeste mensen durven alleen nog niet. Vanwege corona, maar ook vanwege de angst veroordeeld te worden door bemoeizuchtige vingerwapperaars. Nu Europa langzaam weer open gaat, blijkt hoezeer de angstzaaijerij en massahysterie zijn sporen heeft nagelaten. Wie al uit eten is geweest zal het herkennen: het mag weer, maar de ziel is eruit. De willekeur van pompjes en anderhalvemeterongemak, gehandhaafd door lui die opeens de Franse treinconducteur in zichzelf ontdekken; er is geen lol aan. Schijnveiligheid levert vooral schijnheiligheid op.
De Europese regeringen willen op safe spelen, veiligheid boven alles. De vraag is echter hoe die veiligheid wordt gedefinieerd. Schimmige coronawetten die burgerlijke vrijheden beperken, suggereren dat corona zo’n beetje het enige gevaar is dat de mensheid bedreigt, terwijl dat evidente onzin is. De invloed van maatregelen op het verloop van de pandemie wordt consequent overschat, terwijl de negatieve gevolgen van diezelfde maatregelen structureel worden onderschat.
Corona ontpopt zich vooral tot een mentale gezondheidscrisis, waarbij risico’s consequent verkeerd worden ingeschat. De begrijpelijke voorzichtigheid van de overheid wordt nu gevolgd door een onbegrijpelijke voorzichtigheid bij burgers en bedrijven. Vele bedrijven laten hun werknemers, dikwijls vrijwel uitsluitend jonge mensen, niet of sporadisch, volgens een ingewikkeld spoorboekje, terugkeren naar kantoor. Een drama; waar sommige bedrijven en werknemers de definitieve doorbraak van het thuiswerken vieren, is het voor bijvoorbeeld creatievelingen een ramp.
Een werkelijk zakelijke afweging van risico’s vraagt om differentiatie op leeftijd, hoe vervelend ook. De kans op ernstige ziekte door corona bij jonge mensen is sowieso nagenoeg nul, de curve is vlak en een tweede golf is ongewis. Daar staat tegenover dat na drie maanden corona de wél reeële risico’s van stress, privé-ellende, lethargie, depressie en angst voor de toekomst bij velen al lang zijn verwezenlijkt. Los van de economische schade en kwaliteitsuitholling van het product; een bedrijf dat jonge mensen thuishoudt terwijl de overheid dat niet verplicht, speelt niet op safe, maar neemt een onverantwoord risico met haar eigen mensen.
Hoe logisch het ook klinkt om veiligheid voor alles te roepen, het is waanzin om het begrip veiligheid te beperken tot het simpele niet-krijgen van corona. Het meest angstaanjagend van drie maanden corona is hoezeer de mentaliteit van de massa is aangetast. Een land van liberale wildplassers is opeens roomser dan de Paus en voelt zich daar nog dapper over ook. Het plezier in het ontzeggen van andermans plezier spat er bij sommigen vanaf. Maar waarom is snijden in gezond vlees veilig? Welke risicoafweging rechtvaardigt het nog langer ophokken en beteugelen van jonge mensen?
De ratio achter de veiligste weg is een laffe, dan kan niemand je achteraf iets kwalijk nemen. Maar toch, wanneer we niet heel snel weer normaal gaan doen en mensen weer hun eigen verantwoordelijkheid laten nemen, kan dat in dit geval weleens anders uitpakken. Want het zekere voor het onzekere nemen klinkt logisch, totdat het zekere aantoonbaar schadelijker is.
Sander Schimmelpenninck is journalist en ondernemer