OpinieOnderwijs

Middenschooldebat kan wel wat feiten gebruiken

Veel mensen geloven niet dat uitstel van school­keuze tot 15 jaar gunstig is. Onderzoek leert anders. Louise Elffers en Thijs Bol houden de meest gehoorde argumenten tegen het licht.

Louise Elffers en Thijs Bol
Leerlingen op een open schoolgemeenschap, waar kinderen van alle niveaus en achtergronden de eerste twee jaar bij elkaar in de klas zitten. Beeld Rebecca Fertinel
Leerlingen op een open schoolgemeenschap, waar kinderen van alle niveaus en achtergronden de eerste twee jaar bij elkaar in de klas zitten.Beeld Rebecca Fertinel

Een brede onderwijscoalitie stelt voor de niveauselectie van leerlingen uit te stellen van 12 naar 15 jaar. Het plan stuit in Nederland opnieuw op weerstand. Helaas geven veel van de tegenargumenten een onjuiste weergave van de huidige situatie of van het voorgestelde alternatief. Daarom een rijtje feiten die aantonen dat de meest gebruikte argumenten tegen latere selectie onterecht zijn. Onze oproep: voer de discussie op ­basis van feiten.

‘Niveauverschillen maken vroege selectie noodzakelijk’

De niveauverschillen tussen vmbo, havo en vwo zijn veel kleiner dan vaak wordt gedacht. De overlap van de prestatieniveaus van vmbo-, havo- en vwo-leerlingen is te groot om de vroege en rigoureuze scheiding te rechtvaardigen. Vroege selectie vergroot bovendien niveauverschillen die er aanvankelijk niet zijn. Bij een gelijk prestatieniveau worden leerlingen uit verschillende sociale milieus ongelijk geselecteerd, waarna hun prestaties steeds verder uit elkaar gaan lopen. Door uitstel van selectie neemt deze ongelijkheid af.

‘Vroege selectie werkt beter dan late selectie’

Vroege selectie leidt niet tot betere leerprestaties, maar wel tot grotere ongelijkheid in schoolprestaties tussen leerlingen uit verschillende sociale milieus. In landen die ertoe overgingen hun leerlingen later te selecteren, waaronder Polen, Zweden en Finland, nam de kansenongelijkheid af zonder dat dit ten koste ging van de leerprestaties van leerlingen. In ­enkele gevallen namen de prestaties gemiddeld genomen zelfs toe.

‘Uitstel van selectie betekent nog drie jaar langer eenheidsworst’

Het grootste misverstand over uitstel van selectie tot 15 jaar is dat leerlingen tot die tijd allemaal hetzelfde onderwijs volgen. Het voorstel behelst juist meer gepersonaliseerde leer­routes, waarin ruimte is voor leerlingen om te versnellen, verdiepen, verbreden of vertragen naar gelang hun ambitie en potentie. Het uitstel ­betreft enkel de keuze voor het ­definitieve uitstroomprofiel.

‘Bepaalde leerlingen hebben baat bij vroege selectie’

Sommige leerlingen bloeien op wanneer ze in het voortgezet onderwijs meer uitdaging krijgen en onderwijs volgen met leerlingen voor wie hetzelfde geldt. Andere leerlingen hebben juist baat bij een rustiger tempo en meer begeleiding. Beide groepen moeten op hun eigen niveau kunnen leren. Dat betekent niet dat dat niveau met 12 jaar in beton moet worden gegoten. Door uitstel van selectie kan de ene leerling tussentijds een stapje hoger of lager zetten, waar de andere leerling de hele onderbouw op hetzelfde niveau blijft werken. Vroege selectie is geen voorwaarde om onderwijs op maat te bieden.

‘Stelselwijzigingen mislukken toch altijd’

Na enkele onsuccesvolle hervormingen bestaat er weerzin tegen stelselwijzigingen. Dit voorstel verschilt echter op twee ­belangrijke punten van eerdere hervormingen.

Het gaat niet om een politiek plan dat vanuit Den Haag over alle sectoren, scholen, leraren en leerlingen wordt uitgestort, maar om een initiatief van deze partijen zelf. En het vereist niet dat het hele stelsel op de schop gaat. Sommige scholen werken bijvoorbeeld al met uitgestelde selectie, binnen het huidige stelsel.

‘Het huidige systeem werkt goed, want ikzelf/mijn zoon/dochter. . .’

Individuele ervaringen bieden geen zicht op de voor- en nadelen van vroege selectie voor allerlei groepen leerlingen. Economisch, onderwijskundig en sociologisch onderzoek biedt dat wel en is eensgezind: door latere selectie neemt de kansenongelijkheid af, zonder dat dit ten koste gaat van de prestaties. De keuze voor vroege of late selectie dient te worden gebaseerd op systematisch onderzoek en niet op individuele voorkeuren of ervaringen.

Vroeg selecterende onderwijsstelsels hebben hun uiterste houdbaarheidsdatum overschreden. Verschillende landen stelden de selectie met succes uit. Het is tijd ook in Nederland werk te maken van latere selectie. Daarvoor is een serieus gesprek nodig over de mogelijkheden, knelpunten, kansen en randvoorwaarden. Laten we voorkomen dat het voorstel opnieuw in de prullenbak verdwijnt op basis van oneigenlijke argumenten.

Louise Elffers, universitair docent onderwijswetenschappen UvA en lector HvA en Thijs Bol, universitair hoofddocent sociologie UvA.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden