Opinie

Koester je wetenschappelijke talenten, niet alleen de top

De benarde situatie van postdoctorale onderzoekers in Nederland verdient veel meer aandacht, betogen Inge van der Weijden en Christine Teelken.

Christine Teelken en Inge van der Weijden
Minister Jet Bussemaker bij de opening van het academisch jaar in de Domkerk. Beeld anp
Minister Jet Bussemaker bij de opening van het academisch jaar in de Domkerk.Beeld anp

Hoogleraar Scheidingstechnologie Maaike Kroon mag in Abu Dhabi haar eigen opleiding voor promovendi gaan opzetten. Fijn voor Kroon en 'een gevoelige knauw voor de Technische Universiteit Eindhoven', waarna andere betrokkenen hun zorg uitspreken over het mogelijke vertrek van toptalenten ("Wetenschap vreest uittocht toptalent naar het buitenland").

De luxe die Kroon heeft, het kunnen kiezen uit twee of meer interessante banen met een goed toekomstperspectief, gaat helaas niet op voor de 'rank and file' van het wetenschapsbedrijf. In tegendeel zelfs.

Veel animo, weinig plekken

Ons eigen onderzoek, uitgevoerd aan twee Nederlandse universiteiten, laat zien hoe schrijnend deze situatie is. Wij hebben een vragenlijst uitgezet onder postdoctorale onderzoekers. Dit zijn werknemers die gepromoveerd zijn, vooral onderzoek doen, en een tijdelijke aanstelling hebben. Deze groep werknemers wordt steeds groter, maar is nog weinig zichtbaar in het universitaire en landelijke wetenschapsbeleid. Zij leveren een cruciale bijdrage aan de huidige stand van de wetenschap en maken dat toptalenten kunnen schitteren. Naar schatting 40% van de publicaties in Science heeft een postdoc als eerste auteur.

Onze vragenlijst, uitgezet onder 225 postdoctorale onderzoekers, laat zien dat 85% van hen graag in de wetenschap wil blijven werken, maar dat slechts 3% een vaste aanstelling kreeg aangeboden. Het is steeds gebruikelijker dat postdocs werken in verschillende tijdelijke aanstellingen, soms oplopend tot 10 jaar of langer. Ons onderzoek toont aan dat hoe langer die tijdelijke situatie duurt, hoe kleiner de kans op doorstroom naar een vaste aanstelling is. Deze langdurige onzekere situatie doet afbreuk aan hun arbeidstevredenheid, en maakt het lastig voor postdocs om bijvoorbeeld een huis te kopen of een gezin te stichten. Daarnaast geldt dat er binnen de universiteit weinig aandacht is voor carrière mogelijkheden buiten de wetenschap, en dat het bespreken daarvan als een diskwalificatie kan gelden.

undefined

Meer zichtbaarheid

Andere problemen zijn dat talentbeleid vaak slechts op papier aanwezig is, of zich alleen op de toptalenten richt. Ook is de rol van de directe leidinggevenden (doorgaans een hoogleraar) hierin cruciaal, maar dit maakt de postdocs te afhankelijk van een individuele persoon.

Wij pleiten voor meer zichtbaarheid van de postdoctorale onderzoekers en hun wensen en mogelijkheden, een betere inbedding in het huidige wetenschapsbeleid en een rechtvaardiger verdeling van onderzoeksmiddelen. Interessant voorbeeld hierbij is de Universiteit Gent, die een actief mentorprogramma heeft opgezet voor postdocs, waarbij gekozen kan worden tussen mentoren van binnen of buiten de wetenschap. (Zie ook ons artikel Career satisfaction of postdoctoral researchers in relation to their expectations for the future )

Inge van der Weijden, CWTS, Universiteit Leiden & Christine Teelken, Faculteit Sociale Wetenschappen, VU Amsterdam.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden