Opinie

Hirsi Ali: 'Brandeis smoort de geest van vrijheid waarvoor zij is opgericht'

Ik dacht dat Brandeis me wilde eren voor mijn werk als verdediger van de rechten van vrouwen tegen het misbruik dat zo vaak religieus van oorsprong is, schrijft Ayaan Hirsi Ali.

OPINIE - Ayaan Hirsi Ali.
Ayaan Hirsi Ali, Beeld ap
Ayaan Hirsi Ali,Beeld ap

Dinsdag besloot universiteit Brandeis een eredoctoraat, dat ze mij zou geven bij haar afstudeerplechtigheid, in te trekken. Ik neem afstand van de verklaring van de universiteit dat ik hierover ben geraadpleegd. Ik was juist geschokt toen bestuursvoorzitter Frederick Lawrence mij slechts enkele uren voor de officiële verklaring belde om mij het besluit mede te delen.

Toen Brandeis mij benaderde met het aanbod van een eredoctoraat heb ik dat deels aanvaard vanwege haar indrukwekkende verleden. Ze werd gesticht in 1948, kort na de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust, als niet-sektarische universiteit, toen veel Amerikaanse universiteiten nog strenge toelatingsquota hanteerden voor Joodse studenten.

Ik dacht dat Brandeis me wilde eren voor mijn werk als verdediger van de rechten van vrouwen tegen het misbruik dat zo vaak religieus van oorsprong is. Meer dan een decennium heb ik me uitgesproken tegen vrouwenbesnijdenis, eerwraak en delen van de sharia die het mishandelen van vrouw en kinderen rechtvaardigen. Een deel van mijn werk was het ter discussie stellen van de rol van de islam bij het legitimeren van die praktijken. Ik was dan ook niet verbaasd dat mijn 'gewone' critici, vooral de Council of American-Islamic Relations, protesteerde tegen het eerbetoon aan mij.

Nauwelijks geloofwaardig
Wel verbaasde mij het gedrag van Brandeis. Na maandenlang mijn toespraak tot hun studenten te hebben voorbereid, kondigde ze dinsdag aan dat zij 'sommige van mijn vroegere uitspraken', waarvan zij zich daarvoor niet bewust was geweest, 'niet door de vingers kon zien'. Mijn critici hebben zich echter al heel lang gespecialiseerd in het selectief citeren van mijn uitspraken om een verkeerde voorstelling te geven van mij en mijn werk. Het is nauwelijks geloofwaardig dat Brandeis dit niet wist toen ze mij het eredoctoraat aanbood.

Erger dan de smet op mijn reputatie is dat een instituut dat is opgericht voor religieuze vrijheid, zijn eigen grondslagen zo verraadt. De 'geest van vrije expressie' waarnaar de verklaring van Brandeis verwijst, is gesmoord, aangezien mijn critici hebben weten te voorkomen dat ik de afgestudeerden van 2014 zou toespreken. Brandeis noch mijn critici wisten wat ik zou gaan zeggen. Ze wilden mij alleen het zwijgen opleggen.

Niet tevreden met een publieke verloochening, heeft Brandeis me uitgenodigd 'in de toekomst deel te nemen aan een dialoog over deze belangrijke kwesties'. Maar zij heeft haar deel al gezegd. Ik wens niet 'deel te nemen' aan zo'n eenzijdige dialoog. Mij rest slechts de afgestudeerden van 2014 het beste te wensen en te hopen dat zij betere pleitbezorgers van de vrije expressie en de vrije gedachte zullen worden dan hun alma mater.

Ayaan Hirsi Ali is medewerker van het American Enterprise Institute.

undefined

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden