columnsander schimmelpenninck
Het pro-boerensentiment is een door sociale media aangejaagde uiting van het internationale fascisme
Na romances met de grootste fascistfluencer van Nederland (Thierry Baudet) en Frankrijk (Julien Rochedy), is de pas 25-jarige Eva Vlaardingerbroek nu de verloofde van Will Witt, een populaire ‘conservatieve’ vlogger in Amerika. Nadat Vlaardingerbroek een tijdje voor Forum voor Democratie in Brussel zat, en in Stockholm wat videootjes maakte voor een Youtubekanaal van de Zwedendemocraten, verschijnt ze tegenwoordig af en toe bij de show van Tucker Carlson op Fox News. Zoals afgelopen week, toen ze de kijkers op een stortvloed aan leugens over de stikstofcrisis trakteerde, met als uitsmijter dat Nederland een communistische dictatuur is.
Nu kan het goed dat dit alles u geen bal interesseert en hoewel dat op zich vóór u pleit, wil ik hiermee een belangrijke en angstaanjagende ontwikkeling illustreren: het ontstaan van een internationaal fascisme. Want de ‘carrière’ van Vlaardingerbroek laat zien hoe extreemrechts van lullige Janmaatzaaltjes is gegroeid naar een internationale franchise, met volop uitwisseling en een zekere glamour, voor wie geen last heeft van smaak.
Hoewel extreemrechts zich voortdurend druk maakt over de ‘globalisten’, is er weinig zo snel geglobaliseerd als extreemrechts. De complottheorieën gaan altijd over het World Economic Forum (WEF), zijn verspreid over de hele wereld, en de boosdoeners zijn overal dezelfde Amerikaanse miljardairs en een zekere Duitse meneer Schwab.
Het liberalisme wordt overal anders uitgelegd en ook de sociaal-democratie en christen-democratie hebben in zo’n beetje ieder Europees land hun eigen variant, zo bewijst de Europese fractie van de christen-democraten, waartoe tot 2021 zowel de CDU/CSU van Angela Merkel als het Fidesz van de Hongaarse potentaat Victor Orbán behoorde.
Maar het internationale fascisme is opvallend eenvormig en geglobaliseerd; met wereldwijd dezelfde onderwerpen (migratie, klimaat) en dezelfde trukendoos van misplaatst slachtofferschap, selectief gejammer over de vrijheid van meningsuiting, platitudes over ‘niet gehoord worden’ en aangifteschwalbes bij elke vorm van kritiek.
Onze eigen Tucker Carlson, Wierd Duk, noemde de boeren deze week ‘frontsoldaten in het conflict tussen de grondgebonden somewheres en de welvarende anywheres, die de rest van de samenleving het liefst een veganistische levensstijl willen opdringen’. In de wetenschap dat de nazi’s en de communisten over ‘Heimatlosen’ respectievelijk ‘kosmopolieten’ spraken wanneer ze op de Joden doelden, de zoveelste bedenkelijke hondenfluit van historicus Duk.
Het is bovendien precies andersom. Wie de agressieve borden en spandoeken langs onze snelwegen leest, met verwijzingen naar het WEF en de ‘communistische agenda’ van onze ‘linkse dictatuur’, ziet toch vooral een vergezochte globalistische verklaring voor het toch zeer lokale Nederlandse stikstofprobleem. Het pro-boerensentiment is dus allesbehalve grondgebonden, het is een door sociale media aangejaagde uiting van het internationale fascisme.
Wie denkt dat wat in Amerika gebeurt ver weg is, is naïef. Nederland is het meest Amerikaanse land van Europa: bijna net zo rijk en conservatief, en met een vergelijkbare culturele en intellectuele armoede, die ervoor zorgt dat het vrijheidsbegrip niet verder strekt dan opkomen voor het eigen belang en plat anti-overheidssentiment.
Ook hier is een online ecosysteem ontstaan met een groep redelijk lijkende figuren, die echter allemaal een ordinaire gateway drug zijn naar de echte radicalen. Dat er zoveel vrouwen meedoen, zowel passief als actief, laat de brede aantrekkingskracht zien van dit welvaartsfascisme; de decennialang met aanrechtsubsidies gestimuleerde achterlijkheid wreekt zich nu in de vorm van wellnessrechts.
Ik maak de komende zes weken plaats op deze plek om vakantie te vieren, en te werken aan een boekje onder de werktitel Sander en de Brug, als vervolg op mijn serie Sander en De Kloof. Misschien kom ik in september wat hoopvoller terug, maar ik zou er niet op rekenen.