ColumnPeter de Waard
Hebben truckers alle reden om een potje te grienen?
‘Een eenzaam ras. Harde mannen, trotse mannen, niet te trots om te huilen of een traan te vergieten. De levende belichaming van de Amerikaanse cowboytraditie’, zo werden ze beschreven in de film Convoy uit 1978 met Kris Kristofferson. Een andere Hollywood-kaskraker uit die tijd was Smokey and the Bandit, waarin Burt Reynolds het truckersbestaan beschrijft: ‘Voor het goede Amerikaanse leven. Voor het geld, voor de glorie en voor het plezier. Meestal voor het geld.’
Veertig jaar geleden stond het vak van truckchauffeur bol van de romantiek. Niet alleen in de VS. Henk Wijngaard scoorde in 1978 zijn hit Met de vlam in de pijp, waarbij hij even heldhaftig over de Brennerpas reed als een ice road trucker anno 2018 over een bevroren Canadese rivier met verraderlijke wakken. Daarna volgden de hits Nachtrijders, Kilometervreters en Asfalt rocker. Trucken was de mogelijkheid om te ontsnappen aan een dorre kantoorbaan van negen tot vijf.
Nu doet iedereen een moord voor een negen-tot-vijfbaan. Wie deze zomer langs de Europese snelwegen toert, ziet de samenscholing van truckers op te kleine parkeerplaatsen bij benzinestations, wakend over hun vehikels waarvan de lading kan worden gestolen of waar illegalen in kunnen kruipen.
Het zijn meestal Oost-Europeanen trucks met op de kentekenplaat de P voor Polen, Lt voor Litouwen, Lv voor Letland, Cz voor Tsjechië en H voor Hongarije. Ze houden tot grote ergernis van hun bazen rust vanwege allerlei regels.
De EU zit ermee in haar maag. Volgens de detacheringsrichtlijn vallen werknemers uit EU-landen onder de cao van het land waar ze werkzaam zijn. Maar truck- en toeringchauffeurs werken over het hele continent. En daar zouden Europese richtlijnen voor moeten gelden. Nu doet ieder land maar wat.
Zo is het voor vrachtwagenchauffeurs in België en Frankrijk verboden weekeindes in hun cabine te slapen ze moeten uitrusten in een hotel waardoor veel Oost-Europeanen de rust vlak over de grens in Nederland namen, waar dit tot voor kort wel was toegestaan. Ook moet om de week verplicht een lang weekeinde (45 uur) worden genomen, zodat ze naar huis kunnen.
De transportcommissie van het Europees Parlement, waar ook CDA’er Wim van de Camp deel van uitmaakt, adviseerde deze week de regels voor Oost-Europese truckchauffeurs maar weer te verruimen: overnachten in de cabine mag en een lang weekeinde volgt op drie korte. Een Sociale Commissie met Agnes Jongerius is daar fel tegen - ‘driewerf schande’ zegt ze.
Oost-Europese transporteurs staan lijnrecht tegenover West-Europese. En de Europese ministers die in overleg met het parlement in Straatsburg de knoop moeten doorhakken, zitten met hun handen in het haar. Het is een even grote splijtzwam tussen Oost en West als de euro tussen Noord en Zuid.
De trotse mannen zijn uitgebuite mannen geworden die veel reden hebben om een potje te grienen.