Geen eretitel voor laatste lichting Oranjes
Het Nederlandse koningshuis danst graag op de vulkaan.
Soms is het of ze het erom doen: schandalen veroorzaken om uit te testen hoe het staat met de republikeinse voorkeur in Nederland. De partnerkeuze van de Oranjes lijkt in handen van relbeluste hofnarren. Omstreden, compromitterende kandidaten verdienen de voorkeur. Geen huwelijk passeert zonder ophef en vertier.
Ons koningshuis is spreekwoordelijk een glazen huis, waarin iedereen uit staatsbelang op Koninklijke eieren loopt. Het is van een grote ironie dat dat Huis een meer verloederde indruk wekt dan de gemiddelde vinexwoning in Nederland.
Spelen met vuur
Waarom is er nooit voor een zekerheidje gekozen? Voor een saaie Zweedse prins of voor een duf adellijk meisje uit België? Waarom altijd partners met maximale conflictstofpotentie? En als het dan al een Duitser moet zijn, dan toch niet een overspelige schuinsmarcheerder met internationale zakenambities? Prins Claus bleek een kroonjuweel, maar dat valt lastiger te zeggen van de Spaanse Carlist, de vader van Maxima en Mabel van Oranje. Spelen met vuur lijkt voor de Oranjes een tweede natuur.
Het is alsof het Oranjehuis zich niet realiseert hoe kwetsbaar de monarchie in Nederland is geworden. Hoeveel schandalen kan het nog verdragen? In ‘Hedendaags republicanisme’, het intelligentste stuk dat over de Nederlandse monarchie is geschreven, analyseerde Hendrik Jan Schoo die kwetsbare positie. ‘Een rationele wereld heeft de monarchie van haar funderende metafysica beroofd en gereduceerd tot een holle institutie, zonder geschiedenis en inhoud. De oude drie-eenheid God, Nederland en Oranje is verbroken. Het heersende democratische, egalitaire en seculiere denken is fundamenteel strijdig met idee en beeld van de monarchie, waardoor haar legitimiteit eigenlijk permanent wordt uitgedaagd.’
Gewoonte
Niet dat het republicanisme in opmars is. Iedereen in Nederland is ‘gewoontemonarchist’. Ons koningshuis is er nu eenmaal. Als de Nederlandse monarchie ooit in zwaar weer terechtkomt, dan zal dat geheel door eigen toedoen zijn. Wel kan men zich afvragen of de politieke kosten van al die Oranjeschandalen nog wel op te brengen zijn. Hoeveel energie heeft het politici als Beel, Den Uyl en Kok niet gekost om langs de randen van een constitutionele koningscrisis te laveren?
Dat verdient geen schoonheidsprijs, laat staan een eretitel, voor de laatste lichting Oranjes.