ColumnDiederik Samsom
De democratische rechtsstaat bepaalt hoe het afloopt, niet jij in je eentje
Het Malieveld is er zelf ondersteboven van, te oordelen naar de staat van de grasmat. Na jaren somberen over afnemende betrokkenheid en calculerende individualistische burgers, had het er zelf niet ook meer op gerekend. Maar opeens is het er stervensdruk. Klimaatstakers, onderwijzers, verplegers trekken weer en masse naar het traditionele verzamelpunt van maatschappelijk ongenoegen. Oude actievoerende harten klopten sneller. Boeren onderstreepten hun protest met enkele honderdduizenden paardenkrachten aan tractorvermogen. Ze wakkerden de sluimerende Nederlandse sympathie voor de romantiek van het boerenland en boerenleven aan. En toch ging het mis.
Actievoeren heeft iets magisch. De adrenaline wanneer je met een bootje, varend tussen walvisjager en walvis, het leven van dat prachtdier redt. De opwinding wanneer de vrachtwagen die gevaarlijke lading wil dumpen, moet stoppen door jouw menselijke blokkade. Je waant je onoverwinnelijk. In een democratische rechtsstaat heeft zo’n actie echter altijd dezelfde afloop. Hij eindigt. Door oprakende brandstof van je bootje, door ingrijpen van de overheid of door de rechter. En daarna gaat de – in jouw ogen verwerpelijke, maar niettemin democratisch gelegitimeerde – slachting of vervuiling gewoon door. De volgende dag staat het in de krant. Je hebt ‘iets op de kaart gezet’. Ja, dat wel.
Ik kan u verzekeren dat die gedachte weinig troost biedt wanneer het mooiste wezen op aarde, de blauwe vinvis, voor je ogen aan flarden wordt geschoten met een harpoengranaat. Dan is het begrijpelijk dat je op zoek gaat naar manieren om ‘écht’ succes te boeken met actievoeren. Als je die manier zoekt binnen de grenzen van de legitieme burgerlijke ongehoorzaamheid, dus met geweldloos, transparant, weldoordacht handelen, lukt dat echter nooit. En dat is maar goed ook. De democratische rechtsstaat bepaalt hoe het afloopt, niet jij in je eentje.
Bij Greenpeace spraken we er indertijd veel over. Soms in tranen na een actie die weer ‘niets’ had opgeleverd. Maar de veteranen overtuigden ons dat het wel degelijk nut had. Door het onderwerp te belichten, de misstand aan de kaak te stellen, je mening kenbaar te maken, wordt het debat gevoed en gestuurd. Dat verdrag tegen de walvisjacht kwam er. Het dumpen van afval in zee ís verboden. Houd je daaraan vast, was de boodschap. Niet iedereen lukte dat. Paul Watson, mede-oprichter Greenpeace, wilde ‘echt’ resultaat, scheidde zich af en probeert met zijn schepen van Sea Shepherds walvisjagers tot zinken te brengen. Niet wachten op internationale en democratische afwegingsprocessen. Het eigen doel voor alles.
En dat gaat er dus ook fout bij de boerenacties. Wie zijn zin krijgt door een provinciehuis binnen te rijden, stelt zijn eigen belangen veilig, maar ondermijnt het belang van een samenleving waarin het evenwicht gezamenlijk moet worden gezocht en gevonden. De bestuurders die toegaven aan de acties dragen hiervoor de grootste verantwoordelijkheid, omdat zij, veel meer dan de boeren, de hoeders van dat democratische evenwicht zijn. Daarin moeten alle belangen meewegen, ook zij die geen 500 pk-tractor bezitten. Wie toegeeft aan de grootste bek of de sterkste tractor maakt onwenselijke krachten los. Inmiddels staan de graafmachines van de bouw op het Malieveld. En dan?
Op dezelfde manier zitten de chaoten van Extinction Rebellion er volledig naast wanneer ze zeggen dat de bestaande rechtsorde moet wijken voor het absolute imperatief het klimaat te redden. In onze samenleving is er geen sprake van absoluut zwart of wit. Stikstof, bouw, veeteelt, natuur- en klimaatbescherming, banen, bedrijven, publieke voorzieningen moeten allemaal hun plaats krijgen. Dat vergt van ons allemaal inschikkelijkheid. Het vermogen een eindje met de ander mee te lopen. Dat maakt een samenleving waardevol.
Evenwicht brengen wordt lastiger naarmate de belangen groter en beschikbare (milieu)ruimte kleiner wordt. Technologie helpt dan, maar inschikken zal nodig zijn, zo laat ‘Stikstof’ ons nu al zien. Het is nog maar het begin. Het wordt onze grootste opgave de komende decennia: een nieuw evenwicht vinden waarin we in harmonie met elkaar én met onze planeet verder kunnen. De Green Deal. De komende jaren zal ik vanuit Brussel mijn bijdrage aan die opdracht proberen te leveren. Daarmee zal ik deze plek in de krant verlaten. Het was mij een waar genoegen.
Dit is de laatste bijdrage van Diederik Samsom, die in Brussel aan de slag is als kabinetschef (de politieke rechterhand) van Europees Commissaris Frans Timmermans.