OPINIEOngelijkheid in Nederland

CPB: Grote ongelijkheid is bijwerking van coronasteun

Covid-19 leidt tot grotere ongelijkheid in Nederland. Het kabinet moet dus juist nu extra oog hebben voor de meest kwetsbaren in de samenleving betogen Pieter Hasekamp, Diederik Dicou en Jan-Maarten van Sonsbeek, respectievelijk directeur, hoofd en programmaleider bij het CPB.

Pieter HasekampDiederik Dicou en Jan-Maarten van Sonsbeek
Lopendebandwerk bij Konservenfabriek Baltussen in het Gelderse Driel. Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant
Lopendebandwerk bij Konservenfabriek Baltussen in het Gelderse Driel.Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant

Dinsdag, op Prinsjesdag, presenteert het Centraal Planbureau (CPB) de jaarlijkse Macro-economische Verkenning. Wie naar de koopkrachtcijfers kijkt, zal wellicht even met de ogen knipperen: een dikke plus, tijdens het slechtste economische jaar ooit? Bedenk daarbij: het gaat om statische koopkracht, die laat zien wat er gebeurt als de persoonlijke omstandigheden niet veranderen: geen werkloosheid, gezinsuitbreiding, echtscheiding, enzovoort. Punt is dat juist in een crisis die persoonlijke omstandigheden voor veel mensen verslechteren. Maar er zijn ook mensen die er ondanks de crisis op vooruit gaan. De coronacrisis heeft dus een heel ongelijke uitwerking op verschillende delen van de economie. Wat voor invloed heeft dat op de ongelijkheid? Dragen de sterkste schouders de zwaarste lasten, of komt de klap juist bij kwetsbaren terecht?

Historisch gezien hebben pandemieën de ongelijkheid vaak verkleind. Het bekendste voorbeeld is de pestepidemie van de 14de eeuw: er waren zoveel doden te betreuren dat de overblijvende landarbeiders aanzienlijk meer onderhandelingsmacht hadden. Ook de Spaanse griep van een eeuw geleden – die het dodelijkst was onder jonge mensen – leidde tot hogere lonen. Covid-19 eist gelukkig veel minder slachtoffers dan die eerdere pandemieën. De economische gevolgen van de huidige pandemie volgen daardoor vooral uit de inspanning om deze te voorkomen: de contactbeperkingen en de maatregelen die mensen zelf nemen om de kans op besmetting te beperken. Om de effecten van de coronacrisis op ongelijkheid in Nederland in te schatten, moeten we daarom preciezer kijken naar wie er het hardst worden geraakt.

Samenhang

Er bestaat in Nederland een sterke samenhang tussen gezondheid en de sociaaleconomische positie. Hoger opgeleiden leven gemiddeld zes jaar langer dan lager opgeleiden en voelen zich ook veel langer gezond. Hierdoor is het aannemelijk dat Covid-19 leidt tot grotere ongelijkheid; mensen met een slechtere gezondheid lopen immers een hoger risico om ziek te worden.

Dit effect wordt nog versterkt als mensen met een lagere sociaaleconomische status ook een groter risico lopen om aan de ziekte te worden blootgesteld, bijvoorbeeld doordat ze vaker beroepen hebben waarin thuiswerken niet mogelijk is, in slechtere arbeidsomstandigheden werken, of vaker opeengepakt wonen.

De Nederlandse arbeidsmarkt kenmerkt zich door een tweedeling tussen mensen met veel, en mensen met weinig baan- en inkomenszekerheid. Het betekent dat het grootste deel van een economische schok wordt opgevangen door uitzend- en oproepkrachten, mensen op een tijdelijk contract, zzp’ers. Bij die laatste groep is het goed te bedenken dat zelfstandigheid in sommige sectoren niet een vrije keuze is. We weten bovendien dat discriminatie op de arbeidsmarkt ervoor zorgt dat mensen met een niet-westerse achtergrond vaker een tijdelijk contract hebben. Onder de risicogroep op de arbeidsmarkt bevinden zich verder vaker jongeren, alleenstaanden en mensen met een relatief laag inkomen. Deze groepen hebben vaak weinig buffers om op terug te vallen.

Compensatie

Het huidige steunbeleid kon snel worden ingevoerd door uit te gaan van de bestaande situatie op de arbeidsmarkt. Bedrijven krijgen via de NOW-regeling compensatie voor hun omzetverlies zodat ontslagen kunnen worden voorkomen. Werknemers die zo in dienst blijven maar voor wie weinig werk is, krijgen nu al een half jaar hun volledige loon doorbetaald. Een loonoffer, dat internationaal heel gebruikelijk is en het zoeken naar een andere baan bevordert, blijft hen zo bespaard.

Maar tijdelijke contracten worden nu vaak niet verlengd. Die werknemers verliezen dus als eerste hun baan, maar hebben slechts kort recht op ww en belanden dus snel in de bijstand. Zelfstandigen krijgen via de TOZO-regeling inkomenssteun, maar wel op minimumniveau en bovendien met een toets op partnerinkomen. Hoewel het steunbeleid zowel noodzakelijk als ruimhartig is, heeft het als onbedoeld neveneffect dus dat de ongelijkheid op de arbeidsmarkt verder wordt vergroot.

Ook op lange termijn kan de coronacrisis ongelijk uitpakken. Kinderen van goedopgeleide ouders hebben nu al betere kansen op een voorspoedige schoolcarrière en daarmee uiteindelijk op een goed inkomen.

Het sluiten van de scholen tijdens het voorjaar heeft deze bestaande kansenongelijkheid in het onderwijs vergroot. Het schrappen van de eindtoets op de basisschool zorgt ervoor dat vooral leerlingen met een migratieachtergrond en kinderen van ouders met een lager inkomen- of opleidingsniveau een hoger schooladvies mis zijn gelopen. En thuisonderwijs is een stuk lastiger voor wie klein behuisd is, minder (digitale) leermiddelen en lager opgeleide ouders heeft.

Wat betekent dit voor het beleid? Op korte termijn kan de overheid investeren in scholing en begeleiding naar werk, en hulp bieden bij armoede en problematische schulden. Maar de echte uitdaging is om de onderliggende kwetsbaarheden aan te pakken: het verkleinen van het onderscheid tussen vast en flexibel werk; het tegengaan van schijnzelfstandigheid en discriminatie; het verkleinen van verschillen in gezondheid en arbeidsomstandigheden. Dat komt voor de coronapandemie te laat, maar kan er wel voor zorgen dat een volgende crisis een weerbaarder samenleving treft.

Pieter Hasekamp, Diederik Dicou en Jan-Maarten van Sonsbeek, respectievelijk directeur, hoofd en programmaleider bij het CPB.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden