ColumnFrank Kalshoven
Basisinkomen is grote schoonmaak in verzorgingsstaat waar Marie Kondo jaloers van zou worden
Vorige week publiceerde budgetinstituut Nibud een sommetje – een doorrekening wil ik het niet noemen – over het basisinkomen. Het verzoek kwam van de Vereniging Basisinkomen, dat een basisinkomen 2.0 bedacht, in twee varianten.
Maar Frank, hoor ik trouwe lezers brommen, daar ben jij toch niet vóór? Dat klopt, maar juist dingen waar je sceptisch over bent moet je steeds blijven onderzoeken. En nee, dit sommetje kan onmogelijk overtuigen dat het een goed idee is. Maar dat laat onverlet dat er aantrekkelijke kanten aan zitten.
Het compacte rapport van het Nibud (te vinden op basisinkomen.nl) bevat drie soorten informatie: hoe dat basisinkomen eruit zou kunnen zien, wat de inkomenseffecten zouden zijn, en hoe zoiets betaald zou kunnen worden.
Basisinkomen 2.0. De kern is eenvoudig. De overheid geeft een bedrag per volwassene plus een bedrag per huishouden. In variant 1 is het 525 euro per persoon en 500 euro per huishouden; in het andere geval 600 euro per volwassene, 300 euro per kind en ook 600 per huishouden. Twee volwassenen in één huis? Dat is dan 1.550 respectievelijk 1.800 euro per huishouden. In de eerste variant doen alleen niet-AOW’ers mee; in de tweede alle volwassenen.
Dat kost natuurlijk een lieve duit. In de ‘sobere’ variant zijn de kosten ruim 100 miljard euro, in de uitgebreidere variant ruim 170 miljard euro.
Het Nibud berekende boekhoudkundig de ‘koopkrachteffecten voor een aantal voorbeeldhuishoudens’, en die ogen op het eerste gezicht fraai. Huishoudens die nu bijstand ontvangen, noteren een nul of kleine plus; middeninkomens noteren grotere plussen; van de hoge inkomens konden ze bij het Nibud blijkbaar geen voorbeelden vinden. Hadden ze beter gezocht, dan zou er een dikke min hebben gestaan.
Deze koopkrachtsommen zijn sowieso weinig waard vanwege de (netjes vermelde) disclaimer: ‘Bij de berekeningen is ervan uitgegaan dat men na de invoering van het basisinkomen evenveel blijft werken.’ Dit, het effect op het arbeidsmarktgedrag, is de achilleshiel van het basisinkomen. Het Nibud parkeert dat, en dat doe ik hier ook.
Want nu komt het interessante. Zo’n basisinkomen is een grote schoonmaak in de verzorgingsstaat waar Marie Kondo jaloers van zou worden. In de ruime variant verdwijnt de AOW, verdwijnt de bijstand, verdwijnt de kinderbijslag, verdwijnt de stufi, verdwijnt de zorgtoeslag. Veel WW- en arbeidsongeschiktheidsuitkeringen verdwijnen ook, omdat het basisinkomen de inkomensschade al dekt. De fiscale kerstboom wordt afgetuigd: dag algemene heffingskorting, dag arbeidskorting, dag ouderenkorting, dag (mijn favoriet) ‘inkomensafhankelijke combinatiekorting’, dag jonggehandicaptenkorting.
Met het afschaffen van dit alles zou zo’n basisinkomen kunnen worden betaald. Nou ja, als er geen gedragseffecten zouden zijn. En als ook het toptarief in de inkomstenbelasting 72 procent wordt, en de hypotheekrenteaftrek geheel wordt afgeschaft. En als het rekenfoutje dat in de tabel staat even wordt gefikst.
Het idee van zo’n grote schoonmaak is woest aantrekkelijk. Ik zet zelfs nog een stap verder dan de Vereniging Basisinkomen: dan ook de huurtoeslag weg. Eenvoud. Begrijpelijkheid. Minder sturing vanuit Den Haag. Gemiddeld (over het hele inkomen) hogere belastingtarieven, maar (over de laatst verdiende euro) lagere marginale tarieven.
De vraag is: kunnen we eenvoud, begrijpelijkheid en lagere marginale tarieven ook bereiken op een andere manier? Misschien niet in die mate. Maar het afschaffen van alle heffingskortingen (51 miljard euro) vereenvoudigt enorm, en biedt 51 miljard euro ruimte voor lagere belastingtarieven. Dit is, zo botweg gesteld, ook een te grof idee. Maar als we groot gaan denken, dan zijn er dus wel alternatieven.
Frank Kalshoven is directeur van De Argumentenfabriek. Reageren? frank@argumentenfabriek.nl.