stijlpastoor
Een hoed zegt veel over het karakter van de drager
Esquire-hoofdredacteur Arno Kantelberg leeft op als hij een knappe hoed ontwaart, want die zijn geen vanzelfsprekendheid meer in het straatbeeld.
Eeuwenlang – ja zelfs in de pruikentijd – durfde je als man niet naar buiten zonder hoed omdat de sociale etiquette daar nu eenmaal om vroeg. Daar is heden ten dage geen sprake meer van, helaas, dus mijn dopamine schiet omhoog als ik ergens een vogel met een knappe hoed zie opduiken. Zo viel mijn oog op John Buijsman, die zijn hoed weliswaar had aangeschaft als onderdeel van een verkleedpartij, maar een kinderhand is snel gevuld en nondeju wat een burgemeester van een hoed is dit.
Rotterdammers zijn sowieso goede hoedendragers (Jules Deelder, Wilfried de Jong), wellicht vanwege het stoere karakter dat bij de stad en diens inwoners ingebakken zit. Bij een Rotterdammer staat een hoed nooit geaffecteerd. En da’s maar goed ook, want Buijsman is benoemd tot sheriff van Hoek van Holland, niet de kustplaats, maar het recreatiedorp dat de gemeente Rotterdam wil verpatsen aan een commerciële partij. Buijsman bezit er zelf een huisje.
De rand van Buijsmans hoed is vrijwel recht, met alleen een subtiel golfje aan de voorzijde. Die rechte rand hoort bij dit model hoed. Dit is namelijk geen cowboyhoed, maar een campaign hat, vaak mountiehoed genoemd naar de oorspronkelijke dragers, de Royal Canadian Mounted Police. Het kenmerkendst is de kroon met vier deuken, de ‘Montana peak’. Bij de boy scouts van Baden-Powell zag je dergelijke hoeden ook, en bij legerinstructeurs die in Amerikaanse films in het oor van jonge kadetten staan te schreeuwen.
De mountiehoed heeft een wijde rand, wat vooral geschikt is voor mannen met een smal gezicht. Die majestueuze kroon geeft je een aantal centimeters meer hoogte, ideaal voor de verticaal uitgedaagde man. Pharrell Williams komt ermee op gelijke hoogte met zijn verkering.
Een hoed zegt veel over het karakter van de drager. Buijsman draagt zijn hoed met zelfvertrouwen (hij is niet voor niks sheriff) en dat is wel een voorwaarde. Als je weifelt draag jij niet de hoed, maar draagt de hoed jou. Het fijne van een hoed is dat je met een kleine verschuiving een geheel andere uitstraling kunt creëren. Als je ’m recht draagt zoals Buijsman, is het een serieuze hoed, stoer. Maar zet ’m een beetje schuin (zoals Frank Sinatra zijn fedora), en je krijgt iets snaaks. Draag je de hoed van voren lager dan van achteren, dan wordt het ineens nukkig, op het intimiderende af. Belangrijkste criterium bij aanschaf is wel dat hij past en stevig staat. Een man moet niet zijn hoofd, maar ook niet zijn hoed verliezen.