Buiten eten
De Millinger Theetuin is een verborgen paradijsje in de Hollandse wildernis
Hiske eet deze zomer in de tuin. Na een wandeling door de wildernis is het fijn bijkomen in de liefdevol ingerichte Millinger Theetuin – een exotisch bloemenparadijs in de Hollandse uiterwaarden.
Wat: Millinger Theetuin, Klaverland 9, Millingen. Elke dag open van 10 tot 6, entree €6 p.p. inclusief drankje (onder 12 en boven 78 jaar gratis).
Waar: Middenin natuurgebied de Millingerwaard. De theetuin is alleen te voet of met de fiets te bereiken, de afstand tot parkeerplaats De Lange Paal is 2,5 kilometer.
Eten: High Tea op reservering, verschillende taarten, broodjes en soepen, op vrijdagavond een table d’hôte (alles vega).
millingertheetuin.nl
De Hollandse natuur is ontploft, na weken afwisselend hitte en buien. Het gebladerte hangt zwaar en dicht aan de takken, vogels zingen als hysterische kleuters, en ligt het aan ons, of zijn de brandnetels nog nooit zo groot geweest? In de Millingerwaard, 400 hectare natuurgebied aan de Waal, is het zo woest als je in Nederland maar voor mogelijk houdt. Dat wil zeggen: we zijn al langs twéé borden met ‘pas op, drijfzand’ gewandeld, er zijn distels en muggen, ooibossen vol schietwilgen, konikspaarden en babyboomers op stevige stappers en elektrische fietsen. Omgevallen bomen worden niet opgeruimd door één of andere dienst, en weer andere borden informeren ons over de ook aanwezige ijsvogels en bevers.
Lang voordat we de witgemetselde muurtjes rond de Millinger Theetuin tussen een vlier en een reuzeberenklauw ontwaren, ruiken we ploteling rozen. We bestijgen het trappetje en hebben de curieuze ervaring een verborgen koninkrijk in te stappen, een geheime beschaving midden in de jungle.
De ommuurde tuin met vijftienhonderd verschillende planten is het levenswerk van Coen van den Boogaard en Floor Oskam. In 1976 betrok de toen 22-jarige meubelmaker en metselaar Van den Boogaard een vervallen bijgebouwtje van de oude steenfabriek. Zijn partner Oskam, die decors ontwierp voor theater en opera, trok na een paar jaar bij hem in. Stukje bij beetje breidden de mannen hun gebied uit – ieder jaar ontgonnen ze een nieuw stukje wildernis, metselden muurtjes en plantten bloemen. Op hun vele reizen over de hele wereld deden ze tuininspiratie op, en namen beelden, meubels, tegels en servies mee. Het resultaat is een tuin van een voetbalveld groot die op het eerste gezicht overwegend Noord-Afrikaans aandoet. Er is zelfs een prachtige langwerpige, blauwbetegelde vijver met een veranda waar je je even in Yves St. Laurents Majorelletuin in Marrakech waant. Maar wie beter kijkt ziet dan ook een Balinese hut en Tibetaanse vlaggetjes, een bamboebos met kruip-door-sluip-doorpaadjes en bananenbomen. Onder de boerenjasmijn schuilen allerlei Engels aandoende, romantische zitjes. En óveral zijn rozen, in alle kleuren denkbaar – ze groeien tientallen meters hoog de omliggende populieren in.
Sinds 1990 is de tuin tegen een kleine bijdrage opengesteld voor het publiek – tegenwoordig zo te zien in overgrote meerderheid dames, die zich oh’end en ah’end tegoed doen aan de aangeboden high teas en taarten. Toen Oskam in 2014 plotseling overleed, verhuisde Van den Boogaard naar Spanje. Hun vriend Rob Frowijn, die eerder een café in Nijmegen had, pacht nu de tuin.
Mensen komen vanuit het hele land om hier, na een wandeling, te verfrissen met high tea of eenvoudige, mediterraans geïnspireerde lunchgerechten. Onder de damascusroos eten ze pittige tomatensoep met komijn, groentequiche en warm brood met baba ghanoush. Binnen staat een grote theetafel met volop keuze, Chef Olga, die ook cateringbedrijf Land van Honing heeft, maakt alle hartige gerechten zelf. ‘En de taarten komen van Trash’ure in Nijmegen, een patissier die werkt met statushouders en groenten en fruit met een butsje.’ Sinds twee jaar is alles vegetarisch. ‘Dat past gewoon beter bij zo’n paradijselijke, vredige tuin.’
Ondanks het feit dat het behoorlijk druk kan worden – in het weekend zitten er soms honderden mensen – is de tuin zo opgebouwd dat iedereen een rustig plekje kan vinden. Frowijn: ‘Ik heb vooral geprobeerd de erfenis van Coen en Floor in ere te houden, want ik realiseer me elke dag weer hoe bijzonder het is wat ze hier hebben gemaakt.’